Ablativus en bijwoordelijke bepaling

Ablativus en bijwoordelijke bepaling
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Ablativus en bijwoordelijke bepaling

Slide 1 - Diapositive

Wat is een bijwoordelijke bepaling?

Slide 2 - Question ouverte

Het meisje loopt door het weiland.
Is 'door het weiland' een bwb (bijwoordelijke bepaling)?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quiz

De jongen fietst met zijn vrienden.
Is 'met zijn vrienden' een bwb (bijwoordelijke bepaling)?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

De timmerman slaat met de hamer.
Wat is hier de bwb?

Slide 5 - Question ouverte

Ablativus
Voor de bijwoordelijke bepaling gebruikt het Latijn de ablativus.
Vertaling: met/door/in

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Bijwoordelijke bepaling
Soms helpen voorzetsels om aan te geven waar/wanneer/hoe iets gebeurt. Achter deze voorzetsels komt dan een ablativus (+abl) of een accusativus (+acc)

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Romulus in monte Palatino est.
Wat is hier het voorzetsel?

Slide 11 - Question ouverte

Romulus cum amicis ludit.
Wat is hier het voorzetsel?

Slide 12 - Question ouverte

Bijwoord
Een bijwoord kan ook aangeven waar/wanneer/hoe iets gebeurt

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Plotseling viel er een tak.
Wat is hier het bijwoord?

Slide 15 - Question ouverte

Ik wil snel naar school.
Wat is hier het bijwoord?

Slide 16 - Question ouverte

Ablativus en bijwoordelijke bepaling

Slide 17 - Diapositive