Elasticiteit 3/4 - Kruislingse Prijselasticiteit

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Kruislingse Prijselasticiteit

• Complementen
• Substituten
• Berekenen & Onderscheid maken

Lesdoelen

• Je kunt de formule voor kruislingse prijselasticiteit gebruiken om te berekenen hoe de gevraagde hoeveelheid van product X reageert op een verandering in de prijs van product Y
• Je kunt  uitleggen wat substituten zijn, hier enkele voorbeelden van noemen, en aan een nieuw voorbeeld ook herkennen dat hier sprake is van substitutiegoederen
• Je kunt uitleggen wat complementen zijn, hier enkele voorbeelden van noemen, en aan een nieuw voorbeeld ook herkennen dat hier sprake is van complementaire goederen
• Je kunt rekenen met kruislingse prijselasticiteit (elasticiteit bepalen, of vraag voorspellen)
• Je kunt uit een kruislingse prijselasticiteit herkennen (+ of -) of twee producten substituten of complementen zijn

00:47

Wat is het verband tussen de prijs van een product en de gevraagde hoeveelheid?

1. Negatief (dalend)
2. Positief (stijgend)

00:57

Wat is de eenheid van Elasticiteit?

1. Euro
2. Kilometer
3. Aantal stuks
4. Het heeft geen eenheid

01:37

Wat is in dit voorbeeld het verband tussen de prijs van brood en de gevraagde hoeveelheid broodbeleg?

1. Negatief (dalend)
2. Positief (stijgend)

02:44

Wat is in dit voorbeeld het verband tussen de prijs van brood en de gevraagde hoeveelheid muesli?

1. Negatief (dalend)
2. Positief (stijgend)

03:27

De prijs van benzine-auto's stijgt
Wat doet de gevraagde hoeveelheid benzine-auto's?

1. Die daalt
2. Die stijgt

03:46

Er worden minder benzine-auto's gekocht, wat gebeurt er met de vraag naar benzine?

1. Die neemt ook af
2. Die neemt juist toe

04:07

VUL IN:
Benzine en benzine-auto's vullen elkaar aan. Dan zijn het van elkaar ...

1. Complementen
2. Substituten

04:48

'Ceteris Paribus' voorwaarde

Ceteris: De rest/al het andere     (denk aan 'etcetera')
Paribus: Gelijk/hetzelfde     (denk aan 'parallel' of 'pariteit')

Betekent dat alle andere factoren die ergens invloed op hebben gelijk blijven. Een prijsdaling betekent bijvoorbeeld dat mensen er meer van willen kopen, maar als tegelijk met die prijsdaling het inkomen van mensen ook daalt (dus, geen ceteris paribus) dan is dat niet meer perse waar.

05:18

VUL IN:
Diesel-auto's kunnen benzine-auto's vervangen. Dan zijn het van elkaar ...

1. Complementen
2. Substituten

05:45

Zijn Playstation 4's, en PS4-spellen complementen of substituten van elkaar?

1. Complementen
2. Substituten

07:02

Zijn Pepsi Cola en Coca Cola complementen of substituten van elkaar?

1. Complementen
2. Substituten

07:45

Staat in deze formule voor Ek (%ΔQv / %ΔP) de oorzaak van de verandering boven of onder de deelstreep? En het gevolg van de verandering?

1. Oorzaak boven Gevolg onder
2. Gevolg boven Oorzaak onder

08:26

Duidt een negatieve kruislingse prijselasticiteit (Ek < 0) op complementen of substituten?

1. Complementen
2. Substituten

09:03

Duidt een positieve kruislingse prijselasticiteit (Ek > 0) op complementen of substituten?

1. Complementen
2. Substituten

10:27

Wat is de procentuele verandering in de prijs van goed A? (Gebruik een min of plusteken in je antwoord, 2 decimalen.)

10:51

Wat is de procentuele verandering in de gevraagde hoeveelheid van goed B?

11:23

Wat is de kruislingse prijselasticiteit tussen goed A en goed B?
(Gebruik een plus- of minteken en 1 decimaal)

11:48

Zijn goed A en goed B in dit voorbeeld complementen of substituten van elkaar?

1. Complementen
2. Substituten

13:03

Wat is de kruislingse prijselasticiteit tussen goed A en goed C?
(Gebruik een plus- of minteken en 2 decimalen)

13:37

Zijn goed A en goed B in dit voorbeeld complementen of substituten van elkaar?

1. Complementen
2. Substituten

Lesdoelen

• Je kunt de formule voor kruislingse prijselasticiteit gebruiken om te berekenen hoe de gevraagde hoeveelheid van product X reageert op een verandering in de prijs van product Y
• Je kunt  uitleggen wat substituten zijn, hier enkele voorbeelden van noemen, en aan een nieuw voorbeeld ook herkennen dat hier sprake is van substitutiegoederen
• Je kunt uitleggen wat complementen zijn, hier enkele voorbeelden van noemen, en aan een nieuw voorbeeld ook herkennen dat hier sprake is van complementaire goederen
• Je kunt rekenen met kruislingse prijselasticiteit (elasticiteit bepalen, of vraag voorspellen)
• Je kunt uit een kruislingse prijselasticiteit herkennen (+ of -) of twee producten substituten of complementen zijn