VT Ouderenzorg MV p4 wk 6+7 - Diabetes Mellitus

VT Ouderenzorg




Diabetes Mellitus

  • Type I 
  • Type II
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
PathologieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

VT Ouderenzorg




Diabetes Mellitus

  • Type I 
  • Type II

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Hoofdleerdoel
De student beschrijft de oorzaak, de gevolgen, de symptomen en de behandelingen van diabetes mellitus.

Subleerdoelen week 6
De student:
1. Legt uit wat diabetes mellitus is en wat de oorzaken zijn.
2. Legt uit wat het verschil tussen diabetes type I en type II is.
3. Benoemt waar insuline wordt geproduceerd in het lichaam en waar het wordt afgebroken.
4. Beschrijft de werking van insuline.
5. Beschrijft de werking van glucagon.

Subleerdoelen week 7:
De student:
6. Legt uit wat de twee gevolgen zijn van insulinetekort bij diabetes type I .
7. Legt uit wat de gevolgen zijn van insulinetekort bij diabetes type II.
8. Beschrijft wat de diagnostiek is bij diabetes mellitus .
9. Benoemt wat de behandeling bij diabetes mellitus type I en type II is.





Leerdoelen

Slide 2 - Diapositive

timer
2:00
Diabetes

Slide 3 - Carte mentale

Diabetes
"Suikerziekte"
  • ziekte waarbij de hoeveelheid glucose in het bloed (bloedsuikerspiegel) langdurig verhoogd is
  • Type 1 en type 2

Slide 4 - Diapositive

Bloedsuikerspiegel
  • regulatie d.m.v. insuline en glucagon

Hoe zat dat ook al weer met die hormonen? 
--> Sleepvraag en quizvragen

Slide 5 - Diapositive

timer
1:00
Zorgt voor stijging van de bloedsuiker-
spiegel
Insuline
Glucagon
Zet glucose om in glycogeen
Zet glycogeen om in glucose
Zorgt voor een daling van de bloedsuiker-
spiegel

Slide 6 - Question de remorquage


Waar in het lichaam worden de hormonen glucagon en insuline gemaakt?
A
In de lever
B
In de bijnier
C
In de hypofyse
D
In de alvleesklier

Slide 7 - Quiz


Welke glucosewaarden moet het bloed normaal gesproken ongeveer hebben?
A
Tussen de 2,0 en 5,0 millimol per liter
B
Tussen de 3,5 en de 8,0 millimol per liter
C
Tussen de 5,0 en 10,0 millimol per liter
D
Tussen de 6,0 en de 12,0 millimol per liter

Slide 8 - Quiz

Insuline en glucagon

Slide 9 - Diapositive

Diabetes type 1 en 2


        ---> quizvragen

Slide 10 - Diapositive


Diabetes type 1 komt het meest voor
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz


Bij diabetes type 2
wordt er ...
A
... geen insuline meer aangemaakt door de alvleesklier
B
...te weinig insuline aangemaakt en/of reageert het lichaam er niet meer goed op.
C
... wel insuline aangemaakt, maar dat wordt weer afgebroken.

Slide 12 - Quiz


Welk symptoom past niet bij diabetes type 2?
A
slecht of wazig zien
B
dorst en veel drinken
C
veel plassen
D
gewichtsverlies

Slide 13 - Quiz

Symptomen en diagnose
  • Welke symptomen komen nog meer voor bij diabetes?
  • Hoe wordt de diagnose gesteld?
  • Waaruit bestaat de behandeling?

Slide 14 - Diapositive

Diabetes type 1
Diabetes type 2
timer
3:00
Geleidelijk
begin
Diabetes
type 1
Diabetes
type 2
Plotseling 
begin
Risico-
factoren:
erfelijke factoren 
en infecties
Risicofactoren:
erfelijke factoren en ongezonde leefstijl
10% van het totaal aantal mensen met diabetes
90% van het totaal aantal mensen met diabetes
Ontstaat meestal op jonge leeftijd
Ontstaat meestal op een leeftijd boven de 40 jaar
Behandeling: toediening van insuline (injectie/pomp)
Behandeling: leefstijl aanpassen, tabletten en later soms toediening van insuline

Slide 15 - Question de remorquage

Diabetes type 1 en type 2

Slide 16 - Diapositive

Afsluiting

Doen in de resterende lestijd en na de les:

  • werken aan je opdrachten
  • uitwerken leerdoelen uit de LOEP
  • bestuderen ingesproken PP en de module "Diabetes Mellitus" in ExpertCollege

Slide 17 - Diapositive