Gezonde start
1 / 16
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Lien
1. Hoeveel beweging heeft een kind nodig?
A
Een kind heeft dagelijks 1 tot 1.5 uur nodig om fit te blijven.
B
Een kind heeft dagelijks 30 minuten beweging
nodig om gezond en fit te blijven.
C
Een kind heeft dagelijks 45 minuten beweging nodig om gezond en fit te blijven.
D
Waar een kind maar behoeft aan heeft.
Slide 3 - Quiz
Waarom is bewegen goed voor kinderen?
A
Het is goed voor de spieren en verbetert de
conditie.
B
Het zorgt ervoor dat kinderen zich fit en
energiek voelen.
C
Beide.
Slide 4 - Quiz
Wanneer wordt de basis gelegd voor een goede
motorische ontwikkeling?
motorische ontwikkeling?
A
Pas na een jaar.
B
Op de basisschool.
C
In de eerste zes maanden.
Slide 5 - Quiz
Wat kan een vierjarige?
A
In ritme huppelen.
B
Stuiten met voorkeurshand.
C
Drie keer hinkelen achter elkaar.
Slide 6 - Quiz
Wat kan een tweejarige?
A
Een looppas.
B
. Een tennisbal met één hand vangen.
C
Een rechte koprol maken
Slide 7 - Quiz
Waarop wordt een beroep gedaan bij spelen
en bewegen?
en bewegen?
A
De motorische ontwikkeling en de
sociale ontwikkeling.
B
De motorische, sociale en cognitieve
ontwikkeling.
C
Alleen de motorische ontwikkeling.
Slide 8 - Quiz
Waarom is het oefenen in buikligging voor
een baby belangrijk?
een baby belangrijk?
A
Voor de ontwikkeling van de darmen
B
Voor de ontwikkeling van de heupen.
C
Om later tot zitten te komen en te gaan
kruipen.
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Lien
Slide 12 - Lien
Heb jij het goed begrepen?
Welke producten horen in de Schijf van Vijf? Slepen maar!
Slide 13 - Question de remorquage
Wat doet jouw kinderdagverblijf aan een gezonde start?
