§3.2 oog

Het oog
1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Het oog

Slide 1 - Diapositive

welk oog is van welk dier?

Slide 2 - Diapositive

Het oog

Doel:

Je moet de onderdelen, de kenmerken en functies kunnen noemen van het oog.


Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Buitenkant oog
  • Oogwit
  • Iris
  • Pupil

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Het Oog

Slide 7 - Diapositive

Waar wordt traanvocht gemaakt?
A
Traankanaaltje
B
Traanzakje
C
Traanklier
D
Traanbuisje

Slide 8 - Quiz

Welke delen beschermen je ogen tegen stof en zweet?
A
Wenkbrauwen en oogleden met wimpers
B
Wenkbrauwen en het oogwit
C
Oogleden met wimpers en het oogwit
D
Traanbuis en traanklier

Slide 9 - Quiz

proefjes doen

Slide 10 - Diapositive

Werking oog

Slide 11 - Diapositive

HARDE OOGVLIES
HOORNVLIES
1
2
3
4
5

Slide 12 - Diapositive

Het oog

Slide 13 - Diapositive

zintuig:
prikkel: 
licht
oog

Slide 14 - Diapositive

licht in het oog 

Slide 15 - Diapositive

Netvlies
Op het netvlies liggen 2 soorten zintuigcellen.

1. De staafjes
2. De kegeltjes 

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Basisstof 5.
Het netvlies

Slide 19 - Diapositive

verdeling
staafjes en kegeltjes
over het netvlies
vlekken

Slide 20 - Diapositive

Op een heldere avond kijkt Stefan naar de sterrenhemel. Hij kijkt naar één ster. Daarna kijkt hij naar de donkere lucht vlak naast die ster. Stefan merkt dat hij de ster nu veel beter ziet. Hoe komt dat?

Slide 21 - Question ouverte

Optische illusie
Iets dat het oog 
waarneemt, dat door de
hersenen anders 
geïnterpreteerd wordt.

Slide 22 - Diapositive

0

Slide 23 - Vidéo


https://schooltv.nl/video/ogen-hoe-ziet-een-oog/#q=ogen

Slide 24 - Diapositive

sleepoefening
https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Oog/oog.htm

oefen de onderdelen oog nog een keer met de oefening van Biologiepagina.nl oog oefenen (link zoals hierboven)

Slide 25 - Diapositive

Scherp zien
Accomoderen
De lens in het oog wordt boller om dichtbij scherp te zien.

De lens in het oog wordt platter om veraf scherp te zien.

Slide 26 - Diapositive

Scherp zien

Slide 27 - Diapositive

verschil in sterkte bolle lenzen

Slide 28 - Diapositive

 lenzen
Hoe sterker de lens hoe groter de convergerende of divergerende werking is.

Slide 29 - Diapositive

volgende les gaat over brillen!
kennistest over huid en oog!

Slide 30 - Diapositive

Een bril?
Korte oogbol = verziend = bolle lenzen bril (+)

Lange oogbol = bijziend = holle lenzen (-)

Slide 31 - Diapositive

Verziend en bijziend
  • Hoornvlies en ooglens breken licht
  • Bolle lenzen convergeren licht, holle lenzen divergeren licht

Slide 32 - Diapositive

Lenzen

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive


Welke situatie is hier van toepassing?
A
Verziend; een bril met bolle lenzen nodig
B
Verziend; een bril met holle lenzen nodig
C
Bijziend; een bril met bolle lenzen nodig
D
Bijziend; een bril met holle lenzen nodig

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Diapositive

Correctie van het oog
Correctie van het oog met behulp van een lens:

Slide 37 - Diapositive

Hoe zie je diepte?

Slide 38 - Diapositive

Diepte zien

Slide 39 - Diapositive

Waarom is "diepte zien" belangrijk?

Slide 40 - Question ouverte

Kleuren zien: Kegeltjes 

Slide 41 - Diapositive

Kleurenblind
Verschillende mogelijkheden:
  1. Je ziet geen rood 
  2. Je ziet geen groen
  3. Je ziet geen blauw

Slide 42 - Diapositive

Dat waren mensenogen. Hoe zien dieren kleuren?

Slide 43 - Diapositive

Opdracht
Neem na de vakantie een schoenendoos mee

Slide 44 - Diapositive