Evolutie 5H 30 sept 2020 10.2

Maak je weer klaar voor een lesje LessonUp
We beginnen zodra de bel is gegaan....
Eerst een beetje oefenen met erfelijkheid
Daarna uitleg over paragraaf 10.2
En er blijft ook tijd om opgaven te maken (hoop ik)
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Maak je weer klaar voor een lesje LessonUp
We beginnen zodra de bel is gegaan....
Eerst een beetje oefenen met erfelijkheid
Daarna uitleg over paragraaf 10.2
En er blijft ook tijd om opgaven te maken (hoop ik)

Slide 1 - Diapositive

Uit de resultaten van één bepaalde
kruising is met zekerheid af te leiden,
dat het gen voor korte haren
dominant is. Welke kruising is dit?
A
kruising 1 x 2
B
kruising 3 x 4
C
kruising 5 x 6

Slide 2 - Quiz

Bij radijsjes worden zowel de vorm als de kleur erfelijk bepaald. De kleur kan rood, paars of wit zijn. De vorm kan lang, ovaal of rond zijn. Het fenotype paars/ovaal is een intermediair fenotype. Een kweker voert de volgende kruisingen uit:
kruising A: planten met rode, ronde radijs x planten met witte, ovale radijs,
kruising B: planten met rode, lange radijs x planten met witte, ronde radijs,
kruising C: planten met paarse, ronde radijs x planten met paarse, lange radijs,
kruising D: planten met paarse, ovale radijs x planten met paarse, ovale radijs.
Uit elke kruising ontstaan evenveel nakomelingen.
Bij welke van deze kruisingen ontstaan de meeste nakomelingen met paarse, ovale radijsjes?

A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 3 - Quiz

Wat weet je over evolutie?

Slide 4 - Carte mentale

Slide 5 - Vidéo

Wanneer kan een nieuwe soort ontstaan?
A
Als de oude soort niet meer voortplant met de vorige soort
B
Als de nieuwe soort niet op de oude soort lijkt
C
Als de soorten niet geïsoleerd zijn
D
Dat kan niet, een soort blijft altijd een soort

Slide 6 - Quiz

0

Slide 7 - Vidéo

Darwin had het over
'survival of the fittest'
Waar staat 'fittest' voor bij evolutie?

A
Dat je het best bent aangepast aan je omgeving
B
hoe fit je bent
C
hoeveel nakomelingen je maakt
D
hoe sterk je bent

Slide 8 - Quiz

Maar hoe wordt een soort 'fit'?
Recombinatie: bij geslachtelijke voortplanting
Mutatie: een gen verandert
Niet alle mutaties zijn slecht. Mutatie zorgt voor aanpassingen in het lichaam. Blauwe ogen is een voorbeeld van een mutatie.

Voorbeeld van mutatie: 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Natuurlijke selectie en overlevingskans

Slide 11 - Diapositive

Berkenspanner

Slide 12 - Diapositive

Wat is een voorwaarde voor
natuurlijke selectie?
timer
0:30
A
Variatie in eigenschappen
B
Mannelijke en vrouwelijke organismen
C
Recombinatie
D
Mutatie

Slide 13 - Quiz

Aan de slag
Maak de opgaven van 10.2 vanaf opdr. 7
Klaar? Haal een nakijkboekje. 
Laat daarna je gecorrigeerde schrift zien.
Bekijk daarna de slideshow op biologiepagina bij evolutie: Darwin & evolutietheorie  https://biologiepagina.nl/Flashfiles/Ispring/darwinevolutie.htmhttps://biologiepagina.nl/Flashfiles/Ispring/darwinevolutie.htmhttps://biologiepagina.nl/Flashfiles/Ispring/darwinevolutie.htm

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien