4.4 Theater in de Renaissance

4.4 Theater
A: Theater in Italie
B: Shakespeare
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 8 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

4.4 Theater
A: Theater in Italie
B: Shakespeare

Slide 1 - Diapositive

4.4 Theater in Italië
Lees pagina 88 en 89 van je boek door voor je aan de les begint.
Verwerk de stof in je samenvatting/overzicht.

Slide 2 - Diapositive

Zoektocht naar de klassieke uitvoering
Theater op straat:
Commedia Dell'Arte

Slide 3 - Diapositive

8

Slide 4 - Vidéo

01:00-01:09
Middeleeuwen werden gekenmerkt door de mysterie-, passie en mirakelspelen.

Slide 5 - Diapositive

02:33-02:37
Nieuw! Theater naar binnen halen!

Slide 6 - Diapositive

02:48
Wat was nog meer nieuw?
A
Klassieke stukken in de moderne tijd plaatsen.
B
Stukken schrijven in eigen beheer.
C
Kerkelijke stukken in de eigen taal ipv Latijn
D
Klassieke stukken in de eigen taal ipv latijn

Slide 7 - Quiz

04:00
Waarom zag de gewone man zelden een voorstelling Erudite Komedie?

Slide 8 - Question ouverte

06:14
Noem 3 voorbeelden van theatervormgeving die in de renaissance nieuw waren of hernieuwd werden.

Slide 9 - Question ouverte

07:34
Leg in je eigen woorden uit wat Commedia dell'Arte is. Noem in ieder geval de woorden 'improvisatie'en 'lazzi'.

Slide 10 - Question ouverte

09:35
Wat voor personages horen niet bij de 3 categorieen personages in de Commedia?
A
Geliefden
B
Schurken
C
Knechten
D
Meesters

Slide 11 - Quiz

11:18
Vind je het prettig zo 'college' te krijgen? Vragen, tips of opmerkingen?

Slide 12 - Question ouverte

Theatro Olympico
Grieks theater
Kijk en Vergelijk
De reanaissance theaters waren gebaseerd op de klassieke theaters zoals beschreven door Serlio op basis van de geschriften van Vitruvius. 

Slide 13 - Diapositive

Noem 2 grote verschillen tussen het griekse theatergebouw en het Teatro Olympico

Slide 14 - Question ouverte

Tekst
Tekst
vraag
Sleep de voorstellingen naar het juiste decor volgens Serlio.
Komisch Decor
Satyrspel Decor
Tragedie Decor

Slide 15 - Question de remorquage

Slide 16 - Vidéo

Woordweb
Bekijk het filmpje nogmaals. Waaruit blijkt dat deze Oeidipus van Toneelgroep Amsterdam zich in deze tijd afspeeld?
info Oedipus
Oedipus is een toneelstuk van de griek sophocles (496-406 v Chr.)

Het vertelt het verhaal die de moordenaar van zijn vader zoekt, hij blijkt dat echter zelf te zijn. Als hij daar achter komt, is hij ook al met zijn moeder getrouwd. Oeidipus steekt zichzelf uiteindelijk de ogen uit. 

Slide 17 - Carte mentale

Commedia Dell'Arte
Commedia Dell'Arte is  volkstoneel dat ontstaat uit het reizende theater op straat. Commedia Dell'Arte bestaat uit geïmproviseerd spel rondom een vaste rode draad met vaste karakters onderbroken door Lazzi.

Slide 18 - Diapositive

Lazzi zijn komische vaak acrobatische tussenscenes

Slide 19 - Diapositive

Wie is wie? Kijk eventueel het filmpje terug. Zorg ervoor dat je 4 personages kun benoemen en beschrijven!

Slide 20 - Diapositive

Het succes van de vaste types binnen de commedia dell'arte heeft alles te maken met de voorspelbare karakters. Leg uit waarom dit bij het publiek zo populair is.

Slide 21 - Question ouverte

Slide 22 - Vidéo

Benoem 2 kenmerk van de commedia dell'Arte op spelgebied (S) en 1 kenmerk op gebied van vormgeving (V)

Slide 23 - Question ouverte

Doel behaald?
1: Je kunt de verschillen in de 2 renaissance theatervormen van Italie beschrijven en herkennen.
2: Je kunt het theater plaatsen in de context van de tijd.
3: Je kunt theatergebouwen beschrijven en herkennen.
4: Je kent personages van de Commedia Dell Arte en de begrippen: Lazzi, improvisatie, erudite Komedie t.o.v. Tragedie

Slide 24 - Diapositive

4.4 Elizabethaans Theater
Lees pagina 88 en 89 van je boek door voor je aan de les begint.
Verwerk de stof in je samenvatting/overzicht.

Slide 25 - Diapositive

Kenmerken Engels theater 17e eeuw
Vaste theaters i.p.v rondreizend.
Theater is voor alle lagen van de bevolking.
Gezelschappen worden beschermd door de adel.
Gezelschappen hebben hun eigen theatergebouw.

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

The Globe

  • Gebouwd 1598
  • Buiten de stad London        


  • Alle stukken van Shakespeare speelden hier
  • Brandde af in 1613, tijdens het stuk Henry IVV
     (door de gevolgen van een toneelkanonschot)
  • Plaats voor 3000 mensen van alle rangen en standen

Slide 28 - Diapositive

Leg uit waarom de theaters buiten de stad werden gebouwd.

Slide 29 - Question ouverte

William Shakespeare
  • Eerste moderne toneelschrijver
         - geen herhaling van klassieke schrijvers, eigen stukken
         - stukken niet gebaseerd op religieuze verhalen
         - tijdloze, universele thema's: menselijk
  • Hij schreef: tragedies, komedies, romantische drama's
  • Invloed op Engelse taal
  • Maar vooral, een leerschool voor het leven:
macht, afgunst,  achterbaksheid, verleiding, twijfel, waanzin, beïnvloeding, hartstocht, dromen.


Slide 30 - Diapositive

Shakespeare: nog steeds modern
Veel moderne versies van zijn verhalen: "adaptaties".
Waarom? - Zijn verhalen zijn tijdloos // herkenbare problemen.

Vooral films, bijvoorbeeld: 
- Lion King = Hamlet
- 10 things I hate about you = Temmen van de feeks

Slide 31 - Diapositive

Vormgeving v.s. Taal
De rondtrekkende toneelgezelschappen verplaatsen met behulp van hun mecenassen (beschermheren zoals Lord Chamberlain) naar houten theaters. Toneel wordt steeds populairder. In Londen staat een reconstructie van het Globe-theater zoals dit eruit heeft gezien rond 1600. Bekijk het volgende fragment van Midzomernachtsdroom in dit herbouwde Globe-theater.

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Vidéo

Bij engelse toneelstukken is er vaak een verteller die voordraagt waar de scène zich afspeeld. Leg adhv de aankleding van het podium uit waarom toneelschrijvers de omgeving zo uitgebreid beschrijven.

Slide 34 - Question ouverte

Slide 35 - Vidéo

Noem 2 dingen die Shakespeare niet wil zien/horen bij het spel van de acteurs.

Slide 36 - Question ouverte

Waarom passen improviserende toneelspelers niet meer bij het type toneelstukken dat Shakespeare schrijft?

Slide 37 - Question ouverte

FEITJE
Justin Bieber was een van de eersten die het woord swag gebruikte in onze tijd.

Shakespeare was hem echter 4 eeuwen voor:
'Swagger' = op een uitdagende manier rondlopen

Slide 38 - Diapositive

Doelen gehaald?
Je kunt het ontstaan van het theater in Engeland duiden en beschrijven.
Je kent de kenmerken van het Elizabethaanse theater en benoemen en kan haar invloed op het hedendaagse theater beschrijven.
Je weet waar Midzomernachtsdroom over gaat.
meer ofenen? zie de groene oefenvragen als je verder klikt!

Slide 39 - Diapositive

Oefenen
onderstaande vragen kun je gebruiken bij het oefenen voor de toets.

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Vidéo

Waaraan kun je zien dat de voorstelling zich in onze tijd afspeeld?

Slide 42 - Question ouverte

Waarom kiest een maker er (in de renaissance of in 2021) voor een voorstelling in de huidige tijd af te laten spelen?

Slide 43 - Question ouverte

Wat waren de grote veranderingen in het renaissance-theater ten opzichte van het middeleeuwse theater?

Slide 44 - Question ouverte

1

Slide 45 - Vidéo

00:00-00:05
Bekijk het filmpje

Slide 46 - Diapositive

Shakespeares stukken worden nog steeds meer dan die van andere schrijvers veel opgevoerd en verwerkt in films. Bedenk twee redenen waarom dit zo is.

Slide 47 - Question ouverte

Het filmpje van het NNT is een trailer voor de voorstelling Midzomernachtsdroom. Benoem 2 spel- en/of tekstkenmerken waarin de stijl verschilt van de Elizabethaanse speelstijl.

Slide 48 - Question ouverte