Economie 3GT 6.2 Het gaat om de winst!

6.2 Het gaat om de winst!
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

6.2 Het gaat om de winst!

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag
  • Terugblik op de vorige les.
  • Leerdoelen voor vandaag.
  • Uitleg/instructie.
  • Bekijken van een filmpje.
  • Opdrachten maken in groepjes volgens nieuwe plattegrond.
  • Nakijken van opdrachten.
  • Afsluiten van de les.

Slide 2 - Diapositive

Terugblik

Slide 3 - Diapositive

Terugblik
- Schrijf twee van de vier productiefactoren op.
- Geef een voorbeeld van kapitaalintensief.
- Schrijf nog een begrip op die je weet van de vorige les.

Schrijf je naam op je Post-It

Slide 4 - Diapositive

Leerdoelen
In deze les leer je
  • Wat de brutowinstopslag is en hoe je daarmee de verkoopprijs kunt berekenen.
  • Hoe je de consumentenprijs berekent.
  • Hoe je de btw vanuit de consumentenprijs berekent.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Wat betekend het volgende:
  • Wat is winst.
  • Wat is een verkoopprijs?
  • Wat is een consumentenprijs? Wie betaald deze?
  • Wat is BTW en waarom bestaat dit?

Slide 7 - Diapositive

Wat is winst?
A
B

Slide 8 - Quiz

Wat is een verkoopprijs?

Slide 9 - Question ouverte

Wat is een consumentenprijs?
Wie betaald deze?

Slide 10 - Question ouverte

Wat is BTW en waarom bestaat dit?

Slide 11 - Question ouverte

Brutowinstopslag en verkoopprijs
Een winkelier koopt producten in en verkoopt ze door voor een hogere prijs.

Hierdoor dekt de winkelier de kosten en maakt hij winst.


 

Slide 12 - Diapositive

Verkoopprijs berekenen
  • De brutowinstopslag is een percentage (%) van de inkoopprijs.
  • De verkoopprijs kun je op twee manieren berekenen.

Slide 13 - Diapositive

Btw en consumentenprijs
De winkelier heeft zijn verkoopprijs vastgesteld.

Daarbovenop betaalt de consument ook btw (belasting toegevoegde waarde).


Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Consumentenprijs berekenen
De btw is 9% of 21% van de verkoopprijs.
 
De verkoopprijs inclusief btw is de consumentenprijs.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Lien

Samenvattend
Inkoopprijs
Brutowinstmarge (= bijv. 25% bepaald de ondernemer)  +
Verkoopprijs

Verkoopprijs
BTW (= bijv. 21%)  +
Consumentenprijs

Slide 18 - Diapositive

Opdrachten maken
Je gaat samen met je groepje de opdrachten maken.
Je helpt elkaar waar nodig.
Snap je iets niet vraag het aan de docent.


Ben je klaar met je groepje. Vraag de docent om een nakijkblad.

Slide 19 - Diapositive

Afsluiten van de les
Pak je Chromeboek en doe mee met de volgende vragen.

Slide 20 - Diapositive

Brutowinst is voor een ondernemer essentieel om te blijven bestaan?
Waar
Niet waar

Slide 21 - Sondage

Na de brutowinst worden de kosten en belastingen ervan afgehaald?
Waar
Niet waar

Slide 22 - Sondage

BTW is belastbare toegevoegde waarde?
Waar
Niet waar

Slide 23 - Sondage

9% BTW wordt op een tv doorbelast?
Waar
Niet waar

Slide 24 - Sondage

Op groente en fruit hoef je geen BTW te betalen?
Waar
Niet waar

Slide 25 - Sondage

Vandaag heb ik het volgende geleerd in de les. Noem 2 voorbeelden.

Slide 26 - Question ouverte

Neem 1 begrip (voorbeeld BTW) en schrijf op wat het is. BTW mag niet meer gebruikt worden.

Slide 27 - Question ouverte