Toetsvragen woordenschat

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Woordenschat

Test je kennis met deze Quiz!

Aanrader

1. Het raden van een woord
2. Advies
3. Merkte, doorhad
4. Geholpen

Instructie

1. Uitleg
2. Bedenken wat je gaat doen
3. Groot ongeluk dat veel mensen treftq
4. Meedoen met

Dienen

1. Goede
2. Gezegd dat het zo is
3. Wordt duidelijk
4. Moeten

Medische verklaring

1. Verslag waarin staat dat je gezond bent
2. Verslag waarin staat dat je ongezond bent
3. Verslag waarin staat hoe je gezond wordt
4. Verslag over schoonmaakspullen in huis

Indien gewenst

1. Mogelijkheid
2. Huidige
3. Als je dat wil
4. Als je veel droomt

Schrijf op: een synoniem van het woord: ''Toenemen''

Even checken

Hoeveel vragen heb je tot nu toe goed?

Wat betekent: ''Een stap in de goede richting zetten?''

Maak een zin met het woord: ''Gelegenheid''

Huidige

1. In de toekomst
2. In het verleden
3. In het heden
4. De huid van een lichaam

Navigeren

1. Sturen
2. Bepalen
3. Coachen
4. Rijden

Wanneer is iemand buiten zichzelf van woede?

Wanneer komt iemand goed beslagen ten ijs?

Wanneer praat iemand zijn mond voorbij?

Maak een voorbeeld zin met het woord: ''positie''

Ben je verliefd als je vlinders in je buik hebt?

1. Ja
2. Nee

Wanneer moet je ergens een nachtje over slapen?

Wat betekent: ''De vuile was buiten hangen?''

Hoeveel is iets waard als het ''geen rooie cent'' waard is?

1. Niks
2. Heel veel
3. Gemiddeld
4. Wat jij ervoor over hebt

De rest van de tijd

Wat je gaat doen:

1. Je gaat leren (gebruik hiervoor de woordenlijsten in magister)

2. Je kijkt je huiswerk na met de nakijkboeken

Opdracht

Maak tweetallen

Ga zo zitten dat je kan overleggen zonder dat je afgeleid kan worden!

Je hebt nodig: Je woordenlijst 

Overhoren voor punten

- Je vraagt aan je tweetal of een woord, of een betekenis.

- Wanneer je tweetal het goede antwoord kan geven, gebeurt er niks. Wanneer je tweetal niet het goede antwoord kan geven, krijg jij een punt.

- Elke ronde duurt vijf minuten, daarna wissel je van tweetal

Voorwaarde 

Ik geef jullie tijd om te leren in de les. 

Jullie gaan daadwerkelijk leren in de les.

- Wanneer er andere dingen gebeuren waarschuw ik  één keer. Als er dan nog een keer niks gebeurt, kan je moven :)

(Gebeurt er te vaak niks? Dan stoppen we met leren)