Maandag 6 februari V2fa2

Bonjour tout le monde!
  • Jassen uit / mobieltjes in je tas
  • Chromebook en boek op tafel
  • Inloggen in Lessonup via je klascode
  • V2.fa2:  dzhtf
  • V2fa.1: gjdny
  • Als de timer is afgelopen begint de les.
timer
3:00
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Bonjour tout le monde!
  • Jassen uit / mobieltjes in je tas
  • Chromebook en boek op tafel
  • Inloggen in Lessonup via je klascode
  • V2.fa2:  dzhtf
  • V2fa.1: gjdny
  • Als de timer is afgelopen begint de les.
timer
3:00

Slide 1 - Diapositive

les vêtements

Slide 2 - Carte mentale

Tu fais quelle taiile?
Ce n'est pas cher.
Comment tu trouves ce jean bleu?
Il n'est pas mal. Il coûte combien?
Il coûte seulement 30 euros.
Je fais du S ou du M.
1
2
5
3
6
4

Slide 3 - Question de remorquage

Leerdoel
Je kunt een regelmatig werkwoord op -er vervoegen in de présent.
Kun je de werkwoorden avoir en être in de présent vervoegen.

Slide 4 - Diapositive

On y va!

Slide 5 - Diapositive

regelmatig werkwoord


onregelmatig werkwoord

Slide 6 - Diapositive

regelmatig werkwoord
onregelmatig werkwoord
wordt volgens een vaste regel vervoegd.
Kun je niet afleiden.
stam + uitgang
gewoon uit je hoofd leren.
persoonsvorm lijkt vaak niet op het hele werkwoord.
e, es, e, ons, ez, ent
aimer
danser
avoir
être
chanter
nous dansons
nous sommes

Slide 7 - Question de remorquage

Het regelmatige werkwoord op -er

Slide 8 - Diapositive

Etre et avoir

Slide 9 - Diapositive

Ga naar de planning
en maak de opdrachten onder het kopje "het regelmatige werkwoord op ER".
Wat niet af is, wordt huiswerk. Je mag je boek erbij houden.
timer
10:00

Slide 10 - Diapositive

regelmatig werkwoord
onregelmatig werkwoord
wordt volgens een vaste regel vervoegd.
Kun je niet afleiden.
stam + uitgang
gewoon uit je hoofd leren.
persoonsvorm lijkt vaak niet op het hele werkwoord.
e, es, e, ons, ez, ent
aimer
danser
avoir
être
chanter
nous dansons
nous sommes

Slide 12 - Question de remorquage

les devoirs
Maak de opdrachten van de werkwoorden op -er af.
Begin aan de opdrachten van week 6.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive