Les 6 la famille U2

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

BONJOUR et BIENVENUE!

Bonjour

et 

bienvenue!!

Les devoirs pour aujourd'hui

1/ Jij leert alle woorden van "Apprendre 2", pagina 74 en jullie boek.

2/ Jij bent klaar met de opdrachten die wij dinsdag in de les hebben gedaan:

- opdracht 16B, 1 en 2, pagina 63 in jouw boek;

- lezen en leren "het bezittelijk voornaamwoord", pagina 64 in jouw boek

- opdracht 16C, 1 en 2, pagina 64 in jouw boek

- opdracht 16D, pagina 65 in jouw boek

Begrijp jij iets niet? Word pro-actief en vraag een klasgenoot!

3/ Jij bent klaar met het huiswerk van maandag (zie Magister).

4/ Online opdrachten:

1 Havo/VWO;- Unité 2: moi et les autres;

- Grammaire I;- Menu au choix : exercices 8E, 8F et 8G.

Ik ga vandaag jullie kennis door een formatieve toets controleren. Minder dan 60% goed? = HV in Magister.

Heb jij niet alle opdrachten online en in het boek gemaakt? Dan krijg jij ook HV (Huiswerk vergeten) in Magister.

Les devoirs pour aujourd'hui

- opdracht 16B, 1 en 2, pagina 63 in jouw boek;

- lezen en leren "het bezittelijk voornaamwoord", pagina 64 in jouw boek

- opdracht 16C, 1 en 2, pagina 64 in jouw boek

- opdracht 16D, pagina 65 in jouw boek

opdracht 16B, 1 en 2, pagina 63 in jouw boek

• 1/ Mon, ton, son
• Ma, ta, sa
• Mes, tes, ses
• 2/ Ton, ta, tes = jouw
• Son, sa, ses = zijn/ haar

opdracht 16C, 1, pagina 64 in jouw boek

• a/ Ma mère
• b/ Ton oncle
• c/ tes grands-parents
• d/ son chien
• e/ ses copains

opdracht 16C, 2, pagina 64 in jouw boek

• 1/ Mon école
• 2/ Ton adresse
• 3/ tes amis
• 4/ sa copine
• 5/ son amie
• 6/ Son hôtel

opdracht 16D, pagina 65 in jouw boek

• 1/ Mes cousins
• 2/ ton anniversaire
• 3/ sa famille
• 4/ son quartier
• 5/ ton rendez-vous
• 6/ sa classe
• 7/ ma maison
• 8/ ton invitation

De woorden van "Apprendre 2"

Vertaal "petit":

Vertaal "de hond":

Vertaal "zwart":

Vertaal "la soeur":

Vertaal "de tweeling":

Vertaal "de grootouders":

Vertaal "werken":

Tu es :

1. un adulte
2. divorcé
3. un grand-père
4. un enfant

Avoir (hebben)

Heb jij jouw huiswerk gemaakt?

Online opdrachten:

1 Havo/VWO;- Unité 2: moi et les autres;

- Grammaire I;- Menu au choix : exercices 8E, 8F et 8G.

(hebben). Tu ....

(hebben). Vous ....

Is het avoir of être?

Sleep de vervoegingen naar het juiste werkwoord.

avoir

être

ont

es

avons

ai

sommes

avez

suis

a

as

sont

êtes

est

Extra opdrachten

1/ http://www.talenwijzer.com/avoir-tegenwoordige-tijd-invuloefening.html 

et

2/ http://www.talenwijzer.com/avoir-au-preacutesent--exercices.html 

Wat heb jij vandaag geleerd?