Lesw. 9-11 Spelling: verkleinwoorden

Welkom bij Nederlands!
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Nederlands!

Slide 1 - Diapositive

In deze les:
  • Bespreken: 
    - 3.4 C, opdracht 12
  • Uitleg: zelfstandige naamwoorden verkleinen (verkleinwoord);
  • Maken:
  1. 3.5 B Deel 1: Verkleinwoord
  2. 3.5 C Deel 2: Werkwoordspelling: Voltooid deelwoord
  • Terugkijken

Doelen van deze les:
1.  Je kunt aan het einde van de les van een zelfstandig naamwoord een verkleinwoord maken.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

woensdag 18 november 
Inleveren: boekvlog via Google Classroom

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

De spelling van werkwoorden in de tegenwoordige tijd en in de verleden tijd

Slide 6 - Diapositive

Opdracht 12, 3.4 C

Slide 7 - Diapositive

Verleden tijd: sterke en zwakke werkwoorden

Slide 8 - Diapositive

Zwakke werkwoorden: 't ex-kofschip

Slide 9 - Diapositive

Zelfstandige naamwoorden verkleinen

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Opdracht 2, 3,5 B

Slide 17 - Diapositive

Maak: 
3.5 Verkleinwoord
3.5 B Deel 1: Verkleinwoord
3.5 C Deel 2: Werkwoordspelling: Voltooid deelwoord

Klaar? Maak 3.5 D Voortgangstoets

Slide 18 - Diapositive

De stam

De basisvorm van een werkwoord is de stam. Je gebruikt de stam om de tegenwoordige tijd, de verleden tijd en het voltooid deelwoord te maken.


praten
praten


Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo