2.4 grammar

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 2

	Vak: Engels Hoofdstuk: 2.4 grammar
1.	Lesson opening
2.	Lesson goals
3.	Arrangements + Mini-check
4.	Instruction
5.	Supervised practice
6.	Work independently
7.	Evaluation

1. Lesson opening

Take your English book but keep it closed.

Homework check: 

2.3 - opdracht 29, 30 en 34.

2. Lesson goals

After this lesson: 

- can you use the grammar of the past continuous. 

- do you know the irregular verbs van de past simple.

3. Arrangements

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 

Krystian, Gijs, Jochem & Jamie

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

Jaysen, Jessica & Niek

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen en samen begeleid inoefenen.

n.v.t.

Mini-check

leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Wanneer gebruik je de Past Continuous?

1. Wanneer iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
2. Wanneer iets in het verleden een tijdje aan de gang was
3. Wanneer iets in het verleden is gebeurd.
4. Wanneer iets in het verleden is begonnen en nu nog bezig is.

Past continuous:

Wat is de regel van de past continuous?

1. hele ww+ - ed of irregular verb
2. was/were hele ww+ -ing
3. vorm van to be + hele ww+ -ing
4. have/has + voltooid deelwoord (3e rijtje)

Write a sentence with the past continuous:

(+) James - (to) run - to his home

Welke voornaamwoorden horen bij 'was' en welke bij 'were'? Sleep ze naar de goede plek. 

was

were

I

You

She

He

It

They

We

Wie maakt wat:

4 vragen of meer goed? Ga zelfstandig aan de slag:

Je maakt zelfstandig 2.4 opdracht 43 t/m 45 op blz. 77/78

De rest doet mee met de instructie.

4. Instruction

Lees en kijk mee naar de volgende dia. 

Wanneer gebruik je de

Past Continuous?

Als je over iets vertelt/schrijft

dat in het verleden bezig/aan de gang was.

Wat is de regel?

Tip: kijk in elke zin naar de werkwoorden.

• I was swimming at 8 o'clock last night.
• We were studying in the library all day yesterday.
• Peter was cleaning his room.

De regel van de

Past Continuous

1. was / were
2. ww+ing

I/She/He/It was

You/They/We were

I .......... late last night. (work)

1. were working
2. was working
3. work
4. worked

We .......... in the ocean last week. (swim)

1. swimming
2. were swimming
3. was swimming
4. swam

You ........... TV al night. (watch)

1. were watching
2. was watching
3. watch
4. watched

Onregelmatige werkwoorden 

(irregular verbs - past simple)

Onregelmatige werkwoorden hebben geen regelmatige uitgang. Bijvoorbeeld: go → went. 

Deze werkwoorden moet je uit je hoofd leren! 

Leg uit hoe je onregelmatige werkwoorden vervoegt in de past simple.

5. Supervised practice

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis & verdiept)?

Je gaat zelfstandig 2.4 opdracht 43 t/m 45 op blz. 77/78

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig?

Intensief of begrijp je het niet? Dan maken we samen opdracht 43

6. Work independently

Je maakt zelfstandig 2.4 opdracht 43 t/m 45 op blz. 77/78

Ben je klaar?

1. Nakijken en verbeteren

2. Vocabulary 2.4 leren (via het boek, woordzoeker of Quizlet). 

3. Leren irregular verbs

7. Evaluation

How did the lesson go? 

Do you have questions or did you find something difficult? 

Lesson goals: 

- can you use the grammar of the past continuous?

- do you know the irregular verbs van de past simple?

8. Homework & Tests

Homework:

Friday December 15th

2.4 opdracht 43 t/m 45 

Tests: