Basisstof 2: Organen, weefsel en cellen

Thema 1: Inleiding in de biologie
Basisstof 2: 
Organen, weefsels en cellen
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Thema 1: Inleiding in de biologie
Basisstof 2: 
Organen, weefsels en cellen

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Je kunt orgaanstelsels, organen, weefsels en cellen bij een mens herkennen en de kenmerken en functies ervan beschrijven
  2. Je kunt beschrijven dat groepen cellen in een weefsel, orgaan of orgaanstelsel een gezamenlijke functie uitoefenen
  3. Je kunt bij (delen van) organismen het verband aangeven tussen vorm en functie. 

Slide 2 - Diapositive

Van cel tot orgaanstelsel
We gaan kijken naar het mens als organisme op verschillende organisatieniveaus. Op de verschillende niveaus komen verschillende soorten samenwerkingen (functies) tot stand.

Slide 3 - Diapositive

Oefenen: Welke orgaanstelsels zie je?
Bloedvatenstelsel
1
Ademhalingsstelsel
2
Verteringsstelsel
3
Uitscheidingsstelsel
4
Zenuwwtelsel

5
Welke orgaanstelsels zien je hier?

Slide 4 - Diapositive

Orgaanstelsels

Slide 5 - Diapositive

Orgaanstelsels
Het orgaanstelsel is opgebouwd uit organen die een gezamenlijke functie uitvoeren.
Maak opdrachten 10 en 11 op blz. 15

Slide 6 - Diapositive

Weefsels van mensen
Een groep cellen met dezelfde vorm en functie
= weefsel


Een orgaan bestaat uit verschillende weefsels.

Slide 7 - Diapositive

Weefsels
Dekweefsel
bescherming

Zenuwweefsel
informatie doorgeven

Spierweefsel
Samentrekkingen

Bindweefsel
steun
Weefsels en functies

Slide 8 - Diapositive

Tussencelstof

Slide 9 - Diapositive

Waar zijn botten van gemaakt?
Kalk en lijmstof (collageen)



Been 
veel kalk, weinig lijmstof

Kraakbeen
weinig kalk, veel lijmstof
Kalkstof verwijdert met een zuur
Lijmstof verwijdert met gebruik van warmte
Bot is buigzaam zonder kalk.

Bot is breekbaar zonder lijmstof.

Maak opdracht 12 t/m 14

Slide 10 - Diapositive

Vorm en functie van botten

Slide 11 - Diapositive

Homologie of analogie?

Slide 12 - Diapositive

Vorm en functie
Vorm en functie botten gerelateerd aan levensstijl

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Een weefsel is ...
A
.. een groep cellen met een bepaalde bouw en functie
B
.. een groep cellen met een bepaalde functie
C
.. een groep cellen met een bepaalde bouw
D
.. een groep cellen

Slide 15 - Quiz

Je kan weefsels ook een niveau noemen. Tussen welke twee niveaus hoort weefsels dan?
A
DNA en cel
B
cel en orgaanstelsel
C
cel en orgaan
D
Orgaan en orgaanstelsel

Slide 16 - Quiz

Hoeveel weefsels zie je hier?
A
1
B
2
C
3
D
Géén weefsel

Slide 17 - Quiz

Wat voor type weefsel zie je hier?
A
Longen
B
Alvleesklier
C
Nier
D
Huid

Slide 18 - Quiz

Wat voor type weefsel zie je hier?
A
bindweefsel
B
dekweefsel
C
spierweefsel
D
tussencelstof

Slide 19 - Quiz


Wat voor type weefsel zie je hier?
A
Botweefsel
B
Zenuwweefsel
C
Slijmvliesweefsel
D
Spierweefsel

Slide 20 - Quiz

Dit weefsel is afkomstig uit het
A
botstelsel
B
spierstelsel
C
zenuwstelsel

Slide 21 - Quiz

Het weefsel in de afbeelding is:
A
Kraakbeenweefsel
B
Botweefsel

Slide 22 - Quiz

Is de afbeelding een voorbeeld van een plantaardig weefsel?
A
Ja want ik zie dezelfde soorten cellen en ik zie dikke celwanden
B
Nee ik zie verschillende soorten cellen
C
Nee want ik zie wel dezelfde soorten cellen maar geen bladgroenkorrels

Slide 23 - Quiz

Uit wat voor weefsel bestaat een ader?
A
bindweefsel, spierweefsel en dekweefsel
B
bindweefsel en dekweefsel
C
spierweefsel en dekweefsel
D
alleen dekweefsel

Slide 24 - Quiz

Welk weefsel is steviger? En welk weefsel is buigzamer?
A
Kraakbeen is steviger, botten zijn buigzamer
B
Botten zijn steviger en er is geen verschil in buigzaamheid
C
Botten zijn steviger, kraakbeen is buigzamer
D
Kraakbeen is steviger en er is geen verschil in buigzaamheid

Slide 25 - Quiz

Wat is de functie van kalk in het bot?
A
Zorgt voor stevigheid van het botweefsel
B
Zorgt voor buigzaamheid van het botweefsel
C
Zorgt voor de vorm van het botweefsel
D
Zorgt voor het evenwicht

Slide 26 - Quiz

Welke functie heeft lijmstof in bot?
A
Zorgt voor stevigheid
B
Zorgt voor buigzaamheid
C
Zorgt voor vorm
D
Zorgt voor beweging

Slide 27 - Quiz

Leerdoelen
  1. Je kunt orgaanstelsels, organen, weefsels en cellen bij een mens herkennen en de kenmerken en functies ervan beschrijven
  2. Je kunt beschrijven dat groepen cellen in een weefsel, orgaan of orgaanstelsel een gezamenlijke functie uitoefenen
  3. Je kunt bij (delen van) organismen het verband aangeven tussen vorm en functie. 

Slide 28 - Diapositive

Ik beheers de leerdoelen van deze les
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Sondage