Klas 1: Theorie thema 4 blok 3 Bacterien

Bacteriën
schoonmaken > hygiëne

schoonmaken > verwijderen van schimmels, bacterien en ongedierte

Bacteriën wat zijn dat?
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Bacteriën
schoonmaken > hygiëne

schoonmaken > verwijderen van schimmels, bacterien en ongedierte

Bacteriën wat zijn dat?

Slide 1 - Diapositive

programma

doelen

Uitleg met Quizvragen

Zelfstandige opdracht

Aftekenen

Doelen behaald?

Slide 2 - Diapositive

Aan het einde van de les kun je:

1. Beschrijven wat een organisme is

2. Levenskenmerken beschrijven

3. Beschrijven hoe je moet ordenen

4. Kun je beschrijven wat het verschil is tussen dieren, planten, bacterien en schimmels

5. Kun je ziektes opnoemen die veroorzaakt worden door bacterien

Slide 3 - Diapositive

ordenen
wat is ordenen?



Slide 4 - Diapositive

Waar kun je op ordenen?

Slide 5 - Question ouverte

Organismen

Organismen:

Alle levende wezens


wanneer is iets levend? dood of levenloos?


organismen kun je verdelen op 4 manieren > rijken

Slide 6 - Diapositive

Organismen hebben levenskenmerken

Slide 7 - Diapositive

Noem 3 levenskenmerken

Slide 8 - Question ouverte

Hoe dan?
1. Als je weet of iets een organisme is (als het leeft!)
2. Kijk je in welk rijk het thuishoort
3. Is het een bacterie,schimmel, plant of dier?

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Is een tafel gemaakt van hout:
Dood, levenloos of levend
A
dood
B
levenloos
C
levend

Slide 11 - Quiz

Is een plastic badeendje?
A
Dood
B
levenloos
C
levend

Slide 12 - Quiz

Is een rots
A
dood
B
levenloos
C
levend
D
allemaal

Slide 13 - Quiz

Is een paddestoel
A
dood
B
levenloos
C
levend

Slide 14 - Quiz

Indelen op celwand, celkern en bladgroenkorrels

Celwanden : stevig laagje om de cel heen

Celwand: . Bacteriën, schimmels en platen

Geen celwand: Dieren


Celkernen: De celkern regelt alles wat er in een cel gebeurt

Celkern: Schimmels, planten en dieren

Geen celkern: Bacteriën hebben geen celkern.


Bladgroenkorrels: geven de groene kleur aan planten

bladgroenkorrels: planten

geen bladgroenkorrels: Schimmels, dieren en Bacteriën

Slide 15 - Diapositive

Organismen ordenen waarop letten

Slide 16 - Diapositive

Je kijkt door de microscoop naar een cel en ziet bladgroenkorrels, bij welk rijk hoort het organisme?
A
bacteriën
B
dieren
C
schimmels
D
planten

Slide 17 - Quiz

Je kijkt weer door de microscoop naar een cel. Je ziet nu een cel zonder celkern. Bij welk rijk hoort dit organisme?
A
Bacteriën
B
planten
C
schimmels
D
dieren

Slide 18 - Quiz

De bacterie

eencellig

Celwand

Alleen te zien met een speciale microscoop

Voortplanting door deling

 Elk half uur

Bacterien zijn overal

Voedesl: dode resten van organismen (opruimers)

Voedsel van mensen > voedselbederf




 

Slide 19 - Diapositive

Bacterien zijn ook handig
voor het maken van zuurkool kaas en yoghurt heb je bacterien nodig

Slide 20 - Diapositive

ziektes veroorzaakt door bacterien

Salmonella (besmet voedsel)

Keelonsteking (speeksel)

Cholera

Longontsteking

Alle ontstekingen

Antibiotica


Voorkomen door een goede hygiene


Slide 21 - Diapositive

Noem een ziekte die wordt veroorzaakt door een bacterie

Slide 22 - Question ouverte

Slide 23 - Vidéo

Slide 24 - Vidéo

Aan de slag

Maak de vragen van blok 3

Teken de vier cellen van de 4 rijken > schrijf de verschillen erbij


Klaar?

Opdrachten af laten tekenen

Slide 25 - Diapositive

Aan het einde van de les kun je:

1. Beschrijven wat een organisme is

2. Levenskenmerken beschrijven

3. Beschrijven hoe je moet ordenen

4. Kun je beschrijven wat het verschil is tussen dieren, planten, bacterien en schimmels

5. Kun je ziektes opnoemen die veroorzaakt worden door bacterien

Slide 26 - Diapositive

Geef jezelf een cijfer:
Kun je antwoord geven op alle doelen?

Slide 27 - Question ouverte

Hoe goed heb je deze les meegedaan?
(serieus zijn, goed luisteren, zelfstandig werken, goede antwoorden geven)
Geef jezelf een cijfer

Slide 28 - Question ouverte