Les 1 - Over hoofd- en bijzaken en kernzinnen.

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Kennismaken - hoe goed kennen jullie mij al? 

En we halen alvast een kleine beetje kennis op ;) 

1. Hoeveel kinderen heb ik?

2. Welke dieren heb ik als huisdier?

3. Voordat ik Nederlands ging geven, werkte ik in het ...........

4. In welke plaats woon ik?

5. Wat is mijn achternaam? 

6. Wat vind je als je een zin in een andere tijd zet of er een vraagzin van maakt?

7. Vorig jaar heeft je docent NL je beter leren kennen door het schrijven van een .......

8. Wat vind je door de vraag 'wie of wat' te stellen in een zin?

9. Welk signaalwoord past bij een tegenstellend verband?

10. Dit krijg je van mij bijna nooit, 

11. We gaan dit jaar voor brons of zilver, maar voor ...... !

Wat gaan we vandaag doen?

- Kennismaken

- Afspraken en verwachtingen

- Toetsen en opdrachten in leerjaar 2

- Start maken met de eerste les 

Mevrouw Loos

Even voorstellen 

Even voorstellen: 

Mevrouw Loos

[e-mail]

Wat verwachten jullie
van het vak Nederlands in jaar 2?

Wat verwachten jullie
van mij?

Wat verwacht ik van jullie?

Werk je hard voor mij? Dan werk ik ook hard voor jou!

Bij binnenkomst:

Telefoon in de telefoontas (uit of vliegtuigstand)

Je legt je benodigde spullen op tafel en zorgt ervan dat je alert bent als we gaan starten. 

Zorg dat je altijd, iedere dag, je leesboek bij je hebt. 

Wat verwacht ik van jullie?

4x toets 

2x schrijfvaardigheid

1x presenteren

2x literatuur 

(Zie word PTB)

Les 1 - over hoofd- en bijzaken en kernzinnen

Je leert onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken, kernzinnen herkennen en een korte tekst samenvatten. 

Wat weet je nog?

Hoofd- en bijzaken en kernzinnen

De belangrijkste informatie in een tekst noemen we de hoofdzaken. Wat niet zo belangrijk is, zijn de bijzaken. De hoofdzaken van een tekst vind je vaak op voorkeursplaatsen, zoals de inleiding en het slot van een tekst.

Kernzin

De hoofdzaak van een alinea staat vaak in de kernzin. Dat is meestal de eerste zin van de alinea en soms de laatste. In de zinnen voor of na de kernzin staat dan een nadere uitleg of een voorbeeld.

Als je een tekst moet onthouden, kun je de hoofdzaken in een schema zetten of in een samenvatting.

Zo maak je een schema van een tekst

Lees de tekst goed door.

 

1. Onderstreep de hoofdzaken. Let op de voorkeursplaatsen: de inleiding, het slot en de kernzinnen. Kijk ook goed naar opvallend gedrukte woorden.

2. Noteer de belangrijkste informatie uit de tekst. Geef opsommende verbanden aan met nummers (1, 2, 3), dots (•) of streepjes (–); geef tegenstellende verbanden aan met pijltjes (↔).

Zo maak je een samenvatting

Lees de tekst goed door.

 

1. Onderstreep de hoofdzaken. Let op de voorkeursplaatsen: de inleiding, het slot en de kernzinnen. Kijk ook goed naar opvallend gedrukte woorden.

2. Neem de kernzinnen en andere hoofdzaken over. Maak er een samenhangende tekst van. Gebruik signaalwoorden om verbanden aan te geven.

Samenwerken

Maak opdracht 2, 3 en 5 (t/m 4) uit je boek. (blz. 13-16)

- Lees de opdrachten goed.

- Schrijf de antwoorden netjes in je schrift.

- Zorg voor een fijne samenwerking.

Terugblik/huiswerk

- Wie kan onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken?

- Waarom is het handig om dit te weten?

- Waar kan je kernzinnen aan herkennen/waar zijn ze meestal te     vinden?

- Welke tips heb je gehad voor het maken van een samenvatting?

Huiswerk, nog even niet :)