Renaissance: Shakespeare

 THEATER in de Renaissance
Lesdoelen: 
  1. opfris commedia dell arte
  2. kennis ontwikkelingen in Italie
  3. kennis Shakespeare

1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4-6

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 7 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

 THEATER in de Renaissance
Lesdoelen: 
  1. opfris commedia dell arte
  2. kennis ontwikkelingen in Italie
  3. kennis Shakespeare

Slide 1 - Diapositive

 korte herhaling: theater in Italië
Docent: even naar slide 15 - alvast weetje invoeren :-)

Slide 2 - Diapositive

Zoektocht naar de klassieke uitvoering
Theater op straat:
Commedia Dell'Arte

Slide 3 - Diapositive

Leg in je eigen woorden uit wat commedia Dell Arte is

Slide 4 - Question ouverte

5

Slide 5 - Vidéo

01:00-01:09
Middeleeuwen werden gekenmerkt door de mysterie-, passie en mirakelspelen.

Slide 6 - Diapositive

02:33-02:37
Nieuw! Theater naar binnen halen!

Slide 7 - Diapositive

02:48
Wat was nog meer nieuw?
A
Klassieke stukken in de moderne tijd plaatsen.
B
Stukken schrijven in eigen beheer.
C
Kerkelijke stukken in de eigen taal ipv Latijn
D
Klassieke stukken in de eigen taal ipv latijn

Slide 8 - Quiz

04:00
Waarom zag de gewone man zelden een voorstelling erudiete komedie?

Slide 9 - Question ouverte

06:14
Noem 3 voorbeelden van theatervormgeving die in de renaissance nieuw waren of hernieuwd werden.

Slide 10 - Question ouverte

Bekijk het filmpje op de volgende dia. Noem 2 kenmerken van de commedia dell'arte op het gebied van spel (S) en 1 kenmerk op gebied van vormgeving (V).

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Vidéo

Hoe/waar zie je nu nog elementen van commedia dell’ arte terug?

Slide 13 - Question ouverte

Elizabethaans theater

Slide 14 - Diapositive

Huiswerk: weetje opzoeken over Shakespeare. Invoeren maar!

Slide 15 - Carte mentale

Slide 16 - Vidéo

Overleg: waardoor nam de professio-nalisering van theater een vlucht?

Slide 17 - Question ouverte

William Shakespeare
  • Eerste moderne toneelschrijver:
         - geen herhaling van de klassieken, eigen stukken
         - stukken niet gebaseerd op religieuze verhalen
         - tijdloze, universele thema's: menselijk

  • Hij schreef tragedies, komedies, historiestukken, romantische drama's

  • Grote invloed op Engelse taal

  • Personages zijn gelaagd, niet alleen goed of slecht. Emoties / thema's als macht, afgunst,  achterbaksheid, verleiding, twijfel, waanzin, beïnvloeding, hartstocht.


Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Wat is zo uniek aan Shakespeare dat zijn stukken nu nog met liefde worden gespeeld? Noem 3 punten.

Slide 20 - Question ouverte

Bekijk het filmpje en maak aantekeningen
Bekijk het filmpje over The Globe. 
Maak aantekeningen van de belangrijkste zaken.

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

Vergelijk je aantekeningen met je buur en vul aan :-)
Bekijk het filmpje over The Globe. 
Maak aantekeningen van de belangrijkste zaken.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

The Globe is nagemaakt in Diever. Wat is het verschil met The Globe in Londen? Wat is hiervan het voordeel?

Slide 25 - Question ouverte

Hoe zagen Shakespeares stukken eruit?

Bekijk 00:00-03:15 voor een impressie van de stukken en acteurs/samenstelling van een gezelschap.

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Kenmerken Engels theater 16e en 17e eeuw
- Vaste theaters i.p.v rondreizend.

- Theater is voor alle lagen van de bevolking.

- Gezelschappen worden beschermd door de adel.

- Gezelschappen hebben hun eigen theatergebouw (vaak buiten de stad).

Slide 28 - Diapositive

Shakespeare: nog steeds modern
- Nog steeds veel gespeeld vanwege tijdloze thema's
- Veel adaptaties (bewerkingen)
                                      

                                       =     

Slide 29 - Diapositive

Shakespeare is nog steeds modern vanwege de tijdloze thema's.
Er zijn veel adaptaties (bewerkingen). Noem 1:

Slide 30 - Question ouverte

Valluiken, geheime deuren, meerdere stukken in 1 week (vlag)
Tijdloze universele thema's/UK
Poetisch,rijk taalgebruik/UK
Alle lagen van de bevolking, geluid was het belangrijkst/UK
Vast theater i.p.v. rondreizend/UK
Typetjes ook gespeeld door vrouwen/IT
Improvisatie volks, op straat, actueel, spottend/IT
lijnperspectiefdecor (alleen voor rijksten zichtbaar)/IT
Zoektocht naar klassieke uitvoering/IT
Ronde vorm nodigt uit tot participatie publiek/UK

Slide 31 - Question de remorquage

To be or not to be
Hamlet wikt en weegt met een schedel in zijn hand
To be, or not to be, that is the question:​
Whether 'tis nobler in the mind to suffer​
The slings and arrows of outrageous fortune,​
Or to take arms against a sea of troubles​
And by opposing end them. To die—to sleep,​
No more; and by a sleep to say we end​
The heart-ache and the thousand natural shocks​
That flesh is heir to: 'tis a consummation​
Devoutly to be wish'd. To die, to sleep;​
To sleep, perchance to dream—ay, there's the rub*:​
For in that sleep of death what dreams may come,​
When we have shuffled off this mortal coil,​
Must give us pause—there's the respect​
That makes calamity of so long life.

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Vidéo

Wat overweegt Hamlet? Waarom doet hij dit uiteindelijk niet?​

Slide 34 - Question ouverte

Check: begrijp jij de grap?

Slide 35 - Diapositive

Check: begrijp jij de grap?

Slide 36 - Diapositive

Maak samen een 'meme' o.b.v. to be or not to be (......)




Meme uploaden in lessonup
timer
5:00

Slide 37 - Diapositive

TO BE OR NOT TO BE.....

Slide 38 - Question ouverte

Maak o.b.v. je aantekeningen een moodboard over theater in de Renaissance




Vergelijk daarna met je buur
timer
3:00

Slide 39 - Diapositive

THEATER in de Renaissance
Geef jezelf een cijfer op de lesdoelen: 
  1. opfris commedia dell arte
  2. kennis ontwikkelingen in Italie
  3. kennis Shakespeare

Slide 40 - Diapositive

Zelfstandig werken  in duo's
Renaissancekunst (ca. 1500-1600) of Barokke kunst (500-1500):

  • Analyseren a.d.h.v. vormgevingskenmerken (achterin werkboek)
  • Argumenten voor renaissance/barok


(Alleen indien tijd over!)




Slide 41 - Diapositive