C les 4 lezen verwijswoorden A2A

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Lesplanning

* stillezen in je leesboek

* huiswerk par. C 

* oefeningen

* huiswerk en opdrachten vorige les bespreken

Lesdoel

Aan het eind van de 

les kan/weet ik:

* hoe de jeugdliteratuur zich heeft ontwikkeld en hoe verhaalpersonages per tijdsperiode verschillen.

* herkennen uit welke periode een verhaal of gedicht ongeveer stamt.

* nadenken over de (voorbeeld)rollen van verhaalpersonages.

Huiswerk bespreken

Opdracht 7a en 7b

We bespreken jullie antwoorden op deze opdracht.

Opdracht 8

Je schrijft een kort verhaal over een moderne kwajongen waarin je vertelt over één streek die uitgehaald is/wordt.

Je verhaal heeft ongeveer 120 - 150 woorden.

Huiswerk

Maandag 2-10:

m OB H1 par. D opdracht 1 t/m 3

Do 5-10:

lz HB blz. 116-117 'Spannende verhalen' - je krijgt hier vragen over.

Toets H1 ... dinsdag 17-10 (3e lesuur) of vrijdag 20-10 (6e lesuur?)

Wat past het beste in het rijtje?

onrust - opschudding - ...

1. tot inkeer komen
2. veel stof doen opwaaien
3. goedgemutst zijn
4. sympathiek

Wat past het beste in het rijtje?

nadoen - voorbeeld overnemen - ...

1. navolger
2. criticus
3. propaganda
4. sympathiek

Aan de lopende band betekent: aan één stuk door.

1. Waar
2. Niet waar

Criticus betekent: ergens aan voldoen

1. Waar
2. Niet waar

De uitdrukking 'goedgemutst zijn' betekent: een mooi hoofddeksel op hebben.

1. Waar
2. Niet waar

Wat past het beste in het rijtje?

reclame voor ideeën - gedragsverandering - ...

1. navolger
2. criticus
3. propaganda
4. veel stof doen opwaaien

Het is gezellig om hem in de klas te hebben, hij is altijd blij.
Wat had er in deze zin ook kunnen staan in plaats van 'blij'?

1. onfatsoenlijk
2. navolger
3. goedgemutst
4. aan de lopende band

Wat past het beste in het rijtje?

beoordelen - journalist - ...

1. rechtbreien
2. criticus
3. propaganda
4. veel stof doen opwaaien