1.3 Gesteente wordt verplaatst H/V

1.3 Gesteente wordt verplaatst
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

1.3 Gesteente wordt verplaatst

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning



Leerdoelen
(1) Controleren huiswerk + nakijken 1.2
(2) Herhalen vorige les
(3) Paragraaf 1.3: leerdoelen uitwerken
(4) Maken opdrachten
(5) Afsluiten
* Je weet wat massabewegingen zijn.
* Je begrijpt dat door verwering en erosie gebergten worden aangetast en grind, zand en klei ontstaan.
* Je kunt een rivierdal en een gletsjerdal herkennen aan de hand van kenmerken op een foto.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nakijken opdrachten
Par 1.2

Samen nakijken: opdr.

Zelfstandig nakijken: opdr. 


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mechanische verwering:
Stenen vallen uit elkaar in kleinere stukken, ze brokkelen af.

Chemische verwering:
Samenstelling van het gesteente verandert door invloed van water en zuren 
Herhaling

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Massabewegingen
= Het naar beneden rollen, vallen of schuiven van verweerd materiaal.

  • Welke kracht is verantwoordelijk voor het creëren van massabewegingen?

  • Zwaartekracht


Slide 5 - Diapositive

Massabewegingen= het naar beneden rollen, vallen of schuiven van verweerd materiaal.

Verweerd gesteente is door de loop van de tijd zwakker geworden. Je ziet op de foto goed dat al dat verweerde materiaal naar beneden is geschoven.

Welke kracht is verantwoordelijk voor het creëren van massabewegingen?




Massabewegingen

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschil verwering en erosie
Verwering vindt vóór erosie plaats.
Een steen valt uit elkaar in kleine stukjes -> verwering: de kleine stukjes worden meegenomen door wind, water, ijs en schuurt het landschap uit: -> erosie.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor erosie
Na erosie

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie
 = de uitschurende werking door water, wind of ijs

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

erosie door ijs
erosie door water
erosie door wind

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1
erosie door de wind
2
erosie door een rivier (v-dal)
3
erosie door een gletsjer (u-dal)
4
erosie door de zee

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie en verwering
Wat was het verschil?





Verwering                                                     Erosie
Verwering is het uit elkaar vallen van gesteente terwijl erosie het wegslijten van gesteente is.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie door wind

Als het waait, schuren de zandkorrels tegen de rotsen.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie door water

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie door water - in de rivier

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie door ijs! 
 U - dal

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gletsjers
= Pakketten ijs van soms wel honderden meters dik.

  • Ontstaan in de bergen waar het koud genoeg is + voldoende neerslag valt
  • Wanneer nieuwe sneeuw valt + oude niet wegsmelt hoopt de sneeuw zich op
1
V: Firnbekkens
2
Gletsjer

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie door ijs

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Fjorden
Fjord 

= U-dal aan zee.

Vol gelopen met zeewater.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom komen in de Alpen geen fjorden voor?


  • Voor het ontstaan van een fjord moet een gletsjer tot in zee zijn gekomen. De Alpen liggen te ver weg van zee.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grind, zand en klei
Door het steeds verder uitschuren van gesteente, blijven uiteindelijk alleen nog kleine korreltjes over: 
grind, zand en klei

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Les afsluiten
1. Je weet wat massabewegingen zijn.

2. Je begrijpt dat door verwering en erosie gebergten worden aangetast en grind, zand en klei ontstaan.

3. Je kunt een rivierdal en een gletsjerdal herkennen aan de hand van kenmerken op een foto.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Les afsluiten
Van paragraaf 1.3 moeten de opdrachten:

gemaakt zijn: 2, 3, 4, 5 en 8

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

wat zijn massabewegingen
A
het langs de helling naar beneden bewegen van gesteente
B
het vallen van stenen
C
helling waar wat langs valt
D
geen idee

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij erosie...
A
valt gesteente uit elkaar in kleine brokjes
B
wordt verweringsmateriaal door een schurende werking meegenomen door wind water of ijs
C
lost gesteente op in water of zuren
D
wordt gesteente achtergelaten en hoopt het op

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen verwering en erosie?
A
Bij erosie brokkelt het gesteente af en bij verwering schuurt er af
B
Bij erosie ontstaan gletsjers, daarom brokkelt gesteente af
C
Bij erosie heb je te maken met verwering
D
Bij erosie slijt het gesteente af en bij verwering brokkelt het af

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een rivier stroomt in de bovenloop...
A
Langzaam
B
Snel

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

V: In de bovenloop is er veel erosie
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Rivieren vormen in de bovenloop...
A
U-dalen
B
V-dalen

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen verwering en erosie?

(kies wat het beste past)
A
Verwering is slijten, Erosie is splijten
B
Verwering is splijten, Erosie is slijten
C
Verwering komt altijd pas na erosie

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een gletsjer?
A
Grote sneeuw torens waarbij er veel mensen omkomen
B
een scheur in een berg met sneeuw
C
Een gat in het ijs, waar sneeuw op ligt
D
Grote ijspakketten in de bergen, die ontstaan door ophoping van sneeuw.

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

V-dal
U-dal
Ontstaan door rivier
Ontstaan door gletsjer

Slide 33 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

V-dal
U-dal

Slide 34 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de firnbekken naar de juiste plek.
firnbekken
Geen firnbekken
Geen firnbekken

Slide 35 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

V: Welk begrip past niet bij de afbeelding?
A
Fjord
B
U-dal
C
Firn

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie of verwering?
A
Erosie
B
Verwering

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie of verwering?
A
Erosie
B
Verwering

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie of verwering?
A
Erosie
B
Verwering

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Erosie of verwering?
A
Erosie
B
Verwering

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is er bij de Morteratchgletscher voornamelijk sprake van erosie of verwering?
A
Erosie
B
Verwering

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Erosie of verwering?
De stenen zijn helemaal afgerond door de wind die erlangs gaat.
A
verwering
B
erosie

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions