Laatste les Chemie

Een voorbeeld van een suspensie is...
A
mayonaise
B
champagne
C
verse sinaasappelsap
D
melk
1 / 20
suivant
Slide 1: Quiz
ICTMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Een voorbeeld van een suspensie is...
A
mayonaise
B
champagne
C
verse sinaasappelsap
D
melk

Slide 1 - Quiz

Een voorbeeld van een zuivere stof is...
A
verse sinaasappelsap
B
suiker
C
limonade
D
bier

Slide 2 - Quiz

Met welke scheidingsmethode kun je de verschillende kleuren van blad scheiden?
A
destillatie
B
chromatografie
C
extractie
D
filtratie

Slide 3 - Quiz

Een voorbeeld van een atoom is...
A
water (H2O)
B
chloride (Cl2)
C
ijzer (Fe)
D
glucose (C6H12O6)

Slide 4 - Quiz

Geef de kloppende reactievergelijking van …MnO4 --> …Mn + …O2
A
…MnO4 --> …Mn + 2 O2
B
2 MnO4 --> 2 Mn + …O2
C
2 MnO4 --> …2Mn + 3 O2
D
…MnO4 --> …Mn + …O2

Slide 5 - Quiz

Bereken de dichtheid van een appel met een massa van 176 g en een volume van 185 ml.
A
951 g/ml
B
1,05 g/mL
C
1051 kg/m3
D
0,951 g/ml

Slide 6 - Quiz

Bereken het massapercentage azijnzuur in azijn. Gegevens: 140 mg azijnzuur in 1800 mg azijn.
A
0,0778%
B
12,6%
C
7,78%
D
1660

Slide 7 - Quiz

6,5 gram =
A
6500 kg
B
0,0065 mg
C
6500 mg
D
0,0065 g

Slide 8 - Quiz

Er wordt 20 mg ijzer (Fe) opgelost in 100,0 mL. Bereken de massaconcentratie ijzer in mg/L.
A
20
B
3,6
C
0,2
D
2,0x102

Slide 9 - Quiz

12Mg bevat…
A
12 neutronen, 12 protonen en 12 elektronen
B
12 neutronen, 12 protonen en 24 elektronen
C
24 neutronen, 12 protonen en 12 elektronen
D
24 neutronen, 12 protonen en 24 elektronen

Slide 10 - Quiz

Chloor staat in het periodiek systeem in groep...
A
3
B
17
C
16
D
18

Slide 11 - Quiz

De molecuulmassa van ammoniumnitraat NH4NO3 is...
A
80,04
B
64,04
C
128,04
D
Net zoveel als het gewicht van mevrouw Bakker

Slide 12 - Quiz

Waterstofgas (H2) heeft de volgende binding:
A
covalent polair
B
covalent apolair
C
liefdesbinding
D
ionbinding

Slide 13 - Quiz

Zuurstof heeft .... valentie-elektronen.
A
6
B
4
C
2
D
5

Slide 14 - Quiz

Bereken de massa in gram van 0,120 mol CaCl2.
A
0,0133
B
924
C
0,00108
D
13,3

Slide 15 - Quiz

0,12 mol CaCl2 wordt opgelost in 500 ml water. Bereken de actuele concentratie van Cl- oftwel [Cl-].
A
0,24
B
0,48
C
0,12
D
0,96

Slide 16 - Quiz

Zoutzuur is een...
A
sterke base
B
zwakke base
C
sterk zuur
D
zwak zuur

Slide 17 - Quiz

Bereken de pH van verdunde zwavelzuuroplossing met een concentratie van 0,100 mol/L.
A
13
B
1x10 -12
C
1
D
1x10 12

Slide 18 - Quiz

Je weegt 201,6 mg oxaalzuurdihydraat af. Je verbruik NaOH is 32,04 mL. Bereken de concentratie NaOH in mol/L.
A
0,04986
B
0,01952
C
0,09982
D
0,09876

Slide 19 - Quiz

Chemie is een fantastisch vak!
A
Nee
B
Nee
C
Nee
D
JA

Slide 20 - Quiz