Les 2 - Kortfilms vergelijken (p. 18-25)

1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsSecundair onderwijs

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Geef het grootste verschil tussen een kortfilm en een gewone film.

Slide 2 - Question ouverte

pg.18

Slide 3 - Diapositive

Waarover denk je dat het verhaal zal gaan?

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Vidéo

oefening 4 en 5 
Bespreek met je buur:
- Waarom is de jongen eerst boos als hij ziet dat het hondje gehandicapt is?
- Vond je het einde van het verhaal verrassend? Waarom?
timer
3:00
pg.19

Slide 6 - Diapositive

pg.19

Slide 7 - Diapositive

Mening en standpunten
timer
5:00
pg.19

Slide 8 - Diapositive

Mening en standpunten
timer
3:00
pg.20

Slide 9 - Diapositive

pg.20
tegenspeler

nevenpersonage

hoofdpersonage
zoontje
moeder
hondje

Slide 10 - Question de remorquage

pg.20

Slide 11 - Diapositive

pg.20

Slide 12 - Diapositive

oefening 9
  1. Nummer de scènes van 1 tot 10.
  2. Schrijf naast elke scène in één korte zin wat er gebeurt. 
timer
5:00
pg.21

Slide 13 - Diapositive

pg.21

Slide 14 - Diapositive

pg.22

Slide 15 - Diapositive

Bekijk de affiche. Wat zal er gebeuren in de kortfilm?

Slide 16 - Question ouverte

Waar droom jij van?
Wat wil jij nog bereiken in het leven?

Slide 17 - Carte mentale

Slide 18 - Vidéo

oefening 3 
Bespreek met je buur en vul je cursus in.
a) Hoe oud schat je het hoofdpersonage in bij de start van de film?
b)  Wat is zijn grote droom?
c)  Hoe wil hij die droom bereiken?
timer
3:00
pg.23

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

oefening 4a 
Bespreek met je buur en vul je cursus in.
a) Hoe oud schat je het hoofdpersonage in bij de start van de film?
b)  Wat is zijn grote droom?
c)  Hoe wil hij die droom bereiken?
timer
3:00
pg.23

Slide 21 - Diapositive

oefening 4 (p. 23)
  1. Vergelijk met jouw buur.
  2. Leg elkaar de betekenis uit.
  3. Zoek de betekenis op van woorden die jullie allebei niet begrijpen.  
timer
3:00
pg.23

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Lien

Bespreek 
oefening 5
Vind je het een realistisch verhaal of niet? 

oefening 6 Eindbeeld: raket vliegt door de lucht

a) Wie zit erin?  Beschrijf het personage in detail
b) Hoe kun je dit verklaren?

pg.24

Slide 24 - Diapositive

Welke eigenschappen passen
bij het hoofdpersonage?

Slide 25 - Carte mentale

Waarom laat de regisseur ons achter met vragen?

Slide 26 - Question ouverte

oefening 7 
Bespreek met je buur en vul je cursus in.
a) Hoe oud schat je het hoofdpersonage in bij de start van de film?
b)  Wat is zijn grote droom?
c)  Hoe wil hij die droom bereiken?
pg.25

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

oefening 1a+b 
Bespreek met je buur en vul je cursus in.
a) Hoe oud schat je het hoofdpersonage in bij de start van de film?
b)  Wat is zijn grote droom?
c)  Hoe wil hij die droom bereiken?
timer
3:00
pg.25

Slide 29 - Diapositive


A
The Present
B
Coin Operated

Slide 30 - Quiz


A
The Present
B
Coin Operated

Slide 31 - Quiz


A
The Present
B
Coin Operated

Slide 32 - Quiz


A
The Present
B
Coin Operated

Slide 33 - Quiz


A
The Present
B
Coin Operated

Slide 34 - Quiz

Schrijfoefening
Schrijf een tip naar een persoon in 5 zinnen
  • Schrijf welke kortfilm of kortfilms je aanraadt.
  • Maak duidelijk wat jij ervan vindt (standpunt en argumenten)
  • Geef mee waarom de persoon die je kiest de kortfilm absoluut moet zien.
  • Let op werkwoordspelling!
timer
10:00

Slide 35 - Diapositive