WP 2 + 6, les 3

• Communicatie werkproces 6
• MBO
• Studiejaar 1

wat gaan we doen vandaag

1. LOB; inchecken, succes ervaring en we eindigen met de pitch van je werkplek
2. werkproces 6 communicatie;   vragen stellen gecombineerd met een LOB opdracht van deze periode

Wat voor soort ruis kennen we tijdens de communicatie?

interne en externe ruis

wat weet je over vragen stellen?

Open vragen geven iemand alle ruimte om uitgebreide antwoorden te geven. Je stelt open vragen als je wilt dat iemand uit zichzelf meer vertelt.

Gesloten vragen nodigen niet uit tot het geven van uitgebreide antwoorden. Deze vragen stel je als een eenvoudig ‘ja’ of ‘nee’ of een kort antwoord van de ander voldoende is om de informatie te krijgen die je graag wilt hebben.

Wat zijn open vragen?

1. Vragen die met ja of nee beantwoord kunnen worden.
2. Beginnen vaak met wat, waarom, wie, welke of wanneer.
3. Zijn bedoeld als openingszin.
4. Geven beperkt ruimte om te antwoorden

Open vragen geven iemand alle ruimte om uitgebreide antwoorden te geven. Je stelt open vragen als je wilt dat iemand uit zichzelf meer vertelt.

Met open vragen nodig je de zorgvrager uit om een uitgebreid antwoord te geven. De zorgvrager kan niet alleen met ‘ja’ of ‘nee’ antwoorden. De meeste mensen ervaren het stellen van open vragen als een blijk van echte interesse.

Je kunt een open vraag eventueel vooraf laten gaan of laten volgen door: ‘Vertel eens?’ Als antwoord op deze vragen kan de zorgvrager zijn verhaal kwijt. Het risico is wel dat je soms erg lange verhalen te horen krijgt.

Gesloten vragen worden gebruikt om...

1. te checken of iets klopt.
2. meer informatie te krijgen.
3. kunnen niet worden beantwoord met ja of nee

Gesloten vragen nodigen niet uit tot het geven van uitgebreide antwoorden. Deze vragen stel je als een eenvoudig ‘ja’ of ‘nee’ of een kort antwoord van de ander voldoende is om de informatie te krijgen die je graag wilt hebben.

schrijf eens een open vraag op?

Doorvragen is...

1. om te reflecteren op een situatie
2. om iemand te sturen in zijn/haar antwoord
3. altijd met ja of nee te beantwoorden.
4. om helder te krijgen wat iemand bedoeld

wat is een suggestieve vraag?

Je stelt suggestieve vragen als je een vooronderstelling hebt over het antwoord. De ander wordt door de vraag in een bepaalde richting gestuurd. Je geeft in de vraag zelf namelijk al een suggestie.

Suggestieve vragen zijn vaak niet prettig voor de zorgvrager. De vraag kan irritatie oproepen.

Wat is een suggestieve vraag?

Als ik het in één zin mag zeggen: 

wanneer je een suggestieve vraag stelt, dan doe je al een suggestie voor een antwoord. 

• Er zit een soort van vooringenomenheid in. 
• In het ergste geval mis je daarmee de boot nogal. 
• Bovendien druk je heel erg naar een ja of een nee. 
• Daarmee verdwijnt de openheid uit het gesprek. 

Voorbeelden suggestieve vragen

• Hebt u lekker geslapen?
• Smaakte het eten goed?
• Het valt niet mee hé?
• Gaat het?
• Jij drinkt zeker geen alcohol hè?
  
• O ja natuurlijk, jij mag je vanuit jouw geloof niet laten vaccineren, dat klopt toch?

Om te concretiseren verwijs je naar de uiting van de zorgvrager waarover je duidelijkheid wilt hebben. Deze uiting kan verbaal of non-verbaal zijn. Zo dwing je jezelf ertoe om uit te gaan van daadwerkelijke uitingen van een persoon.

kan je bij non verbale uitingen ook concretiseren?

1. ja
2. nee

Om te concretiseren verwijs je naar de uiting van de zorgvrager waarover je duidelijkheid wilt hebben. Deze uiting kan verbaal of non-verbaal zijn. Zo dwing je jezelf ertoe om uit te gaan van daadwerkelijke uitingen van een persoon.

Wat is parafraseren?

1. Een conclusie trekken uit wat iemand heeft gezegd
2. In eigen woorden vertellen wat een ander heeft gezegd
3. Iemand een wedervraag stellen
4. Het corrigeren van een uitspraak.

Oefenen

• Nieuwe zorgvragers wil je graag goed leren kennen. Daarom stel je vragen. Dit kun je oefenen door elkaar te interviewen, omdat je bij een interview veel vragen stelt.
  
• Interview elkaar in tweetallen met een observant. Probeer zo veel mogelijk informatie te achterhalen.
  
• Bepaal wie het interview afneemt, wie geïnterviewd wordt  en wie gaat observeren
• Het onderwerp is "Motivatie", één van de LOB-opdrachten voor deze periode. Je krijgt een lijst met vragen maar je moet ze nog wel ombouwen naar een  vraag. 
• Stel niet te veel gesloten en suggestieve vragen. Stel juist open vragen en vraag door.
  
• Het interview duurt ongeveer 3  minuten. Na afloop draai je de rollen om. Degene die observeert, maakt de interviewer erop attent (tijdens het interview) als hij:
  

te weinig open vragen stelt;
te weinig doorvraagt;
te veel suggestieve vragen stelt;
gesloten vragen stelt.

Als je deze les een cijfer zou moeten geven, welk cijfer zou je geven?

2

3

4

5

6

7

8

9

Pitches werkplek