Hoofdstuk 8 samenvatting

Samenvatting hoofdstuk 8

Rekenen
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Samenvatting hoofdstuk 8

Rekenen

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen paragraaf 8.1:
  • Je leert wat een som en een verschil is.
  • Je leert wat een product en een quotiënt is.
  • Je leert wat de juiste volgorde is van berekenen.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Diapositive

Rekenregels:

1e altijd de ...

2e altijd de ...                                          van

3e altijd de                               van
haakjes
plus en min
Links naar rechts
Links naar rechts
keer en gedeeld door

Slide 5 - Question de remorquage

Som, verschil, product en quotiënt.
sleep de uitkomst van de som naar het juiste getal op het meetlint
de som van 100 en 30.
het verschil van 120 en 8.
het product van 4 en 20.
de quotiënt van 140 en 5

Slide 6 - Question de remorquage


Hoe ging dit leerdoel voor je gevoel? 

Meer oefening nodig? Maak opdrachtS1 op blz. 36
😒🙁😐🙂😃

Slide 7 - Sondage

Leerdoelen paragraaf 8.2:
  • Je leert wat machten zijn.
  • Je leert hoe je machten moet berekenen.
  • Je leert waar machten horen in de rekenvolgorde.

Slide 8 - Diapositive

Kwadraten:

Een kwadraat van een getal is het getal keer zichzelf.




Je spreekt het uit als "Vier in het kwadraat" of "Vier kwadraat"


42=16
72=49
102=100

Slide 9 - Diapositive

In de wiskunde willen we alles zo kort mogelijk schrijven...

Naast de kwadraten bestaan er ook andere machten:




Dit spreek je uit als  "twee tot de macht vijf"


25=
2 x 2 x 2 x 2 x 2 = 32
25
2 is het grondtal
5 is de exponent

Slide 10 - Diapositive

532+(64)=
x

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo


Hoe ging dit leerdoel voor je gevoel? 

Meer oefening nodig? Maak opdrachtS2, S3, S4 op blz. 36 +37
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Sondage

Leerdoelen paragraaf 8.3:
  • Je leert rekenen met decimale getallen 

Slide 14 - Diapositive

Decimale getallen
Tienden, honderdsten, duizendsten...
0,5 = 5 tiende
0,05 = 5 honderdste
0,005 = 5 duizendste 








Slide 15 - Diapositive

Decimale getallen vermenigvuldigen
24 x 10 = 240

24 x 0,1 = 2,4

24 x 0,01 = 0,24

24 x 0,001 = 0,024
10 keer groter

10 keer kleiner

100 keer kleiner

1000 keer kleiner

Slide 16 - Diapositive


Hoe ging dit leerdoel voor je gevoel? 

Meer oefening nodig? Maak opdracht S5 op blz 37
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Sondage

Leerdoelen paragraaf 8.4:
  • Je leert hoe je breuken optelt en aftrekt
  • Je leert hoe je breuken gelijknamig maakt
  • Je leert hoe je helen uit de breuk haalt

Slide 18 - Diapositive

Breuken optellen en aftrekken...


... dit kan alleen als de noemers van de breuken gelijk zijn.

Dus eerst -> gelijknamig maken.
165+21323=3210+3216323=3223

Slide 19 - Diapositive

Breuken optellen en aftrekken...


... het kan zijn dat je er 'helen' uit moet halen.




... of de 'helen' er weer terug in stoppen.


58587=84587=838=486=443
265+132=265+164=369=463=421

Slide 20 - Diapositive


Hoe ging dit leerdoel voor je gevoel? 

Meer oefening nodig? Maak opdracht S6 op blz 38
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Sondage

Leerdoelen paragraaf 8.5:
  • Je leert hoe je breuken vermenigvuldigt.

Slide 22 - Diapositive

Breuken vermenigvuldigen...

... met hele getallen:


... met andere breuken:


... met andere breuken groter dan 1:
955=9515=9155=925=297
x
5341=203
x
271151=71556=75156=3590=718=274
x
x
x
x
noemernoemertellerteller

Slide 23 - Diapositive


Hoe ging dit leerdoel voor je gevoel? 

Meer oefening nodig? Maak opdracht S7 op blz. 38
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Sondage

Leerdoelen paragraaf 8.6:
  • Je leert hoe je breuken als procenten kan schrijven.
  • Je leert hoe je procenten als breuken kan schrijven.
  • Je leert handige percentages.
  • Je leert hoe je breuken en procenten kan schrijven als decimale getallen.

Slide 25 - Diapositive

Percentage:

Betekent letterlijk 'van de honderd'


25% betekent dus 25 van de honderd.

Of terwijl                      (25 honderdste) 
10025

Slide 26 - Diapositive

Breuken schrijven als procenten:


Maak van de breuk          een percentage:


                                   dus 65%


                                   dus 60%     





2013
2013=10065
53=10060

Slide 27 - Diapositive

Percentages schrijven als breuken:

Maak van het percentage eerste en breuk met noemer 100.

Voorbeeld:

2% = 


55% =

1002=501
10055=2011

Slide 28 - Diapositive

Breuken en percentages schrijven als decimale getallen:

Maak van het percentage of de breuk eerst een breuk met noemer 100.

Voorbeeld:

35% = 


                                       OF                  40% = 0,4



52=10040=0,4
10035=0,35
52=

Slide 29 - Diapositive


Hoe ging dit leerdoel voor je gevoel? 

Meer oefening nodig? Maak opdracht S8, S9 op blz 39
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Sondage


Ik ben voldoende voorbereid op de toets:
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Sondage


De uitleg in de klas was goed te volgen:
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Sondage


Het cijfer van de toets wordt voldoende: 
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Sondage

VEEL SUCCES BIJ HET MAKEN VAN DE TOETS!

Slide 34 - Diapositive