Les 8 Injecteren

Les 8
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Les 8

Slide 1 - Diapositive

Terugblik vorige les
We gaan kijken wat jullie nog weten van de les medicatie!

Slide 2 - Diapositive

Wie schrijft medicatie voor?
A
Verpleegkundige
B
Arts
C
Homeopaat
D
Apothekers-ass.

Slide 3 - Quiz

In de .......... is bepaald welke beroepsbeoefenaren bevoegd zijn om recepten voor UR-geneesmiddelen te schrijven.
A
WGBO
B
Wkkgz
C
Wet BIG
D
ZVW

Slide 4 - Quiz

Injecteren is een:
A
Risicovolle handeling
B
Voorbehouden handeling

Slide 5 - Quiz

Bekwaamheid voor het injecteren van insuline houdt in:
A
Dat je een verpleegkundig diploma hebt.
B
Dat je een scholing over injecteren van insuline hebt gevolgd.
C
De injectie volgens protocol uitvoeren.
D
Een bevoegdheid van de arts tot handelen hebt gekregen.

Slide 6 - Quiz

Een verpleegkundige die een medicatiefout maakt, met de dood van een cliënt als gevolg, valt onder..
A
Civielrecht
B
Tuchtrecht
C
Bestuursrecht
D
Strafrecht

Slide 7 - Quiz

Regel van 5?

Slide 8 - Question ouverte

....................is de naam die aan een middel wordt gegeven als het voor het eerst wordt ontwikkeld.
A
Chemische naam
B
Merknaam
C
Generieke naam
D
Bijnaam

Slide 9 - Quiz

Panadol is de ............van de pijnstiller paracetamol.
A
Merknaam
B
Chemische naam
C
Stofnaam
D
Generieke naam

Slide 10 - Quiz

Enterale toediening is de toediening van voedsel of geneesmiddelen via het menselijke maagdarmkanaal.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Het toedienen van medicatie via een infuus valt onder:
A
Enterale toediening
B
Parenterale toediening
C
Spinale toediening
D
Intramusculaire toediening

Slide 12 - Quiz

Wat weet je nog van de VTH les injecteren?

Slide 13 - Diapositive

Vormen van injecteren.

Slide 14 - Carte mentale

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive




Bekijk het vilansprotocol.
Je gaat een intramusculaire injectie klaarmaken. Welke stappen doorloop je?
timer
6:00

Slide 19 - Question ouverte

Bij subcutaan injecteren, dan injecteer je in .......
A
De spier
B
De huid
C
Een ader
D
Het onderhuidsvetweefsel

Slide 20 - Quiz

Bij intramusculair injecteren, dan injecteer je in .......
A
De spier
B
De huid
C
Een ader
D
Het onderhuidsbindweefsel.

Slide 21 - Quiz

Welke techniek kun je het best toepassen wanneer je een subcutane injectie moet toedienen aan een oudere, magere zorgvrager?
A
Rangeertechniek
B
Huidplooitechniek
C
Loodrechttechniek

Slide 22 - Quiz

Wat is het gevaar bij een te diep uitgevoerde intramusculaire injectie?
A
Het geeft een verhoogde kans op plaatselijke bloedingen.
B
Dit is pijnlijk voor de zorgvrager.
C
De medicatie komt in het onderhuidsvetweefsel en werkt niet goed.

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Casus

Meneer de Wit heeft morfine toegediend gekregen door een verpleegkundige op de afdeling waar je stage loopt.

Je gaat bij meneer langs. Hij ligt op bed en hij is blauw van kleur....

Slide 26 - Diapositive

Je krijgt hem ook niet meer wakker!

Slide 27 - Diapositive

Casus opdracht
1) Wat is morfine en wat zijn de bijwerkingen?
2) Hoe wordt morfine toegediend?
3) Wat is er aan de hand met meneer de Wit?
4) Wat is de mogelijke oorzaak van deze casus? Meerdere antwoorden zijn mogelijk.
5) Wat zijn hiervan de consequenties voor de verpleegkundige??
timer
5:00

Slide 28 - Diapositive

Einde
Evaluatie van de les
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Sondage