Week 3 - De vermogensdelicten 22/23

Criminaliteit
les 3- De vermogensdelicten
schooljaar 2023/2024, OP4
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
criminaliteitMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Criminaliteit
les 3- De vermogensdelicten
schooljaar 2023/2024, OP4

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorige week 
  • Vorige week hebben we gekeken naar de deelnemers van een strafproces
  • 1 van deze deelnemers, nl. de opsporingsambtenaar, houdt zich bezig met: 
  1. het sporenonderzoek
  2. getuigenbewijs  

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les
  • Gaan we eerst na wat vermogensdelicten zijn
  • We kijken naar andere vermogensdelicten én naar de verschillen tussen deze vermogensdelicten

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wordt nu bedoeld met een vermogensdelict?

Slide 4 - Carte mentale

een misdrijf waarbij de dader zich geld of goederen toe-eigent uit het vermogen van een ander 


Slide 5 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vermogensdelicten ken je?

Slide 6 - Carte mentale

De bekendste zijn diefstal, fraude, oplichting en witwassen.
Verschillen tussen vermogensdelicten


We gaan kijken naar de onderlinge verschillen tussen vermogensdelicten, om te beginnen naar het verschil tussen diefstal en verduistering  

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Warming-up: vermogensdelicten



Zoek het artikel op van meest bekende vermogensdelict, te weten diefstal  

Slide 8 - Diapositive

Artikel 310
Hij die enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort wegneemt, met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, wordt, als schuldig aan diefstal, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.
Verschillen tussen vermogensdelicten

Zoek nu het artikel van verduistering op

Slide 9 - Diapositive

Artikel 321
Hij die opzettelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort en dat hij anders dan door misdrijf onder zich heeft, wederrechtelijk zich toe-eigent, wordt, als schuldig aan verduistering, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vijfde categorie.

Het verschil tussen diefstal en verduistering is maar heel klein. Op één bestanddeel na lijken de strafbepalingen precies op elkaar. 
Welk bestanddeel hoort bij diefstal, welk bij verduistering?
diefstal, art. 310 Sr
verduistering, art. 321 Sr
wegnemen = fysiek afpakken
anders dan door misdrijf onder zich hebben = al op een nette manier in je macht hebben
Voorbeeld: Een mevrouw werkt als docente en neemt een laptop van school voor haar werk mee naar huis. Ze stopt met de baan omdat ze het niet meer leuk vindt zo, maar geeft de laptop niet terug.
Voorbeeld: Twee jongens nemen een scooter mee van een onbekende die zo stom was haar sleutels in het contact te laten zitten. 

Slide 10 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Diefstal met braak (art. 311 Sr) of geweld(art. 312 Sr)
De dief krijgt meer straf (strafverzwaring) als er bijzondere omstandigheden zijn waaronder de diefstal is gepleegd.
art. 311 Sr: met braak
  • Bijv. Twee mannen breken in de nacht in en stelen een iMac uit het huis.
art. 312 Sr: met geweld
  • Bijv. Een man slaat een oud vrouwtje en pakt dan haar tas af.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Meneer Helmer

In de zaak van meneer Helmer gaat het ook om vermogensdelicten, maar om welke?

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3

Slide 13 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

09:30
Over welke strafbepaling gaat het dus?
A
art. 311 Sr
B
art. 312 Sr

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

09:51
'Mijn strafblad bestaat alleen maar uit 310, 311'
Wat heeft hij dus allemaal gedaan?
A
afpersing, chantage
B
diefstal, inbraak
C
oplichting, flessentrekkerij

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

18:19
De rechter heeft een hogere straf opgelegd dan geëist door de OvJ. Wat vind je daarvan? Zou jij hem een andere straf hebben opgelegd en zo ja welke?

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Andere vermogensdelicten
Afpersing, art. 317 Sr: iemand door geweld dwingen geld af te geven
Chantage, art. 318 Sr: iemand dwingen geld af te geven door te dreigen iets bekend te maken wat het slachtoffer niet wil
Oplichting, art. 326 Sr: Door bedrog iemand ertoe brengen dat hij geld afgeeft

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

We hebben nu meerdere vermogensdelicten besproken, wat is nu het verschil tussen diefstal met geweld en afpersing?

Slide 18 - Question ouverte

Het onderscheid bestaat erin dat de dader van dit misdrijf de goederen niet wegneemt maar doet afgeven, als gevolg van geweld of bedreiging

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Was in het filmpje nu sprake van een poging afpersing of een diefstal met geweld?
A
afpersing
B
diefstal met geweld

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef aan of er bij deze overval sprake is van afpersing of van diefstal met geweld en leg uit

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

De familie de Mol doet aangifte van het volgende delict:
A
afpersing, art. 317 Sr
B
chantage, art. 318 Sr
C
oplichting, art. 326 Sr

Slide 24 - Quiz

Artikel 318 
Hij die, met het oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te bevoordelen, door bedreiging met smaad, smaadschrift of openbaring van een geheim iemand dwingt hetzij tot de afgifte van enig goed dat geheel of ten dele aan deze of aan een derde toebehoort, hetzij tot het aangaan van een schuld of het teniet doen van een inschuld, hetzij tot het ter beschikking stellen van gegevens, wordt als schuldig aan afdreiging, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie.2.Indien het feit wordt gepleegd met het oogmerk om een terroristisch misdrijf voor te bereiden of gemakkelijk te maken, wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde verhoogd.3.Dit misdrijf wordt niet vervolgd dan op klacht van hem tegen wie het gepleegd is.