Thema 4, paragraaf A

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Denk niet aan een roze olifant.

Wat is de betekenis van de volgende woorden?

tiny house

karakteristiek

havermelkelite

boomer

suikerbom

Wat voor associatie heb je bij deze woorden?

Kies uit: positief, negatief, neutraal

tiny house

karakteristiek

havermelkelite

boomer

suikerbom

Framing

Wat is framing?

Een geheimzinnige taaltruc?

  Het gaat om beïnvloeden en zelfs misleiden.

--> bij jezelf en bij andere mensen!

Wat is framing?

‘Taalgebruik dat iemands interpretatie een bepaalde richting opstuurt.’

Het gebruikmaken van woorden waarmee je positieve of negatieve associaties kunt oproepen bij je luisteraar.

Framing

Zien we school of werk als ‘slavernij’ of ‘een plek om te groeien’?

Zien we iemand als ‘lastig medisch geval’ of als ‘angstige patiënt’? 

Noemen we vegetarisch eten ‘plantaardige voeding’  of ‘konijnenvoer’?

Framing

Framing is het bewust gebruiken van woorden die positieve of negatieve associaties oproepen.

Op die manier kun je het standpunt van iemand beïnvloeden.

Framing is vaak storytelling in één woord.

Aan de slag!

Wat? Maken opdracht 2, t/m 7

Hoe? Oefenboek, handboek en antwoorden in schrift!

Tijd? 25 minuten

Hulp? Zachtjes overleggen

Klaar? Lezen in leesboek

Huiswerk bespreken

Opdracht 2 t/m 7 op blz. 64 in oefenboek.

Aan de slag

Wat? Maken opdracht 9, 10a, 10b van Thema 4, p. A.

Hoe? Oefenboek, handboek en antwoorden in schrift

Tijd? 15 minuten

Hulp? In stilte

Klaar? Lezen in leesboek