2A Eng - unit 5 South Africa L4 reading part 2

• Engels
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

2A unit 5 - South Africa

previous lesson 4- reading

vocabulary DIY 

bijwoord < > bijv. naamwoord

(adverb < > adjective)

The girl shouted ...

1. loud
2. loudly

I am a ... reader.

1. slow
2. slowly

My mum can read ... fast.

1. real
2. really

That's an ...dangerous snake.

1. extreme
2. extremely

I ... think you should stop bullying!

1. strong
2. strongly

bijwoord

* zegt iets over hoe

* zegt iets over het werkwoord

* zegt iets over een ander bijv. nw  

maak je door: 

- woord+ly

bijv. nw

* zegt iets over mens, dier of ding

bijwoord < > bijvoeglijk naamwoord (bijv. nw)

zegt het iets over een mens, dier, ding = bijvoeglijk naamwoord

a girl        - a nice girl

a kitten  - a soft kitten

a car       - a fast car

(girl/ kitten/ car zijn nl zelfst. nw en het woord ervoor zegt er wat extra's over)

bijwoord < > bijvoeglijk naamwoord (bijv. nw)

zegt het iets over een werkwoord (verb) dan is het een bijwoord

(adverb - it adds to the verb..)

- The girl sings nicely. 

- The kitten purs softly 

- The man drove carefully.

Are you sure?? Homework done??