A5sp3 - P4 Les 9 (H5 Les 14) - GSE (04-06-2024)

Bienvenidos
lessonup klascode A5sptl3: fzfqw
(het linkje staat op magister bij de les Spaans van 14 mei 2024)

1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Bienvenidos
lessonup klascode A5sptl3: fzfqw
(het linkje staat op magister bij de les Spaans van 14 mei 2024)

Slide 1 - Diapositive

Período 4: Objetivos /metas (leerdoelen)
Je verbetert je leesvaardigheid op het gebied van media, kunst, film, literatuur (ERK-niveau B1+)   
Je verbetert je luistervaardigheid op bovengenoemde terreinen (ERK-niveau B1+)   
Je verbetert je presentatievaardigheid (ERK-niveau A2+)   
Je leert hoe je een verslag schrijft in het Spaans (ERK-niveau B1)   

Je leert de benodigde grammatica en vocabulaire voor bovengenoemde taalvaardigheden   
Je doet kennis op over het Spaanse taalgebied: je leert over media, kunst, cultuur.
Je kennis van land en cultuur leer je steeds meer toepassen in de communicatie (interculturele competentie).   

Slide 2 - Diapositive

El programa 
1. WvdW / info / objetivos / deberes
2. KENNISTOETS inhalers -> na TW4
3. Teksten: Beyoncé + El futuro del español
4. werken aan Literatuuropdracht García Lorca / Don Quijote
5. Reflexión





PA 4 libro de alumno 3, Capítulo 5
Woord van de week ->
alma = ziel
¿Qué significa 'del alma mía'?

Slide 3 - Diapositive

Woord van vorige week
acabar de + hele werkwoord = net klaar zijn met / net gedaan hebben
Acabo de comer mi bocadillo. 
Ik heb net mijn broodje opgegeten.


Slide 4 - Diapositive

Woord van de week
devolver (ue) = terugbrengen, overhandigen, teruggeven
Si tienes algo prestado, hay que devolverlo.
Als je iets geleend hebt, moet je het teruggeven.


Slide 5 - Diapositive

Woord van de week
Hace + tijdsperiode = .............. geleden
Hace unos días = een paar dagen geleden


Slide 6 - Diapositive

INFO: Periode 4
Toetsen: 
  • Tussentoets (H5 thema kunst-film-literatuur + herhaling) -> AFWEZIG? Ouders moeten van tevoren afmelden via mail bij de docent. Zo niet, dan cijfer 1,0.
  • LET OP: bij de kennistoets moet je ook vragen kunnen beantwoorden over de schrijvers en kunst die in dit hoofdstuk aan de orde komen. Voorbeeldvragen staan bovenaan de studiewijzer.
  • Toetsweek: Leesvaardigheid

Taalportfolio: zie teams OPDRACHTEN
  • Lorca (groepsopdracht voor een SE-cijfer, 5%)
  • Don Quijote (leesboekje), opdracht staat in teams
  • Glosario, opdracht in teams
  • Werkdocument, opdracht in teams

Slide 7 - Diapositive

Los deberes fueron:
Huiswerk 
Afmaken Leesboekje ‘Don Quijote’  
Lorca/ ‘gen 27: verwerkingsopdracht uiterlijk 4 juni 2024 inleveren (te laat betekent een 1) 

LECTURA; 1. VWO-tekst 2016-2, tekst 11, ‘Cazador de Leyendas’ (met werkblad); 2. VWO 2017-2, tekst 8 ‘La conquista de México’, 3. HAVO 2016-2, tekst 5: Cada tilde en su lugar 

Glosario: noteer van elke tekst 5 woorden in je glosario, met speciale aandacht voor de signaalwoorden 


Slide 8 - Diapositive

Comprobar: Cito-examenteksten VWO
VWO 2017-2, tekst 8 ‘La conquista de México’
29 D, zie regel 14-16
30 1) De bondgenoorschappen die Cortes smeedde met stamhoofden van stammen die door de Azteken werde onderdrukt, 2.) De dapperheid van Spaanse soldaten (r.29-34)
31 B (r.47-48)
32 C
33 D

HAVO 2016-2, tekst 5: Cada tilde en su lugar
18D, 19C, 20 niet wel niet niet (maximaal 2 punten), 21B, 22C, 23D
Recuerda tu glosario: vijf woorden per tekst met vertaling

Slide 9 - Diapositive

Comprobar/Discutir: 
Tussentijdse reflectie op leesteksten
Noteer:
1. Noteer welke teksten je hebt gemaakt + je scores per tekst (....  goed/ ..... totaal)
2. Wat ging goed, wat ging minder goed?
3. Waar ligt dat aan?
4. Hoe ga je jezelf verbeteren? Let op: wees concreet-> SMART geformuleerd (= specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden)

Klaar en ingeleverd? 
Ga dan verder met de nieuw teksten.

Slide 10 - Diapositive

Cito-examenteksten HAVO-VWO
CE LEZEN HAVO 2016-2, Beyoncé, Texto 6
1. Subraya los conectores -> welk verband geven deze conectores aan? Noteer ook de vertaling.
2. Zoek op internet informatie over de relatie VS - Cuba, en wat dat betekent voor vakanties in Cuba, zowel vanuit de VS als vanuit Nederland.
3. Maak de vragen bij de tekst.

CE LEZEN: VWO 2016-1, El futuro del español, Texto 9  
1. Subraya los conectores + explica y traduce (zie boven).
2. Contesta las preguntas al texto.
Recuerda tu glosario: vijf woorden per tekst met vertaling

Slide 11 - Diapositive

Terminar las tareas
Lorca
Don Quijote
Glosario
Werkdocument

Slide 12 - Diapositive

REFLEXIÓN

Slide 13 - Diapositive

Los deberes

CE LEZEN HAVO 2016-2, Beyoncé Texto 6

CE LEZEN VWO 2016-1, El futuro del español Texto 9

Slide 14 - Diapositive

LECTURA: cito 
Antes de comenzar:
1. Estrategias
2. Tomad un diccionario
3. ¡¡¡ Trabajad con atención !!!

Slide 15 - Diapositive

Respuestas
Zapatos con mensaje' -> antwoorden
 






timer
5:00

Slide 16 - Diapositive

Escuchar: ej. 41
PA4 H5 Oef 41a
PA4 H5 Oef 41b
PA4 H5 Oef 41c

Slide 17 - Diapositive

Lenguateca D + Hablar
Ejercicio 44-45
(p.45-46)

Slide 18 - Diapositive

Los deberes fueron: 

Estudiar:
  • H5 vocab C,D
  • H5 Gram. D

Hacer: 
  • afmaken opdrachten vorige les (H5 oef 36 + 37abcd) 
  • CE LEZEN: HAVO 2017-1 tekst 12 ¿Cómo hay que quitar un chicle pegado de la ropa? -> 39 Encendedor, Hielo; 40 D
  • CE LEZEN: HAVO 2017-1, Teatro en el salón de casa – tekst 9, onderstreep in iedere alinea 2 zinnen, die samen de hoofdzaken van de tekst weergeven + maak daarna de examenvragen -> 33C, 34A, 35D, 36A
                                                                                                
Nakijken Paso adelante: met antwoordboek

Slide 19 - Diapositive

Literatura: Federico García Lorca
El poeta más famoso de España vivió de 1898 a 1936.
-> Trabajad en parejas + describid el hombre en la foto en 5-7 frases: su apariencia, su carácter...


Slide 20 - Diapositive

Repaso: El Subjuntivo
1. uitgangen kennen
2. gebruiken bij: 
  • wil / advies
  • wens / voorkeur
  • onpersoonlijke uitdrukking met 'que'
  • twijfel of onzekerheid
  • emotie/gevoel, p.e. lo siento que... (het spijt me dat ...) 
Let op, 
creo que…, es seguro que … + indicativo (dus GEEN subjuntivo)
no creo que …, no es seguro que … + subjuntivo
-> HACER: ejercicio 37e


Slide 21 - Diapositive

Vocabulario D (p.49) + Lenguateca D (p.45)
Repasad el vocabulario + lenguateca durante 3 minutos
y contestad las preguntas en las próximas 4 páginas.
timer
3:00

Slide 22 - Diapositive

ik vergis me
A
me apasiono
B
yo comparto
C
me explico
D
me equivoco

Slide 23 - Quiz

het cliché
A
el prejuicio
B
el marido
C
el tópico
D
al final

Slide 24 - Quiz

misschien
A
acabo de
B
al final
C
quizás
D
a escondidas

Slide 25 - Quiz

Welk woord betekent NIET
'misschien' ?
A
acaso
B
a lo mejor
C
quizás
D
por otro lado

Slide 26 - Quiz

Ines del alma mía








1. ¿Cuándo transcurre esta historia?
2. ¿Dónde?
3. ¿Quién es la protagonista?

Slide 27 - Diapositive

LECTURA: ‘Inés del alma mía’
  • Paso adelante Capítulo 5, ej. 38-39-40





Isabel Allende

Slide 28 - Diapositive

Cito-examenteksten
In de les/huiswerk worden examenteksten gemaakt. 
  • Bestudeer de vragen en teksten zorgvuldig en noteer de antwoorden van de opgegeven teksten in je werkdocument. 
  • Kijk de teksten na wanneer dat wordt aangegeven en wees kritisch op je werk. Stel vragen en probeer te leren van je fouten.
  • Houd een glosario bij, waarin je per tekst ca. 5 woorden met vertaling noteert. Herlees en leer de woorden regelmatig.

Slide 29 - Diapositive

LECTURA: Comprobar (cito) 
HACER: HAVO 2017-1,  texto 12 
¿Cómo hay que quitar un chicle pegado de la ropa? 
-> 39 Encendedor, Hielo; 40 D

Nuevo texto en la próxima página. Antes de comenzar:
1. Estrategias
2. Tomad un diccionario
3. ¡¡¡ Trabajad con atención !!!

Slide 30 - Diapositive

Cito: Zapatos con mensaje
HACER en grupos, luego terminar en casa.
  • HAVO 2014-2, Texto 4 ’Zapatos con mensaje’ 
  • Onderstreep in iedere alinea 2 zinnen, die de hoofdzaken van de alinea weergeven
  • Markeer de signaalwoorden en noteer de betekenis
Maak daarna de examenvragen, noteer in welke regel je het antwoord hebt gevonden.

  1. Wat heb je onderstreept? Wat zijn de signaalwoorden? 
  2. Hoe heb je gewerkt (strategie)?
  3. Wat zijn je antwoorden op de vragen + leg uit waarom.
  4. Reflecteer op jouw resultaat.

Slide 31 - Diapositive

Reflexión
3 páginas

Slide 32 - Diapositive

Apunta 3 cosas concretas que has aprendido sobre Isabel Allende y 'Inés del alma mía'.

Slide 33 - Question ouverte

Completa la frase.
Muchachos, os aconsejo que (hablar) __________ español en clase.
A
hablas
B
habláis
C
hablen
D
habléis

Slide 34 - Quiz

Completa la frase.
Manuel, quiero que (atender) _____ las clases.
A
atiendes
B
atiendo
C
atiendas
D
atendéis

Slide 35 - Quiz

Los deberes
Estudiar:  zie stof kennistoets
Alvast bestuderen de stof voor de kennistoets. Vergeet niet bij de teksten in Paso adelante van iedere schrijver/kunstenaar enkele kenmerken te onthouden,  zie de voorbeeldvragen bovenaan de studiewijzer.

HACER:  afmaken opdrachten vorige les (= oef 38 t/m 40 van hoofdstuk 5)
CE LEZEN: HAVO 2014-2 Texto 4 Zapatos con mensaje, Doe dat op de volgende manier:
  • Onderstreep in iedere alinea 2 zinnen, die de hoofdzaak van de alinea weergeven
  • Markeer de signaalwoorden en noteer de betekenis
  • Maak daarna de examenvragen, noteer in welke regel je het antwoord hebt gevonden.
  • Daarna moet je het volgende kunnen toelichten.:
  • Wat heb je onderstreept? Wat zijn de signaalwoorden? 
  • Hoe heb je gewerkt (strategie)?
  • Wat zijn je antwoorden op de vragen + leg uit waarom.
  • Reflecteer op jouw resultaat.

Slide 36 - Diapositive

El Subjuntivo
Uitleg subjuntivo: filmpjes met uitleg 

Slide 37 - Diapositive

CSE: El futuro del español
39 B
40 B
41 D
42 C


Slide 38 - Diapositive

CSE: El futuro del español
39 B
40 B
41 D
42 C


Slide 39 - Diapositive

H5 vocab B:
blijken
A
trasladarse a
B
mencionar
C
deberse a
D
resultar

Slide 40 - Quiz

H5 vocab B:
aangezien
A
ya que
B
aunque
C
por eso
D
lograr

Slide 41 - Quiz

H5 vocab B:
de brug
A
el rascacielos
B
el estilo
C
la estrella
D
el puente

Slide 42 - Quiz

H5 vocab B:
opvallen
A
recibir
B
contemporáneo
C
ser reconocido
D
destacar

Slide 43 - Quiz