Werkwoordspelling

werkwoordspelling
HERHALING
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

werkwoordspelling
HERHALING

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Op welke 3 manieren vind je de persoonsvorm?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Diapositive

GEEN PV?

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

voltooien
Morgen ................. ik de muurschildering.

Slide 7 - Question ouverte

verwaarlozen
De buren ............. vorig jaar hun tuin.

Slide 8 - Question ouverte

overleven
Die bomen hebben de storm ................

Slide 9 - Question ouverte

uitbroeden
Alle ............ eieren bevatten kuikens.

Slide 10 - Question ouverte

vastklampen
Me .................... aan het hout dreef ik naar de kant.

Slide 11 - Question ouverte

voorlichten
Mevrouw ......... ons gisteren ....... over de BSO.

Slide 12 - Question ouverte

overtreffen
Rik .................. zichzelf met zijn kunstje.

Slide 13 - Question ouverte

terugvinden
De vrouw heeft haar ring ........................

Slide 14 - Question ouverte

vrijlaten
De studenten werden ......................... in hun keuze.

Slide 15 - Question ouverte

uitwijzen
De ...................... asielzoekers zijn op het vliegtuig gezet.

Slide 16 - Question ouverte

overgeven
Na een felle strijd .................... de soldaten zich vorig jaar ...........

Slide 17 - Question ouverte

voldoen
De leerlingen hebben aan de verwachtingen .......................

Slide 18 - Question ouverte

verhuizen
Vorige week zijn wij ........................

Slide 19 - Question ouverte

proeven
Heb jij al van die slagroom .......................?

Slide 20 - Question ouverte

grazen
De koeien ....................... vorige week in de wei.

Slide 21 - Question ouverte

vergroten
De ....................... foto staat mooi op die muur.

Slide 22 - Question ouverte

vergroten
De fotograaf ......................... vorige maand de familiefoto.

Slide 23 - Question ouverte

plonzen
Een aantal kinderen ...................... in het water.

Slide 24 - Question ouverte

wedden
.................... jij om 10 euro dat ze de waarheid spreekt?

Slide 25 - Question ouverte

beantwoorden
De voorzitters ....................... gisteravond de vragen.

Slide 26 - Question ouverte

Slide 27 - Diapositive

Persoonsvorm tegenwoordige tijd






Volleybal/basebal
daten
uploaden
Ik
ik-vorm
date
upload
jij/hij/het
ik-vorm+t
datet
uploadt
Wij/jullie
hele ww
daten
uploaden

Slide 28 - Diapositive

Shanisha (updaten) ... haar laptop.
A
update
B
updated
C
updatet

Slide 29 - Quiz

Daan (passen) ... de bal naar Puk.
A
past
B
passt
C
pasd
D
passd

Slide 30 - Quiz

Zij (timen) ... haar opmerking goed.
A
timet
B
timed
C
timt
D
timd

Slide 31 - Quiz

Persoonsvorm verleden tijd
date
upload
ev
ik-vorm+te/de
datete
uploadde
mv
ik-vorm+ten/den
dateten
uploadden

Slide 32 - Diapositive

De scheidsrechter (timen) ... de snelheid van de sprinters.
A
timde
B
timte
C
timede
D
timete

Slide 33 - Quiz

Kyra (racen) ... op de fiets om nog op tijd te komen.
A
racete
B
racede
C
racte
D
racde

Slide 34 - Quiz

Toon (faxen) ... het bestand naar zijn baas.
A
faxte
B
faxde
C
faxete
D
faxede

Slide 35 - Quiz

Ik wist altijd al dat wij goed (viben)...
A
vibede
B
vibete
C
vibeten
D
vibeden

Slide 36 - Quiz

Voltooid deelwoord
Stam > 't ex-kofschip > t                   Uitspraak moet goed blijven!

Ik heb gedatet.
Ik heb geüpload.
Ik heb getimed. 

Slide 37 - Diapositive

De marathon wordt (pacen) ... door hazen.
A
gepaced
B
gepacet
C
gepacd
D
gepact

Slide 38 - Quiz

Ik heb afgelopen zomer (paragliden)...
A
geparaglided
B
geparaglid
C
geparaglidet

Slide 39 - Quiz

Op Black Friday hebben veel winkels flink (cashen)...
A
gecashd
B
gecashed
C
gecasht
D
gecashet

Slide 40 - Quiz

MAKEN:
GRAM3
3.1, 3.2 en 3.3 extra opdrachten
3.4 Engelse werkwoorden alles maken

Slide 41 - Diapositive