2 jan Herleiden van breuken

Herleiden van breuken en machten
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Herleiden van breuken en machten

Slide 1 - Diapositive

Deze les
Gaan we rustig herhalen herleiden van breuken
Introduceren we herleiden van machten
Kunnen we breuken herleiden 
weten we wat machten zijn en hoe we deze moeten herleiden

Slide 2 - Diapositive

3/8 + 2/3

Slide 3 - Diapositive

3/8 + 2/3

Slide 4 - Question ouverte

3/8 x 2/3

Slide 5 - Diapositive

3/8 x 2/3

Slide 6 - Question ouverte

3/8 : 2/3

Slide 7 - Diapositive

3/8 : 2/3

Slide 8 - Question ouverte

12ac26abc

Slide 9 - Diapositive

Breuken vereenvoudigen
WISKUNDETIP: VERZIN EEN KLEIN GETALLENVOORBEELD



Slide 10 - Diapositive

Breuken met letters optellen
WISKUNDETIP: VERZIN EEN KLEIN GETALLENVOORBEELD

Slide 11 - Diapositive

Breuken vermenigvuldigen, 
met letters

Slide 12 - Diapositive

Breuken vermenigvuldigen, 
met letters

Slide 13 - Diapositive

Breuken delen,
met letters

Slide 14 - Diapositive

Breuken delen,
met letters

Slide 15 - Diapositive

Herleiden van machten






Je kunt machten optellen wanneer de letters hetzelfde zijn.
xxxx=x4
x4x3=

Slide 16 - Diapositive

Herleiden van breuken en machten

Slide 17 - Diapositive

Herleiden van machten
x3=xxx
x5=xxxxx
x3x5=
x3x5=x3+5

Slide 18 - Diapositive

Heb je te maken met:
  • Gelijksoortige termen of met niet gelijksoortige termen

                      5a + 6a                                                5a + 6b                                  

Slide 19 - Diapositive

Gelijksoortige termen
Welke kan je herleiden en welke niet?

a:
b:
c:
d:
6p2+3p2
x2y+3x2y
2k2l+3kl2
4x2y34x3y2

Slide 20 - Diapositive

Gelijksoortige termen
3a4 + 5a4 = ?

4a2b4 - a2b4 = ?

2s2 + 3t2 = ?

Slide 21 - Diapositive

WAAR of NIET WAAR
Gelijksoortige termen kun je samennemen.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 22 - Quiz

Zijn 5x en 10k gelijksoortige termen?
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quiz

Gelijksoortige termen
b=5w+7w+5a
A
b= 17aw
B
b=10w+7w
C
b=12w+5a
D
b=5w+7w

Slide 24 - Quiz

Gelijksoortige termen
Welke herleiding is NIET juist?
A
5p3+6p3=11p3
B
9a54a4=5a
C
4a2(a56a2)=4a724a4
D
5x2y3+12x2y3=17x2y3

Slide 25 - Quiz