blok 3 week 1 les 5
bloeden
t.t ik...
t.t ik...
1 / 18
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
bloeden
t.t ik...
t.t ik...
Slide 1 - Question ouverte
bloeden
t.t ..... jij?
t.t ..... jij?
Slide 2 - Question ouverte
bloeden
t.t hij.......
t.t hij.......
Slide 3 - Question ouverte
hechten
t.t. ik.....
t.t. ik.....
Slide 4 - Question ouverte
hechten
t.t. ........jij?
t.t. ........jij?
Slide 5 - Question ouverte
hechten
t.t. hij........
t.t. hij........
Slide 6 - Question ouverte
verbinden
t.t. ik........
t.t. ik........
Slide 7 - Question ouverte
verbinden
t.t.........jij?
t.t.........jij?
Slide 8 - Question ouverte
verbinden
t.t hij........
t.t hij........
Slide 9 - Question ouverte
worden
t.t ik..........
t.t ik..........
Slide 10 - Question ouverte
worden
t.t ..........jij?
t.t ..........jij?
Slide 11 - Question ouverte
worden
t.t hij.........
t.t hij.........
Slide 12 - Question ouverte
klutsen
t.t Het keukenmeisje....een paar eieren.
t.t Het keukenmeisje....een paar eieren.
Slide 13 - Question ouverte
breien
t.t. De herder......., terwijl de schapen grazen.
t.t. De herder......., terwijl de schapen grazen.
Slide 14 - Question ouverte
vouwen
v.t. De kerkgangers.....eerbiedig de handen.
v.t. De kerkgangers.....eerbiedig de handen.
Slide 15 - Question ouverte
lassen
v.t..............de smid ijzeren voorwerpen?
v.t..............de smid ijzeren voorwerpen?
Slide 16 - Question ouverte
vergissen
v.d. Ik heb me wel...... in die jongen.
v.d. Ik heb me wel...... in die jongen.
Slide 17 - Question ouverte
wandelen
v.d. We hebben uren door de bossen.........
v.d. We hebben uren door de bossen.........
