Domein 4 Procenten gebruiken

Procenten

1 / 39

Slide 1: Diapositive

RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Procenten

Slide 1 - Diapositive

Hoe zit iedereen erbij?

Zijn er dingen die gedeeld/besproken moeten worden?

Slide 2 - Diapositive

vorige les?

Zijn er nog vragen?

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen

Je kunt :

.... procenten, breuken en verhoudingen herkennen

..... een percentage uitreken

..... een totaal uitrekenen

..... toegepast rekenen met procenten

Slide 4 - Diapositive

In een stadion is 15% van de stoelen rood.

Hoeveel procent van de stoelen is niet rood?

Slide 5 - Diapositive

In een stadion is 15% van de stoelen rood.
Hoeveel procent van de stoelen is niet rood?

Slide 6 - Carte mentale

Hoeveel eurocent is 35% van 1 euro?

Slide 7 - Carte mentale

25% van de doos is gevuld met koffiecupjes.

Hoeveel procent van de vakjes is leeg?

Slide 8 - Carte mentale

Hoeveel procent van de normale prijs betaal je?

Slide 9 - Carte mentale

Handige pecentages

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Handige percentages

Slide 12 - Diapositive

Handige percentages

Slide 13 - Diapositive

Handige percentages

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Carte mentale

Procenten, breuken en verhoudingen

Slide 19 - Diapositive

3 soorten sommen

Sommen waarbij je 2 getallen weet en je het percentage moet uitrekenen.

Sommen waarbij je het geheel, de 100%, weet en waarbij je een deel (percentage) daarvan moet uitrekenen;

Sommen waarbij je het deel weet en je het geheel (100%) moet uitrekenen;

Slide 20 - Diapositive

Een percentage uitrekenen

Slide 21 - Diapositive

Een percentage uitrekenen

Formule

\frac{​ d e e l ​ ​}{​ g e h e e l ​} x 100 = p e r c e n t a g e

Slide 22 - Diapositive

Een percentage uitrekenen

Je kunt uitrekenen welke hoeveelheid een percentage is. Je kunt dit doen door eerst uit te rekenen hoeveel het totaal is. Daarna vermenigvuldig je het gedeelte met totaal.

Om het overzichtelijk te houden kun je het beste gebruik maken van een verhoudingstabel.

Bijvoorbeeld in een woonwinkel staan in totaal 450 banken waarvan er 270 geel zijn.

Gele banken

270

0,6

60%

Totaal banken

450

100

Slide 23 - Diapositive

Een percentage uitrekenen

Formule

Het deel uit de vorige opgave is 270

x 100 = 60

Het geheel uit de vorige opgave is 450

\frac{​ d e e l ​ ​}{​ g e h e e l ​} x 100 = p e r c e n t a g e

Slide 24 - Diapositive

Een deel uitrekenen

Slide 25 - Diapositive

Een deel uitrekenen

Formule

\frac{​ g e h e e l ​ ​}{​ 1 0 0 ​} x d e e l = d e e l v a n h e t g e h e e l

Slide 26 - Diapositive

Een deel uitrekenen

Je kunt uitrekenen welke hoeveelheid bij een percentage hoort. Je kunt dit doen door eerst uit te rekenen hoeveel 1% van het totaal is. Daarna vermenigvuldig je de uitkomst met het aantal procenten.

Om het overzichtelijk te houden kun je het beste gebruik maken van een verhoudingstabel.

Stel je krijgt 65% korting op een paar schoenen van € 150:

100

€

150

1,50

97,50

Slide 27 - Diapositive

Een deel uitrekenen

Formule

150

x 65 = 97,50

100

\frac{​ g e h e e l ​ ​}{​ 1 0 0 ​} x d e e l = d e e l v a n h e t g e h e e l

Slide 28 - Diapositive

Hoeveel korting krijg je?

Slide 29 - Diapositive

Een deel uitrekenen

Formule

Voorbeeld van de laptop

\frac{​ g e h e e l ​ ​}{​ 1 0 0 ​} x d e e l = d e e l v a n h e t g e h e e l

\frac{​ 5 5 0 ​ ​}{​ 1 0 0 ​} x 20 = 110

Slide 30 - Diapositive

Een deel uitrekenen

Je kunt uitrekenen welke hoeveelheid bij een percentage hoort. Je kunt dit doen door eerst uit te rekenen hoeveel 1% van het totaal is. Daarna vermenigvuldig je de uitkomst met het aantal procenten.

100

€

550

5,50

110

Slide 31 - Diapositive

Het totaal uitrekenen

Slide 32 - Diapositive

Het totaal uitrekenen

Formule

\frac{​ a a n t a l ​ ​}{​ g e d e e l t e ​} x 100 = g e h e e l

Slide 33 - Diapositive

Het totaal uitrekenen

Als je weet hoe groot een deel is en welk percentage daarbij hoort, kun je het totaal uitrekenen. Je kunt dit doen door eerst 1% uit te rekenen daarna vermenigvuldig je dit met 100.

Je hebt 25 % korting gekregen dit is €10,-

100%

€

10,-

0,40

40,-

Slide 34 - Diapositive

Een percentage uitrekenen

Bij een opleiding zijn er 270 studenten die een voldoende hebben gehaald en 180 student die een onvoldoende hebben behaald. Hoeveel studenten hebben een voldoende behaald?

Voor bereken je eerst het totaal aantal student dat is 270 + 180= 450 studenten, hiervan hebben 270 studenten een voldoende behaald

Voldoende

270

0,6

60%

Totaal

450

100

Slide 35 - Diapositive

Hoeveel MB je totaal per maand?

Slide 36 - Diapositive

Het totaal uitrekenen

Formule

Voorbeeld van hiervoor:

\frac{​ a a n t a l ​ ​}{​ g e d e e l t e ​} x 100 = g e h e e l

\frac{​ 3 2 5 , 5 ​ ​}{​ 3 1 ​} x 100 = 1.050

Slide 37 - Diapositive

Het totaal uitrekenen

Als je weet hoe groot een deel is en welk percentage daarbij hoort, kun je het totaal uitrekenen. Je kunt dit doen door eerst 1% uit te rekenen daarna vermenigvuldig je dit met 100.

31%

100%

MB's

325,5

10,5

1050