Week 3 Genetica - dihybride kruisingen en mutaties

Week 3 - Dihybride kruisingen en mutaties
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
GeneticaMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 100 min

Éléments de cette leçon

Week 3 - Dihybride kruisingen en mutaties

Slide 1 - Diapositive

Planning
Herhaling
Leerdoelen
Dihybride kruisingen
Oefeningen maken
Recombinatie en mutatie

Slide 2 - Diapositive

Herhaling
Mitose en meiose
Dominant en Reccessief
Homo- en heterozygoot
Kruisingsschema's (monohybride kruisingen)

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kan zelfstandig een dihybride kruising maken
  • Je kent de begrippen mutatie en weet de gevolgen en variaties er van

Slide 4 - Diapositive

Geef aan wat kenmerkend is voor Mitose
A
Het is van toepassing voor normale celdeling
B
Het erfelijk materiaal wordt gehalveerd
C
Het is alleen voor toepassing van reductiedeling
D
Eén cel deelt zich in vier cellen

Slide 5 - Quiz

Geef aan wat kenmerkend is voor Meiose
A
Het is ook wel reductiedeling
B
Uit één cel komen 4 cellen
C
Hier vindt crossing-over plaats
D
Het erfelijk materiaal wordt gehalveerd

Slide 6 - Quiz

Geef aan welke antwoordmogelijkheid homozygoot dominant is
A
dd
B
DD
C
Bb
D
BB

Slide 7 - Quiz

F = Wit en f = Bruin.
Wat is het fenotype van dit heterozygote dier ''Ff''?

Slide 8 - Question ouverte

Kruisingschema
Het gen voor een bruine oogkleur (B) is dominant over het gen voor de blauwe oogkleur (b).

Rex heeft bruine ogen en is heterozygoot voor de oogkleur. Hij krijgt kinderen met Floor die blauwe ogen heeft. Hoe groot is de kans dat zij kinderen krijgen met blauwe ogen?

Slide 9 - Diapositive

Hoe groot is de kans dat er kinderen geboren worden met blauwe ogen
A
25%
B
50%
C
75%
D
100%

Slide 10 - Quiz

Dihybride kruisingen
  • Naast monohybride kruisingen waarbij je kijkt naar één eigenschap kun je ook kijken naar twee eigenschappen. Dit noemen we een dihybride kruising.
  • Ouders verschillen meestal in meerdere eigenschappen van elkaar.

Slide 11 - Diapositive

Vachtkleur en vacht type
Bijvoorbeeld: Vachtkleur en vachtstructuur
bruin vs zwart | ruw haar vs lang haar

Slide 12 - Diapositive

Voorbeeldopdracht
Eén ouderdier is heterozygoot en de ander is volledig homozygoot. Het gaat om een bruine reu met krullen en een heterozygote zwarte teefje met lang haar. Zwart is dominant en wordt aangeduid met ''Z''. Bruin is recessief en wordt aangeduid met ''z''. Lange vacht is dominant en wordt aangeduid met ''D'' en een gekrulde vacht ''d''.  Maak hier een kruisingsschema van.

Slide 13 - Diapositive

Vragen:
Het genotype staat nu op het bord....
  • Hoeveel verschillende fenotype komen er voor?
  • Welke verschillende fenotypen komen er voor?
  • Hoe groot is de kans dat een bruine pup wordt geboren met een lange vacht?

Slide 14 - Diapositive

Maak de opdrachten van het formulier van vorige week
20 -min

Bespreek de antwoorden samen wanneer je klaar bent.

Slide 15 - Diapositive

Recombinatie en mutatie
Nakomelingen hoeven dus niet op hun ouders te lijken...
Denk maar aan oog- en haarkleur, gedrag, ect.

Tijdens dit onderwerp gaan wij in op de redenen en principes die hier achter liggen.

Slide 16 - Diapositive

Vorming van geslachtscellen
meiose
homologe chromosomen
meiose 1
meiose 2

Slide 17 - Diapositive

Mutaties
  • Veranderingen in het erfelijk materiaal (DNA) van een organisme.
Oorzaken?
  • Spontaan, straling, ziekten, chemicaliën 

Slide 18 - Diapositive

Mutaties 
Gevolgen 
Tijdens de mitose kan het kanker/tumoren veroorzaken

Tijdens de meiose kan het verandering van de genen geven.

Slide 19 - Diapositive

Soorten mutaties
Stille mutatie: Mutaties die niet tot uiting komen bij het individu

Functionele mutatie: Mutatie die wel tot uiting komt bij het individu

Voorbeelden?   

Slide 20 - Diapositive

Soorten mutaties
Stille mutatie: Mutaties die niet tot uiting komen bij het individu

Functionele mutatie: Mutatie die wel tot uiting komt bij het individu

Voorbeelden?  >> oogkleur,  extra vinger of  zelfs antibiotica resistentie!!

Slide 21 - Diapositive

Lethale mutaties
Naaktheid Chinese naakthonden wordt veroorzaakt door een dominant gen voor haarloosheid (H). Dit gen komt alleen voor een heterozygote combinatie (Hh) of homozygote combinatie van recessieve genen (hh). De homo- zygote dominante variant (HH) is een lethale factor. Pups worden nooit geboren!!

Hoe groot is de kans dat pups dood gaan wanneer
een reu Hh en teef Hh nakomelingen krijgen?

Slide 22 - Diapositive

Recessief overerven van mutaties
Kan overerven zonder dat het zichtbaar is
Kan dus ongemerkt overgegeven worden.

Voordeel: ze verdwijnen best wel gemakkelijk
Nadeel: in één vaste kudde/ groep dieren kan het gen en dus de mutatie ineens de kop op steken. 
Het gen kan/is dan waarschijnlijk ook al ver verspreid zijn door de groep dieren!

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Filmpje
Maak de opdracht die wordt uitgedeeld.

Slide 25 - Diapositive

Plusopdrachten voor de kenners

Slide 26 - Diapositive