2h ma. 8 feb. 2021 thuisonderwijs

Bonjour
tout le monde
2h lundi 8 février
Lesdoelen:
- Ik kan ww. in de p.c. vervoegen.
- Ik ken voca 1 FN/NF en voca 2 FN.
- Ik oefen met de kloktijden.
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bonjour
tout le monde
2h lundi 8 février
Lesdoelen:
- Ik kan ww. in de p.c. vervoegen.
- Ik ken voca 1 FN/NF en voca 2 FN.
- Ik oefen met de kloktijden.

Slide 1 - Diapositive

Bonjour
tout le monde
2h lundi 8 février
- overhoren voca 1-2
- overhoren kloktijden
- nakijken L2 ex. 1-4
- herhalen p.c. met être
- nakijken L2 ex. 5-7
- maken L2 ex. 8-9 (HW)

Slide 2 - Diapositive

HW geleerd? 
even testen ...

Slide 3 - Diapositive

een ongeluk
het been
zich bezighouden met
de slinger
het hele jaar
de gewoonte
la jambe
un accident
s'occuper de
la guirlande
toute l'année
l'habitude

Slide 4 - Question de remorquage

Hoe laat is het ?
Il est ...

Slide 5 - Question ouverte

Hoe laat is het ?
Il est ...

Slide 6 - Question ouverte

Hoe laat is het ?
Il est ...

Slide 7 - Question ouverte

Nakijken !!  L2 ex. 1-4
L2 ex. 1
1  de moeder van Damien.
2 drie november.
3 Julie
4 Émile 
5 de kamer te versieren.

Slide 8 - Diapositive

Nakijken !!  L2 ex. 1-4
L2 ex. 2
1 Heureusement, Estelle n’est pas à la maison.
2 Émile et Damien sont en train de décorer le séjour pour la soirée surprise.
3 Quelle heure est-il?
4 Il faut faire encore beaucoup de choses.
5 Nous avons vraiment besoin de tes bras.

Slide 9 - Diapositive

Nakijken !!  L2 ex. 1-4
L2 ex. 2
6 Quel travail as-tu pour moi?
7 Qu’est-ce que c’est?

Slide 10 - Diapositive

Nakijken !!  L2 ex. 1-4
L2 ex. 3
1 Hoe laat komen de gasten? Om zes uur ‘s avonds (à dix-huit heures)
2 Voor welk tijdstip kan de broer van Damien er niet zijn? Voor vier uur ‘s middags (seize heures).
3 Hoe laat is de moeder van Damien klaar met werken? Om zeven uur ‘s avonds (à dix-neuf heures).

Slide 11 - Diapositive

L2 ex. 4

1 as marché.
2 avons rendu.
3 avez fait.
4 j’ai été.
5 ont regardé.
6 a choisi.
7 a attendu.

8 ont pu.
9 avez fini.
10 a pris.
11 avons répondu.
12 as joué.
13 j’ai aimé.
14 ont réfléchi.
15 a continué.

Slide 12 - Diapositive

le passé composé
Vertel me alles!

Slide 13 - Diapositive

le passé composé (1 van 2)
Bestaat uit 2:
1. hulpwerkwoord > avoir of être in de présent
2. voltooid deelwoord
     Regelmatige werkwoorden:
     > ww. er    = -er + é (bv. parler > parlé)
     > ww. ir      = -ir + i (bv. choisir > choisi)
     > ww. re    = -re + u (bv. rendre > rendu)

Slide 14 - Diapositive

le passé composé (2 van 2)
Onregelmatige werkwoorden:
> avoir         = eu (bv. j'ai eu)
> être           = été (bv. tu as été)
> faire          = fait (bv. il a fait)
> prendre   = pris (bv. nous avons pris)
> vouloir     = voulu (bv. vous avez voulu)
> pouvoir    = pu (bv. ils ont pu)

Slide 15 - Diapositive

1/7 vervoeg in de passé composé:
nous (opgroeien)

Slide 16 - Question ouverte

2/7 vervoeg in de passé composé:
le prof (horen)

Slide 17 - Question ouverte

3/7 vervoeg in de passé composé:
Julie et Sophie (vallen)

Slide 18 - Question ouverte

4/7 vervoeg in de passé composé:
elle (zijn)

Slide 19 - Question ouverte

5/7 vervoeg in de passé composé:
je / j' (gaan)

Slide 20 - Question ouverte

6/7 vervoeg in de passé composé:
tu (willen)

Slide 21 - Question ouverte

7/7 vervoeg in de passé composé:
ils (aankomen)

Slide 22 - Question ouverte

Nakijken !! L2 ex. 5-7
L2 ex. 5
1 Elle est arrivée.                                     5 Tu es tombé(e)
2 Nous sommes descendu(e)s        6 Vous êtes rentré(e)(s)
3 Je suis resté(e)                                     7 Elles sont entrées
4 Ils sont allés                                           8 Moi, Sophia, je suis allée

Slide 23 - Diapositive

Nakijken !! L2 ex. 5-7
L2 ex. 6
1 aller gaan
2 arriver aankomen
3 descendre uitstappen/naar beneden gaan
4 entrer naar binnen gaan
5 monter naar boven gaan

Slide 24 - Diapositive

Nakijken !! L2 ex. 5-7
L2 ex. 6
6 mourir doodgaan
7 naître geboren worden
8 partir vertrekken
9 passer langs gaan
10 rentrer naar huis gaan/thuiskomen

Slide 25 - Diapositive

Nakijken !! L2 ex. 5-7
L2 ex. 6
11 rester blijven
12 retourner terugkeren
13 sortir uitgaan
14 tomber vallen
15 (re)venir (terug)komen


Slide 26 - Diapositive

Nakijken !! L2 ex. 7
L2 ex. 6
11 rester blijven
12 retourner terugkeren
13 sortir uitgaan
14 tomber vallen
15 (re)venir (terug)komen


Slide 27 - Diapositive

Au revoir
tout le monde
Lesdoelen behaald ?
- Ik kan ww. in de p.c. vervoegen.
- Ik ken voca 1 FN/NF en voca 2 FN.
- Ik oefen met de kloktijden.

HW di: 
- maken L2 ex. 8-9
- leren voca 2 NF

Slide 28 - Diapositive