Thema 2 bellen & mailen bouwstenen

Thema 2 bellen & mailen 
bouwstenen
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2ISK

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Thema 2 bellen & mailen 
bouwstenen

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
Woorden van gisteren herhalen.
Nieuwe woorden leren.
Namen spellen
Bouwstenen maken

Slide 2 - Diapositive

Ik ben vandaag om 1 uur ... klaar met school.
A
al
B
bellen
C
dan
D
eerst

Slide 3 - Quiz

Ik ga om half 8 ...... naar school.
A
's nachts
B
's middags
C
's ochtends
D
's avonds

Slide 4 - Quiz

Schrijf een zin met aardig

Slide 5 - Question ouverte

Dan:
op dat moment of daarna.


Voorbeeldzin: "We eten om zes uur, en dan gaan we wandelen."


Slide 6 - Diapositive

De datum:
 de dag, maand en jaar.



Voorbeeldzin: "Welke datum is het vandaag? Het is 12 januari."

Slide 7 - Diapositive

 De dochter: 
een meisje of vrouw als kind van iemand.

Voorbeeldzin: "Mijn dochter gaat naar school in de stad."

Slide 8 - Diapositive

Eerst:
 als iets of iemand vóór alles of iedereen komt.

Voorbeeldzin: "Eerst ga ik boodschappen doen, daarna ga ik koken."

Slide 9 - Diapositive

De gemeente:
 een gebied met een eigen bestuur, bijvoorbeeld een stad of dorp.

Voorbeeldzin: "De gemeente organiseert een sportdag voor alle inwoners."

Slide 10 - Diapositive

Het gesprek: 
een situatie waarin mensen met elkaar praten.

Voorbeeldzin: "We hadden een lang gesprek over de nieuwe film."

Slide 11 - Diapositive

Halen:
 iets oppakken of meenemen van een andere plaats.

 

Voorbeeldzin: "Ik ga een bal halen."

Slide 12 - Diapositive

De keer:
 een moment waarop iets gebeurt.

 

Voorbeeldzin: "Als je drie keer je huiswerk niet maakt, dan moet je nablijven."

Slide 13 - Diapositive


Krijgen: 

iets ontvangen of krijgen van iemand.

Voorbeeldzin: "Ik krijg een mooi cadeau voor mijn verjaardag."

Slide 14 - Diapositive

Namen spellen
Soms moet je aan je telefoon je naam spellen.
Spellen betekend de letters zeggen. 
Vandaag ga jij je naam spellen.
F-O-K-E-L-I-E-N

Jij spelt je naam, de rest van de klas moet jouw naam goed opschrijven. 

Slide 15 - Diapositive

Aan het werk!

Slide 16 - Diapositive

Aan het werk!
Maak de bouwstenen in DISK.
1. Routines
2. Verstaan en nazeggen
3. Woordoefeningen 
timer
10:00

Slide 17 - Diapositive