Oefenquiz Stofwisseling

Stofwisseling is
A
alle processen in een cel
B
alle reacties in een cel
C
alle chemische processen in een cel
1 / 28
suivant
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Stofwisseling is
A
alle processen in een cel
B
alle reacties in een cel
C
alle chemische processen in een cel

Slide 1 - Quiz

anorganische stoffen zijn stoffen die
A
kleine moleculen zijn
B
C én H én O bevatten
C
veel energie bevatten
D
niet C, H én O bevatten

Slide 2 - Quiz

Het maken van glucose uit CO2 en water door planten is een...
A
Assimilatie proces
B
Dissimilatie proces

Slide 3 - Quiz

Het vrijkomen van melkzuur in spieren komt door een...
A
Assimilatie proces
B
Dissimilatie proces

Slide 4 - Quiz

de definitie voor autotroof is...
A
anderen voedend
B
kan uit organische stoffen organische stoffen maken
C
kan uit anorganische stoffen organische stoffen maken
D
anders voedend

Slide 5 - Quiz

Vul in:

.......... + zuurstof --> Energie + water+ koolstofdioxide
A
melkzuur
B
fotosynthese
C
verbranding
D
glucose

Slide 6 - Quiz

Zie achtergrond afbeelding: autotroof of heterotroof?
A
autotroof
B
heterotroof

Slide 7 - Quiz

Welk van deze organismen is autotroof?
A
gorilla
B
goudvis
C
geranium
D
gierzwaluw

Slide 8 - Quiz

Wat is GEEN kenmerk van een organische stof?
A
Ze bevatten C/H/O-atomen
B
Het zijn relatief kleine moleculen
C
Ze worden gemaakt door organismen
D
Het zijn relatief grote moleculen

Slide 9 - Quiz

Bij dit proces is energie nodig.
A
Assimilatie
B
Dissimilatie

Slide 10 - Quiz

De producten van dit proces worden gebruikt voor groei, vervanging en herstel.
A
Assimilatie
B
Dissimilatie

Slide 11 - Quiz

Maken van glucose uit CO2 en water door planten.
A
Assimilatie
B
Dissimilatie

Slide 12 - Quiz

Glucose is een
A
anorganische stof
B
organische stof

Slide 13 - Quiz

Alcohol wordt door gist gevormd via
A
Assimilatie
B
Dissimilatie

Slide 14 - Quiz

Alcohol is een
A
anorganische stof
B
organische stof

Slide 15 - Quiz

Melkzuur is een
A
anorganische stof
B
organische stof

Slide 16 - Quiz

Wat is het verschil tussen aerobe en anaerobe dissimilatie?
A
Aeroob is met zuurstof Anaeroob is zonder
B
Aeroob is zonder zuurstof Anaeroob is met
C
Aeroob is met glucose Anaeroob is zonder
D
Aeroob is zonder glucose Anaeroob is met

Slide 17 - Quiz


Stelling:
Bij lichtsterkte 2 lux vindt er  fotosynthese plaats
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz


Wanneer is de lichtintensiteit beperkend voor de fotosynthese-activiteit?

A
bij 0 tot 5 lux
B
vanaf 5 lux
C
bij 0 tot 2 lux
D
bij 2 tot 5 lux

Slide 19 - Quiz


Bij welke lichtintensiteit is de snelheid van de fotosynthese 2x zo groot als die van de dissimilatie?


A
0 lux
B
2 lux
C
4 lux
D
6 lux

Slide 20 - Quiz

Welke factor is 's nachts meestal de beperkende factor voor de fotosynthese?
A
water
B
zuurstof
C
koolstof
D
licht

Slide 21 - Quiz

Bij welke golflengte vindt de minste fotosynthese plaats?
A
Tussen 400 en 500 nm
B
Tussen 500 en 600 nm
C
tussen 600 en 700 nm
D
tussen 700 en 800 nm

Slide 22 - Quiz

Hoe heet de opbouw van complexe moleculen uit eenvoudige organische moleculen?

Slide 23 - Question ouverte

het opbouwen van grote moleculen uit kleine moleculen is een........ proces
A
assimilatie
B
dissimilatie

Slide 24 - Quiz

Organisch of Anorganisch?
Organisch molecuul
Anorganisch molecuul

Slide 25 - Question de remorquage

Wat is het nut van het ATP-molecuul?

Slide 26 - Question ouverte

Leg uit waarom 1 molecuul vet 'maar' iets meer dan 2x zoveel ATP oplevert dan 1 molecuul glucose?

Slide 27 - Question ouverte

Welke andere stoffen worden gevormd m.b.v. glucose?

Slide 28 - Question ouverte