HACCP

Hygiëne
  • Persoonlijke hygiëne
  • Levensmiddelenhygiëne
  • Schoonmaakplannen
  • Kwaliteitszorg

1995 een wet aangenomen: de Warenwetregeling Hygiëne van Levensmiddelen. 


1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

Hygiëne
  • Persoonlijke hygiëne
  • Levensmiddelenhygiëne
  • Schoonmaakplannen
  • Kwaliteitszorg

1995 een wet aangenomen: de Warenwetregeling Hygiëne van Levensmiddelen. 


Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

In welk jaar is de Warenwetregeling van Levensmiddelen opgesteld?

Slide 3 - Question ouverte

Waar staat HACCP voor?
Hazard 
Analysis    
Critical
Control
Points
Mogelijke gevaren (Hazard) analyseren (Analysis) die in het voedsel of de grondstoffen aanwezig zijn. Wanneer deze gevaren en risico's bekend zijn dan kijk je hoe je deze kunt voorkomen en beheersen (Critical Control Points)


Slide 4 - Diapositive

Voor wie geldt HACPP?
  • Poeliers en slagerijen 
  • Ei-verwerkende bedrijven
  • Zuivelbedrijven 
  • Tuinbouwbedrijven
    Alle bedrijven die te maken hebben met het verwerken van voedsel

Slide 5 - Diapositive

Waar staat de afkorting HACCP voor?

Slide 6 - Question ouverte

Voor wie geldt HACPP?

Slide 7 - Carte mentale

Slide 8 - Vidéo

Inspectie
Inspectie bezoek van controleurs die werken bij de Nederlandse voedsel en warenautoriteit (NVWA)

Hoe goed je de regels hanteert, hoe minder vaak bezoek. Bedrijven krijgen kleuren:
  • Groen = bedrijven worden minder vaak bezocht (één keer per jaar)
  • Oranje = bedrijven worden minimaal één keer per jaar bezocht
  • Rood = bedrijven worden net zo vaak bezocht tot ze aan de norm voldoen of worden gesloten

Slide 9 - Diapositive

De NVWA controleert:
  • De naleving van het rookverbod op de werkvloer
  • Het dierenwelzijn
  • Voor exportcertificering
  • Reststromen voor diervoerders en dierlijke bijproducten
  • De algemene productveiligheid (non food)

Na de inspectie worden de bevindingen besproken. 

Niet in orde? 
  • Zo snel mogelijk oplossen
  • Een zware overtreding? --> een schriftelijke of mondelinge waarschuwing.
  • Een boete of direct sluiten van het bedrijf
Kleine zaakjes niet in orde? Dan snel weer een controle tot het is opgelost.

Slide 10 - Diapositive

De NVWA controleert op:
A
Hoe lekker het eten is
B
Of je de regels goed naleeft
C
Hoe de uitstraling van het eten is
D
Hoe gezellig het restaurant eruit ziet

Slide 11 - Quiz

De NVWA mag een bedrijf sluiten als ze niet de regels volgen
WAAR
NIET WAAR

Slide 12 - Sondage

Wat is NIET waar
A
Nette kleding hoort bij persoonlijke hygiëne
B
Je mag geen kauwgom tijdens het serveren of koken
C
Lange haren hoeft niet vast
D
Je wast altijd je handen wanneer het moet

Slide 13 - Quiz

Persoonlijke hygiëne
  • Schone nette kleren
  • Haar goed verzorgt (lang haar vast)
  • Handen wassen
  • Geen kauwgom tijdens serveren of koken
  • De juiste werkhouding


Exameneisen! 

Slide 14 - Diapositive

Micro-organismen
Piepkleine levende wezens wat je niet met het blote oog kunt zien

Micro-organismen zijn gisten en schimmels. Deze zijn overal! 
  • Op voedingsmiddelen
  • In de lucht
  • In het water
  • Op onze handen
  • Op onze kleding
  • Op de werkbanken

Er zijn ook nuttige micro-organismen:
  • Zuurkool
  • Yoghurt
  • Bier
  • Wijn
  • Brood
  • Kaassoorten



Slide 15 - Diapositive

Soms heb je micro-organismen nodig om bepaalde producten te maken
WAAR
NIET WAAR

Slide 16 - Sondage

Noem 1 product op wat micro-organismen nodig heeft

Slide 17 - Question ouverte

Micro-organismen
Schadelijke micro-organismen
Veroorzaken het bederf van eten en maken mensen ziek.
Nestelen zich in de maag-darmkanaal en veroorzaken daar ontstekingen. 

Het duurt een aantal uur voordat je er iets van merkt ---> incubatietijd

Elk jaar meer dan 1 miljoen mensen met darmklachten door voedselinfectie. 


Slide 18 - Diapositive

Besmettingen
  • Kruisbesmetting ---> besmetten van bereide producten met micro-organismen en rauwe producten  
      - Voedsel goed afdekken
      - Geen warme en koude producten met elkaar mengn
      - Materialen afwassen na gebruik rauwe producten
      - Juiste snijplanken gebruiken
  • Na besmetting ---> het opnieuw besmetten van een gaar product
  • Voedselbesmetting ---> Micro-organismen waar je ziek van kan worden zijn terecht gekomen in voedsel
  • Voedselinfectie ---> Eten van besmet voedsel met een veel aantal ziekmakende bacterieën 
       - koorts
       - braken
       - diarree
Hoe voorkom je een voedselinfectie? Je dient het voedsel goed te verhitten boven de 75 graden. 

Slide 19 - Diapositive

  • Voedselbederf ---> voedsel dat door micro-organismen is aangetast 
       - Het uiterlijk
       - De geur 
       - De smaak
  • Voedselvergiftiging ---> wanneer je voedsel eet wat besmet is met bacteriën en giftige stoffen (toxinen)
       - Braken
       - Diarree
       - Koorts
       - Maag- en darmkrampen

Slide 20 - Diapositive

Noem 1 voorbeeld van besmettingen van voedsel of het gevolg daarvan

Slide 21 - Question ouverte

THT & TGT
  • THT = Ten minste houdbaar tot
  • TGT = Te gebruiken tot 

De datum geldt alleen als de verpakking NIET open is geweest

Wanneer is het niet verplicht?:
  • Voor verse, onbewerkt groente
  • Fruit
  • Aardappel
  • Wijn

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Na de THT datum kan je het product niet meer gebruiken
WAAR
NIET WAAR

Slide 24 - Sondage

Na de TGT datum moet je het product weggooien
WAAR
NIET WAAR

Slide 25 - Sondage

Informatieposter HACCP
  • Minimaal 3 voorbeelden over HACCP
  • Creatief
  • Lesstof erin verwerken (aantekeningen)
  • Afbeeldingen (zoeken op internet, sturen naar mij om uit te printen)

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Besmettingen
- Kruisbesmetting
- Na besmetting
- Voedselinfectie
- Voedselbederf
- Voedselvergiftiging 

Slide 28 - Diapositive









Hazard
Analysis
Critical
Controle
Points

Gevaren
Analyseren op 
Kritieke
Controle
Punten
HACCP

Slide 29 - Diapositive

Kip snijd je op een ... snijplank.
A
Wit
B
Blauw
C
Rood
D
Geel

Slide 30 - Quiz