YH4-TH4-BS3

Cel kenmerken
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Cel kenmerken

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen BS3
  1. Je kent het onderscheid tussen prokaryoot en eukaryoot
  2. Je kunt een eukaryoot organisme herkennen
  3. Je weet welke domeinen behoren tot de eukaryoten
  4. Je kent de algemene kenmerken van eukaryoten

Slide 2 - Diapositive

Begrippen BS3
schimmels - gisten; schimmeldraden (hyfen); sporen; paddestoelen
planten - 4 groepen sporenplanten; 3 groepen vaatplanten 
dieren - sponzen; eencelligen; holtedieren; platwormen; rondwormen;  
                   ringwormen; weekdieren; geleedpotigen; stekelhuidigen;    
                  gewervelden

Slide 3 - Diapositive

Eukaryoten
celkern met DNA

Vaak:
  • meercellig
  • weefsels + organen

schimmels; planten; dieren

Slide 4 - Diapositive

Schimmels
heterotroof: geen chlorofyl

eencellige schimmels: gist
meercellige: schimmeldraden (hyfen)

voortplanting: sporen

functie: afbraak van organische stoffen
gebruik: gist (brood/bier/wijn); paddenstoelen; productie antibiotica (penicilline); kaas


Slide 5 - Diapositive

Schimmels

Slide 6 - Diapositive

Wat is de functie van een paddenstoel?

Slide 7 - Question ouverte

Waarom helpen antibiotica niet voor virussen?

Slide 8 - Question ouverte

Planten
celwanden; cellulose
autotroof: chloroplasten
eencellige eukaryoten: kenmerken platen cellen 

sporenplanten: voortplanting via sporen (wieren; mossen; paardentaart; varens)
vaatplanten: transportvaten (paardenstaart; varens; zaadplanten)

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Wie kent het ezelsbruggetje om de den, spar en larix uit elkaar te houden?
- geeft aan hoe de naalden op de tak staan

Slide 12 - Diapositive

spar = solo;              den = duo;            lariks = legio

Slide 13 - Diapositive

Dieren
geen celwanden
heterotroof: geen chlorofyl
bijna allemaal diploid
criteria indeling dierenrijk:
  • eencellig of meercellig
  • symmetrie
  • skelet soort
  • genetische overeenkomsten

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Geleedpotige
meeste soorten in het dierenrijk (meer dan miljoen)
o.a. insecten
uitwendig skelet -> chitine groei alleen mogelijk tijdens vervellingen
metamorfoses -> gedaanteverwisseling van 
                                      larve  -> pop -> imago (volwassen insect)
eitjes worden gelegd na paring en begint cyclus opnieuw

Slide 18 - Diapositive

Geleedpotige

Slide 19 - Diapositive

Eencelligen eukaryoten
celkenmerken van dieren
trilhaardiertjes:
  • pantoffeldiertje en amoebe
  • geen celwand,
  • geen fotosynthese
eten bijvoorbeeld: bacteriën 
trilhaardiertjes


Slide 20 - Diapositive

Zijn er vragen?? 

Slide 21 - Diapositive

Huiswerk

Maak van bvj BS3  26-29; 33-35



Kijkopdracht: Myths and Misconceptions
Hoe komen giraffen NIET aan hun lange nek?

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo