Werkwoordspelling

• Spelling
• MBO

Werkwoordspelling

Les 1

Leerdoelen

Aan het eind van deze les: 

• weet je waarom het belangrijk is dat er algemeen geldende spellingsregels zijn;
• ken je de spellingregel die hoort bij de werkwoordspelling tegenwoordige tijd (of die van jouw keuze).

Lesprogramma

- Luisteren naar geluidsfragmenten dialecten
- Theorie werkwoordspelling (tegenwoordige tijd)
-  Aan de slag! 
- Afsluiting: filmpje straattaal

Geluidsfragmenten

Welke dialecten hoor je?

://www.youtube.com/watch?v=zHmcVjhttpsMzS-I

Werkwoordspelling

Waar gaat het mis bij dit bord?

Betekenisverschil?

Zin 1: Oma beroofd in winkelcentrum.

Zin 2: Oma berooft in winkelcentrum.

Waar denk je aan bij werkwoordspelling?

Aan de slag!

Het maken van een infographic!

Groep 1: zelfstandig aan de slag  met de opdracht.

Groep 2: extra instructie.

Hoe vind je de PV in een zin?

• Zin vragend maken:
  Tim loopt naar school. / Loopt Tim naar school? 
• Veranderen van getal (ev/mv).
  Ik loop naar school. / Wij lopen naar school.
• Veranderen van tijd  (tt/vt).
  Ik loop naar school. / Ik liep naar school. 

Wat is de stam van rennen?

1. renn
2. ren
3. renne

Wat is de stam van blozen?

1. blos
2. bloos
3. blooz
4. bloz

Wat is de stam van graven?

Wat is de stam van erven?

De stam / de ik-vorm:

- rennen: stam: renn => ik-vorm: ik ren

- blozen: stam: bloz => ik-vorm: ik bloos
- graven: stam: grav => ik-vorm: ik graaf
- erven: stam: erv => ik-vorm: ik erf

PV tegenwoordige tijd

Ik ervoor, je of jij achter de persoonsvorm: ik- vorm
Bijvoorbeeld het werkwoord 'worden': 
=> ik word / word je / word jij (hele ww -/- -en)

Bij: hij/zij/jij/het: ik-vorm + t
=> hij wordt, zij wordt, jij wordt, het wordt

 In het meervoud: hele werkwoord
=> wij/zij/jullie worden

Even hardop oefenen:

Jan (slapen) ..................................... de hele dag.

Die jongen (aanbieden) ........................... jou een drankje aan.

Sep (verven) ..................................... de muur van zijn kamer blauw.

Afsluiting

Volgende les: 

- het schrijven van een sollicitatiebrief

Meenemen: laptop, pen en papier (schrift)

Les 2 

werkwoordspelling

Leerdoelen

- het ontwikkelen van je spellinggeweten ( door het schrijven van een sollicitatiebrief waarbij je bewust bezig bent met werkwoordspelling). 

PLANNING LES 2

• Terugblik vorige les
• Uitleg schrijven sollicitatiebrief 
• Aan de slag:

- verder met  infographic

- schrijven sollicitatiebrief (2 opdrachten)

• Afsluiting

Wat is je bijgebleven van de vorige les?

Bij welke teksten die je zelf schrijft, vind je het belangrijk om foutloos te spellen?

Sollicitatiebrief schrijven!

Filmpje straattaal

https://www.google.com/search?q=filmpje+straattaal&rlz=1CAVHDQ_enNL866&oq=filmpje+straattaal&aqs=chrome..69i57.6214j0j15&sourceid=chrome&ie=UTF-8#fpstate=ive&vld=cid:d1cc2830,vid:OmweqiL-ZGc

Exit Ticket

https://exitticket.nl/ticket/5iv16nwt