Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
2.2 - week 45
ZRGVEPL419AK
ZRGDVLG219AK & BK
1 / 34
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Cette leçon contient
34 diapositives
, avec
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
60 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
ZRGVEPL419AK
ZRGDVLG219AK & BK
Slide 1 - Diapositive
WERK VAN PERIODE 1 IS AF!
- Werkboek: zie taaldossier per week
- Online:
-> oefenexamen 1 & 2
-> hoofdletters, aaneenschrijven, verkleinwoorden, geslacht
Slide 2 - Diapositive
Wat gaan we vandaag doen?
Artikel schrijven
- Uitleg formeel - informeel
- Opdracht maken
- Terugblik
- Huiswerk
Slide 3 - Diapositive
Soorten schrijfdoelen
Informerende tekst
Instruerende tekst
Overtuigende tekst
Slide 4 - Diapositive
Informerende tekst:
- Lezer informatie geven.
- Eerst afvragen wat de lezer moet weten.
- Informatie verzamelen.
Slide 5 - Diapositive
Instruerende tekst:
- Lezer laten weten hoe hij iets moet doen.
- Eerst afvragen wat de lezer moet weten.
- Informatie verzamelen.
- Stapsgewijs omschrijven.
- Gebiedende wijs.
Slide 6 - Diapositive
Overtuigende tekst:
- Je wilt dat de lezer het eens is met jouw standpunt.
- Eerst afvragen welke argumenten je gaat gebruiken.
Slide 7 - Diapositive
Doelgroep
Doelgroep is de groep mensen voor wie je een tekst schrijft.
Omdat je rekening moet houden voor welke doelgroep je schrijft, moet je een goed beeld hebben van de doelgroep.
Slide 8 - Diapositive
Wat is informeel taalgebruik?
- Taal wanneer je tegen iemand 'je' zegt
of bij de voornaam noemt.
- Informeel taalgebruik is wat losser.
Slide 9 - Diapositive
Wanneer gebruik je informeel taalgebruik?
- Als je tegen iemand praat of naar iemand schrijft en je tekst over alledaagse dingen gaat.
- Bij vrienden, bekenden en leeftijdsgenoten.
Slide 10 - Diapositive
Wat is formeel taalgebruik?
- Formeel taalgebruik is netjes en de toon is beleefd.
- Je spreekt diegene aan met 'u'.
Slide 11 - Diapositive
Wanneer gebruik je formeel taalgebruik?
Als je tegen iemand praat of naar schrijft die ouder is dan jij is of die jij niet goed kent.
Bij een tekst over zakelijke dingen.
Bij een volwassene, een vreemde of de koning.
Slide 12 - Diapositive
Een artikel schrijven !
Slide 13 - Diapositive
Opbouw van een artikel
Pakkende titel
Inleiding:
hier introduceer je het onderwerp en schrijf je waarom je dit stuk schrijft (aanleiding)
Middenstuk
: schrijf over elk deelonderwerp één alinea. Gebruik signaalwoorden.
Slot
: hier geef je een conclusie of korte samenvatting.
Slide 14 - Diapositive
Stap 1
Maak een schrijfplan.
Slide 15 - Diapositive
Vooraf bedenken
Tekstdoel bepalen
Onderwerp en de hoofdgedachte van je tekst
Doelgroep, taalgebruik ,
Informatie verzamelen
Volgorde (van de) deelonderwerpen
Opbouw: titel, inleiding, middenstuk, slot
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Stap 2
Noteer zo veel mogelijk steekwoorden.
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Stap 3
Schrijf de kernzin
in jouw inleiding.
Maak gebruik van steekwoorden.
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Stap 4
Schrijf kernzinnen in
jouw middenstuk.
Maak gebruik van steekwoorden.
Slide 22 - Diapositive
Denk aan de signaalwoorden!
ten eerste, om te beginnen,
ten tweede,
ook,
vervolgens, ten slotte,.....
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Stap 5
Schrijf de kernzin in jouw slot.
Maak gebruik van steekwoorden.
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Stap 6
Voeg je inleiding, middenstuk en slot samen
Vul per alinea belangrijke informatie en voorbeelden aan
Slide 27 - Diapositive
Stap 7
Geef je artikel
een pakkende titel
Slide 28 - Diapositive
Stap 8
Controleer je artikel op
taalfouten en spelfouten
Slide 29 - Diapositive
Stap 9
Voeg je naam onderaan het artikel toe
Slide 30 - Diapositive
Vragen?
Slide 31 - Diapositive
Schrijf een artikel over hoe jouw dag op je stageplaats eruit ziet.
De onderstaande punten moet je in je artikel benoemen.
- Het begin van je stagedag.
- Minimaal 3 werkzaamheden die je uitvoert.
- Je pauzemoment.
- Afsluiting van je stagedag.
-> minimaal 200 woorden!
Slide 32 - Diapositive
Wat? Opdracht maken
Hoe? Individueel
Hulp? Vinger opsteken
Tijd? 10 minuten
Uitkomst?
OPDRACHT
Wat? Je gaat een artikel schrijven
Hoe? Gebruik je kennis over doelgroepen en formele/informele taalgebruik.
Hulp? Via de chat
Tijd? Tot einde van de les: niet ingeleverd? Op afwezig...
Uitkomst? Je hebt een artikel geschreven.
Klaar? Maak deelvaardigheid Stijl:
onderdeel: omdat-want-maar
Slide 33 - Diapositive
Huiswerk
-
Online:
deelvaardigheid Stijl
onderdeel omdat-want-maar
-
Werkboek:
tekst 1,2,3 (vanaf blz. 79) maken
Slide 34 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
417AK - Artikel schrijven
Novembre 2020
- Leçon avec
33 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 4
Formeel & informeel
Septembre 2022
- Leçon avec
27 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Les 7 - Informatie schriftelijk communiceren
Novembre 2024
- Leçon avec
29 diapositives
par
ICLON
Mentorles
Studieles
+1
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4-6
ICLON
Schrijven - 2F
Janvier 2019
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
2.2 - week 46
Novembre 2020
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
2.2 - week 14
Mars 2020
- Leçon avec
32 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Thema 1 H4 Schrijven
Novembre 2022
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
SCHRIJVEN & FORMULEREN 3 / afstemmen op publiek
Mars 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1