Introductiequiz 2 mavo

Nederlands!
Welkom bij Nederlands!

Geef antwoord op de volgende quizvragen. 
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Nederlands!
Welkom bij Nederlands!

Geef antwoord op de volgende quizvragen. 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat voor soort tekst is dit?

A
gedicht
B
gebruiksaanwijzing
C
krantenartikel
D
voorleesboek

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zo gezond als een ...
A
vis
B
hond
C
kip
D
pauw

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk woord is goed geschreven?
A
encyclopedie
B
portomonnee
C
interresant
D
onmiddelijk

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je een ander woord met (bijna) dezelfde betekenis?

A
gezegde
B
synoniem
C
alinea
D
afbeelding

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent
'je ziet er
bedrukt uit'?
A
Het lijkt alsof je onder een kopieerapparaat lag
B
dat je er moe uitziet
C
dat je er verdrietig uitziet
D
dat je er goed uitziet

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke zin staan precies drie werkwoorden?
A
De vliegen vliegen achter vliegen aan.
B
De reiziger zal met de trein gaan reizen.
C
In de mediatheek staan veel computers.
D
Misschien moeten wij verhuizen.

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je
wat iemand ergens van vindt?
A
interview
B
doorvragen
C
feit
D
mening

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoge bomen vangen veel .....
A
regen
B
vogels
C
water
D
wind

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk woord is goed geschreven?
A
aggresief
B
agressief
C
agresief
D
aggressief

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je het woord in hoofdletters?
Vind jij NEDERLANDS leuk?
A
lidwoord
B
heel werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voltooid deelwoord

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een ander woord voor "realistisch"?
A
vreemd
B
echt
C
sterk
D
anders

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen tekstdoel?
A
overtuigen
B
informeren
C
instrueren
D
reageren

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen werkwoord?
A
ben
B
haar
C
geweest
D
loop

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk persoonsvorm is goed geschreven?
Vandaag .... hij naar school.
A
fietst
B
fiets
C
fietste
D
fietsd

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een ander woord voor "kosteloos"?
A
eenvoudig
B
gratis
C
snel
D
zonder

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat voor een soort woord is het woord in hoofdletters?
DE auto rijdt snel.
A
werkwoord
B
lidwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
geen van deze antwoorden

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk dier vind je in de volgende zin?
De nieuwe woonplaats bleek Hoorn te zijn.

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk dier vind je in de volgende zin?
Is in Europa uw hoofdkantoor gevestigd?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk dier vind je in de volgende zin?
In de speeltuin gaan de kinderen graag op de schommel.

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

35 sec
Wat stond er in de rebus?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen dit schooljaar?
  • Woordenschat (W3-P1)
  • Lezen (W3-P2)
  •  Spreken en taal (W2-P2)
  • Spelling (W3-P3)
  • Grammatica en formuleren (W3-P4)
  • Schrijven (W2-P4)

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

benodigdheden Nederlands
  • Laptop
  • Boek (Nieuw Nederlands 2 t/havo 7e editie)
  • Schrift
  • Pen (en  markeerstiften)
  • Leesboek
Alle bovenstaande materialen heb je elke les bij je. Tijdens de les hoor je welk materiaal we die les gebruiken.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions