Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Spreekvaardigheid
periode 3
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Nederlands
Vaardigheden:
- lezen/luisteren
- schrijven
- gesprekken voeren
- spreken
Slide 18 - Diapositive
Wat is het verschil tussen spreken en gesprekken voeren?
Slide 19 - Question ouverte
Wat is het nut van goed kunnen presenteren in jouw werkveld/toekomst?
Slide 20 - Question ouverte
Presentatievormen
Powerpointpresentatie
Pitch
Video
...
Slide 21 - Diapositive
Elevator pitch
Je staat in je eentje in een lift, totdat je boven bent. De lift stopt en er stapt iemand bij je in. Je zegt gedag en kijkt weer vrolijk voor je uit. Maar dan realiseer je je ineens: dit is niet zomaar iemand, dit is dé directeur van jouw droombedrijf. O nee, je móét nu (nu!) een onuitwisbare indruk achter zien te laten.
Je hebt nog maar een halve minuut voordat jullie boven zijn. Voor die tijd wil je hem of haar verteld hebben wie je bent, wat je doet en waar je in uitblinkt. Al deze dingen bereid je alvast voor in een elevator pitch, die je in één keer op kunt dreunen als je hem nodig bent. Daardoor komt de directeur snel te weten wat jij te bieden hebt en ben jij misschien wel dé oplossing voor zijn of haar probleem.
Slide 22 - Diapositive
Wanneer kan jou de vraag gesteld worden 'Stel jezelf eens voor' of 'Leg je idee/product eens uit'?
Slide 23 - Question ouverte
Slide 24 - Vidéo
Slide 25 - Vidéo
Slide 26 - Vidéo
Tips/tops
Slide 27 - Carte mentale
Studiereader 2F
Thema 1
Hoofdstuk 5
opdracht 1 t/m 4
Slide 28 - Diapositive
Studiereader 3F
Thema 1
Hoofdstuk 5
opdracht 1 en 2
Slide 29 - Diapositive
Gesprekken voeren
periode 3
Slide 30 - Diapositive
Communicatie
Verbale communicatie: Communiceren waarbij je woorden gebruikt.
Non-verbale communicatie:
Communiceren zonder woorden, maar door lichaamstaal.
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Vidéo
Welke houding komt goed over?
A
Mevrouw 1
B
Mevrouw 2
C
Mevrouw 3
D
Mevrouw 4
Slide 33 - Quiz
Aan welke non-verbale communicatie in de les kun jij laten zien dat je zin hebt in de les/luistert?
Slide 34 - Question ouverte
In gesprek met een docent of medestudent haal ik altijd even mijn oortjes uit mijn oor.