Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Aanpassingen bij dieren(3.1) live
Aanpassingen bij organismen
1 / 51
suivant
Slide 1:
Diapositive
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Cette leçon contient
51 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Aanpassingen bij organismen
Slide 1 - Diapositive
Welke celorganellen zitten in een dierlijke cel? Meerdere antwoorden mogelijk!
A
Celkern
B
Celwand
C
Celmembraan
D
Cytoplasma
Slide 2 - Quiz
Leerdoelen
Aan het eind van deze lessonup kan je:
herkennen wanneer een dier tot dezelfde soort behoort
beschrijven waarom organismen zich aanpassen aan een omgeving
Aangeven hoe het gebit van planten-, vlees- en alleseters is aangepast
Aangeven waarvoor elk type snavel wordt gebruikt bij vogels
Beschrijven hoe zoogdieren zich op drie manieren kunnen voortbewegen
Aangeven waar de poten bij vogels aan aangepast zijn
Beschrijven hoe zoogdieren zijn aangepast aan een warme of een koude omgeving
Slide 3 - Diapositive
wanneer horen dieren tot dezelfde soort?
Slide 4 - Carte mentale
SOORT
Dieren horen tot dezelfde soort:
Als zij samen VRUCHTBARE nakomelingen kunnen krijgen
kunnen vruchtbare nakomelingen krijgen, dus dezelfde soort!
Slide 5 - Diapositive
SOORT
Dieren horen tot dezelfde soort:
Als zij samen VRUCHTBARE nakomelingen kunnen krijgen
kunnen wel nakomelingen krijgen, maar deze nakomelingen zijn niet vruchtbaar.
Dus niet dezelfde soort!
Muildier: combinatie paardenmerrie en ezelhengst. en onvruchtbaar
Slide 6 - Diapositive
Wanneer behoren organismen tot dezelfde soort?
Slide 7 - Question ouverte
Ik snap deze stof best goed
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 8 - Sondage
Er zijn hele grote verschillen tussen organismen onderling
Er zijn aanpassingen
aan:
hun manier van leven
hun omgeving
ademhaling, beweging, voeding, verdediging & voortplanting
Slide 9 - Diapositive
Aanpassen
Organismen passen zich aan om te
overleven
:
Aanpassen aan de leefomgeving
Aanpassen om te kunnen voeden
Aanpassen voor voortbewegen
Aanpassen ter verdediging
Slide 10 - Diapositive
Aanpassingen
Een organisme is zó aangepast, zodat het organisme het beste kan overleven in een bepaalde omgeving.
Slide 11 - Diapositive
Aanpassingen
Een koningspinguin is niet aangepast aan een leven inde lucht, zoals veel vogels wel. Ze zijn echter wel perfect aangepast om te kunnen zwemmen.
Slide 12 - Diapositive
Aanpassingen aan eten: zoogdier
Slide 13 - Diapositive
Planteneters/Herbivoren
Slide 14 - Diapositive
herbivoor: plooikiezen
Slide 15 - Diapositive
Herbivoor
Plooikiezen
lang darmstelsel: cellulose verteerd lastig!
Cellulose zit in celwanden!
Slide 16 - Diapositive
Vleeseters/Carnivoren
Slide 17 - Diapositive
Vleeseters:
hoektanden
snijtanden
knipkiezen
Vastgrijpen prooi en afscheuren van vlees
Slide 18 - Diapositive
Alleseters / Omnivoren
Slide 19 - Diapositive
knobbelkiezen
voortanden en hoektanden
Slide 20 - Diapositive
Omnivoren
Knobbelkiezen
gemiddeld darmstelsel; niet zo lang als van een herbivoor, maar niet zo kort als dat van een carnivoor
Slide 21 - Diapositive
herbivoor
omnivoor
carnivoor
Slide 22 - Diapositive
Verschil herbivoor/carnivoor
Slide 23 - Diapositive
Ik snap deze stof best goed
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 24 - Sondage
Wie hebben er knobbelkiezen?
A
koeien
B
paarden
C
schapen
D
varkens
Slide 25 - Quiz
Wie heeft het kortste darmkanaal?
A
koe
B
hond
C
mens
D
varken
Slide 26 - Quiz
Aanpassing aan eten: vogels
Slide 27 - Diapositive
Aanpassingen bij vogels: Snavels
Slide 28 - Diapositive
Snavels
kegelsnavel
→ zaden
pincetsnavel
→ insecten
haaksnavel
→ vlees
priemsnavel
→ bodemdiertjes
zeefsnavel
→ zeven uit water
Slide 29 - Diapositive
Aanpassing aan ondergrond
zoolgangers
teengangers
topgangers
(hoefgangers)
Slide 30 - Diapositive
Zoolganger
Loopt op zijn hele voetzool (van hielbeen tot
en met de teenkootjes).
Voordeel
: hij verdeelt zijn gewicht over een groot oppervlak en zakt niet snel diep weg in een zachte ondergrond zoals bijv. sneeuw.
Nadeel
: een zoolganger is minder snel
Slide 31 - Diapositive
Teenganger
Loopt op zijn tenen (alleen op de teenkootjes)
Voordeel
:
hij kan zachtjes sluipen
hij kan snel sprinten
Nadeel:
bij lange afstanden is hij vaak minder
snel
Slide 32 - Diapositive
Topganger (hoefganger)
Loopt op het puntje van zijn tenen
(alleen op het laatste teenkootje/hoef)
Voordeel
: hij heeft enorm lange poten/benen
en kan daardoor heel hard lopen
Nadeel
: bij drassige ondergrond zakt hij makkelijk de bodem in
Slide 33 - Diapositive
Zoolgangers Teenganger Topganger
Slide 34 - Diapositive
Aanpassingen bij vogels: Poten
Slide 35 - Diapositive
Verschillende soorten poten
Slide 36 - Diapositive
Verschillende soorten poten
Slide 37 - Diapositive
Aanpassingen aan een warme omgeving
Voorbeelden zijn:
1. dunne vacht
2. grote oren
3. lange poten
Het lichaamsoppervlak vergroten, zodat er zoveel mogelijk warmte weg kan.
Slide 38 - Diapositive
Aanpassingen aan een koude omgeving
Voorbeelden zijn:
1. dikke vacht/wintervacht
2. veren opzetten (isolatie)
3. grotere vetlaag (isolatie)
Het lichaamsoppervlak verkleinen, zodat er zo min mogelijk warmte weg kan.
Slide 39 - Diapositive
Wat eet de vogel?
diertjes in het zand
insecten
noten en zaden
vlees
plankton
Slide 40 - Question de remorquage
kegelsnavel
zeefsnavel
priemsnavel
pincetsnavel
haaksnavel
Slide 41 - Question de remorquage
Poten die een tak stevig vast kunnen pakken
Poten met scherpe klauwen
Poten met zwemvliezen
Poten voor ondiep water
Zangvogel
Watervogel
Steltloper
Roofvogel
Slide 42 - Question de remorquage
Hoefganger
Teenganger
Zoolganger
beer
kat
paard
Slide 43 - Question de remorquage
vogel met klauwen
aan de poten
vogel met lange
poten die voedsel
zoekt in ondiep water
vogel met poten die zich
goed kunnen vastklem-
men aan een tak
vogel met waterafstotende veren en zwemvliezen
Watervogel
Roofvogel
Steltloper
Zangvogel
Slide 44 - Question de remorquage
rechte, spitse snavel om insecten te vangen
lange, dunne snavel om voedsel te vangen in ondiep water of in een zanderige bodem
Pincetsnavel
Priemsnavel
Slide 45 - Question de remorquage
Priemsnavel
Pincetsnavel
Zeefsnavel
Haaksnavel
Kegelsnavel
Slide 46 - Question de remorquage
Een voorbeeld van een topganger is...
A
Een kat
B
Een beer
C
Een paard
D
Een mens
Slide 47 - Quiz
Zoolganger
Hoefganger
(topganger)
Teenganger
Koe
Paard
Kat
Beer
Hond
Orang Oetan
Rat
Kameel
Mens
Neushoorn
Leeuw
Slide 48 - Question de remorquage
Verdediging bij dieren
tegen vijanden:
stekels
of
gifstekels
schutkleur
-> ondzichtbaar
schild
tegen de omgeving:
vacht
tegen kou
Slide 49 - Diapositive
Aanpassingen verdediging
Stekels, angels, klauwen
Gif
Schutkleur, 'vermomming'
Schild, schelp, pantser
Slide 50 - Diapositive
Ik snap deze stof best goed
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 51 - Sondage
Plus de leçons comme celle-ci
Aanpassingen bij dieren(3.1) live
Décembre 2023
- Leçon avec
51 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
aanpassingen bij dieren (H6) les 2
Octobre 2024
- Leçon avec
43 diapositives
Natuur en techniek
MBO
Studiejaar 2
Les 6.5 Aanpassingen bij dieren
Mai 2023
- Leçon avec
30 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Thema 6: bs 4 en 5
Mars 2021
- Leçon avec
13 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Basisstof 5: Aanpassing bij dieren
Mai 2024
- Leçon avec
34 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
meet and greet bi en wi
Novembre 2022
- Leçon avec
17 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
6.4 aanpassingen bij dieren
Avril 2022
- Leçon avec
18 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
BS 7 Aanpassingen bij dieren havo 2
Juin 2020
- Leçon avec
43 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 2