BS 3 en 4 kringlopen en biologisch evenwicht

Ecologie
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Ecologie

Slide 1 - Diapositive

Fotosynthese en verbranding
Planten kunnen bepaalde stoffen omzetten in andere stoffen.

Van water (uit de bodem) en koolstofdioxide (een gas uit de lucht) maakt een plant de nieuwe stoffen glucose en zuurstof.

Het proces waarbij een plant glucose en zuurstof maakt, heet fotosynthese.

Een plant kan alleen in de bladgroenkorrels aan fotosynthese doen.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Ecologie = het bestuderen van alle relaties 
tussen organismen en hun milieu.
Organismen = 
één enkel levend wezen.

Biotische factoren = invloeden afkomstig van de levende natuur.
Abiotische factoren = invloeden afkomstig van de levenloze natuur.
Levenloze natuur = natuur die nog nooit geleefd heeft.

Slide 4 - Diapositive

Invloeden uit het milieu
Biotische factoren:
Roodborstje eet insecten, maar kan ook gegeten worden door roofvogels.

Abiotische factoren
Het leven van een roodborstje wordt beïnvloed door temperatuur, wind, regen, enz.

Slide 5 - Diapositive

Voedselweb

Slide 6 - Diapositive

Piramide van aantallen
Schema dat laat zien hoeveel
individuen in elke schakel van
een voedselketen voorkomen

Slide 7 - Diapositive

Piramide van biomassa
Schema dat laat zien wat het gewicht is 
van alle organische stoffen in elke
schakel van een voedselketen

Biomassa = het gewicht van alle organische stoffen in een organisme

Slide 8 - Diapositive

Energie in een voedselketen

Slide 9 - Diapositive

Koolstofkringloop
Stikstofkringloop
Bij de koolstofkringloop kijk je alleen naar het atoom koolstof ==> dus de C
Bij de stikstofkringloop wordt nitraat doorgegeven (N)



Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

De organisatieniveaus van de ecologie
1. Individu (een enkel organismen)
2. populatie (groep individuen van dezelfde soort in een bepaalde leefomgeving)
3. levensgemeenschap (Alle populaties in een bepaald leefgebied)
4. ecosysteem (Alle abiotische factoren en populaties in een bepaald gebied samen)

Slide 12 - Diapositive

Voorbeeld ecosystemen in Nederland

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Biologisch evenwicht
Als er evenveel sterft als dat erbij komt, dan is er een biologisch evenwicht.

Slide 15 - Diapositive

Optimumkromme

Slide 16 - Diapositive

Aan de slag
Lees 6.4 Biologisch evenwicht 
Maak de opgaven

Slide 17 - Diapositive