Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Doelen woordsoorten
1. Je weet wat een bepaald lidwoord (blw), onbepaald lidwoord (olw), bijvoeglijk naamwoord (bn), zelfstandig naamwoord (zn), werkwoord (ww) en een voorzetsel (vz) zijn.
2. Je kunt deze woordsoorten benoemen in een zin.
Slide 2 - Diapositive
1. Wat is het zelfstandig naamwoord?
A
liever
B
slim
C
kans
D
leuk
Slide 3 - Quiz
2. Het is een goed plan.
Is het wel of geen lidwoord?
A
wel
B
geen
Slide 4 - Quiz
3. Het meisje was weggelopen. het is .....
A
geen lidwoord
B
een bepaald lidwoord
C
een onbepaald lidwoord
Slide 5 - Quiz
5. Wat is een zelfstandig naamwoord?
A
over
B
waardeloos
C
gouden
D
Amsterdam
Slide 6 - Quiz
7. Een bn zegt iets over een …...
A
lw
B
zn
C
ww
Slide 7 - Quiz
8. Een bn staat meestal …… het zn.
A
voor
B
achter
Slide 8 - Quiz
9. Maak een kort zinnetje waarbij het bn achter het zn staat.
Slide 9 - Question ouverte
10. Wat is een stoffelijk bn? De …… tafel.
A
vierkante
B
verkleurde
C
houten
D
ruwe
Slide 10 - Quiz
11. Een stoffelijk bn eindigt meestal op...
A
-E
B
-R
C
-ER
D
-EN
Slide 11 - Quiz
12. Welk stoffelijk bn heeft geen meervoud op -en?
A
katoen
B
glas
C
nylon
D
steen
Slide 12 - Quiz
13. Benoem het onderstreepte woord.
De aardige dame heeft de onzekere jongen een compliment gegeven.
A
blw
B
bn
C
zn
D
ww
Slide 13 - Quiz
14. Benoem het onderstreepte woord.
De aardige dame heeft de onzekere jongen een compliment gegeven.
A
blw
B
bn
C
zn
D
ww
Slide 14 - Quiz
15. Benoem het onderstreepte woord.
De aardige dame heeft de onzekere jongen een compliment gegeven.
A
bn
B
zn
C
ww
Slide 15 - Quiz
16. Benoem het onderstreepte woord.
Op de tafel stond een mooie bos bloemen.
A
blw
B
olw
C
bn
D
vz
Slide 16 - Quiz
17. Benoem het onderstreepte woord.
Op de tafel stond een mooie bos bloemen.
A
bn
B
zn
C
ww
Slide 17 - Quiz
18. Benoem het onderstreepte woord
Op de tafel stond een mooie bos bloemen.
A
bn
B
zn
C
blw
D
vz
Slide 18 - Quiz
19. Is het onderstreepte woord een voorzetsel?
Vanwege het coronavirus is de carnaval dit jaar afgelast.
A
ja
B
nee
Slide 19 - Quiz
20. Benoem het onderstreepte woord.
In de straat worden verschillende bomen omgekapt.
A
bn
B
ww
C
vz
D
olw
Slide 20 - Quiz
Huiswerk
Dinsdag 10 mei 6e uur:
Maken: opdracht 10 en 11
Let op! Ik moet opdracht 11 eerst aan jullie uitleggen!