Ned_2h_Week4_les3

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Terugblik  
Namen
Stillezen
Opdracht nakijken
Samen aan de slag (kort)
Woordjes C bekijken
Zelfstandig aan de slag
Evalueren 
Vooruitblik
Kahoot! C




Slide 2 - Diapositive


Vorige les: spelling en woordjes woordenschat


Materiaal mee
Methodeboek Nieuw Nederlands, leesboek, schrift en pen
(mobiel/pc)

Werkhouding

Huiswerk


Afwezigheid of te laat



Slide 3 - Diapositive

Naambordje neerleggen.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Inhoud lessen deze week
Spelling H1
Interpunctie en gebiedende wijs
Opdracht 1, 2 en 3 (blz. 35)
Opdracht 1,2,3 en 4 (blz 36-37)
Theorie blz. 34
Theorie blz. 36

 De brug Spelling
 0pdracht 1 en 2
(blz. 254-255)







Woordenschat letter B en C Kahoot!




Opdracht 3 en 5


Slide 6 - Diapositive

Kijk even of je deze opdracht goed in je schrijft hebt staan:
Opdracht 3
, bladzijde 35
1 Het pasgeboren baby’tje droeg een klein zilveren kettinkje.
2 De coach vond het fascinerend hoe de spelers het conflict zelf oplosten.
3 De student filosofie moet een artikel over ethiek schrijven, maar hij heeft de neiging om het steeds uit te stellen.
4 Je moet tijdens de pauze niet gaan roddelen om een amicale indruk te maken.
5 Het medisch experiment mislukte en ruïneerde Maria’s sportcarrière.
6 Zagen jullie gisteren ook die Engelse documentaire over de vulkaanuitbarsting?

Slide 7 - Diapositive

Doel


  • Je kunt hoofdletters, leestekens, aanhalingstekens correct gebruiken.

Slide 8 - Diapositive

Theorie, bladzijde 254 (samen lezen)
Kijk mee met deze tekst.

Slide 9 - Diapositive

Waar moeten de hoofdletters en leestekens?
na schooltijd kan bram doen wat hij graag wil boetballen met zijn vrienden en daarna gamen

Slide 10 - Question ouverte

Antwoord
1 Na schooltijd kan Bram doen wat hij graag wil: voetballen met zijn vrienden en daarna gamen.

Slide 11 - Diapositive

Waar moeten de hoofdletters en leestekens?
dat je je kamer nog steeds niet opgeruimd hebt is schandalig

Slide 12 - Question ouverte

Antwoord
Dat je je kamer nog steeds niet opgeruimd hebt, is ronduit schandalig.

Slide 13 - Diapositive

Woordjes C
Competent 
Conform
Consistent
Continu
Cruciaal



Slide 14 - Diapositive

Woordjes C
Competent : a) bekwaam b) bevoegd
Voorbeeldzin betekenis a):
Ik heb de allerbeste muziekdocent; ik heb nog nooit iemand gezien die zo competent is.
Voorbeeldzin betekenis b):
De trainer van de profs rommelde maar wat aan; volgens mij is hij niet competent om een training op hoog niveau te geven.

Conform: overeenkomstig, overeenstemmend met
Voorbeeldzin: Wij gedragen ons conform de regels van deze school.

Consistent: vast, samenhangend
Voorbeeldzin: In een consistent betoog zijn de argumenten in een logische volgorde opgenomen.

Continu: voortdurend, onafgebroken
Voorbeeldzin: In bepaalde lessen zijn sommige leerlingen continu met elkaar aan het kletsen.

Cruciaal: beslissend, doorslaggevend
Voorbeeldzin: Toen ik verliefd werd op die bovenbouwleerling, was dat een cruciaal moment in mijn leven.

In de contramine zijn: in verzet, dwars zijn, tegenwerkend
Voorbeeldzin: Op school gedraagt die jongen zich aardig, maar thuis is hij voortdurend in de contramine.

Slide 15 - Diapositive

Woordjes C
Continu: voortdurend, onafgebroken
Voorbeeldzin: In bepaalde lessen zijn sommige leerlingen continu met elkaar aan het kletsen.

Cruciaal: beslissend, doorslaggevend
Voorbeeldzin: Toen ik verliefd werd op die bovenbouwleerling, was dat een cruciaal moment in mijn leven.

In de contramine zijn: in verzet, dwars zijn, tegenwerkend
Voorbeeldzin: Op school gedraagt die jongen zich aardig, maar thuis is hij voortdurend in de contramine.

Slide 16 - Diapositive

1 Het pasgeboren baby’tje droeg een klein zilveren kettinkje.
2 De coach vond het fascinerend hoe de spelers het conflict zelf oplosten.
3 De student filosofie moet een artikel over ethiek schrijven, maar hij heeft de neiging om het steeds uit te stellen.
4 Je moet tijdens de pauze niet gaan roddelen om een amicale indruk te maken.
5 Het medisch experiment mislukte en ruïneerde Maria’s sportcarrière.
6 Zagen jullie gisteren ook die Engelse documentaire over de vulkaanuitbarsting?

Start aan:
Opdracht 1 en 2 (blz 255)

Ga verder met het afmaken van de vorige les:
Opdracht 1, 2 en 3 (blz. 35)
Opdracht 1,2,3 en 4 (blz 36-37)

Ben je klaar? 
Kahoot! Woordje C leren



Slide 17 - Diapositive

Hoe ging de invulopdracht?
Wat ging goed?
Kan er de volgende keer iets beter?

Slide 18 - Diapositive

Wat gaan we de volgende les doen?
Woordenschat, poëzie, formuleren


Wat moet er volgende week mee? 
Methodeboek, schrift, pen, leesboek en je mobiele telefoon




Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Lien

Slide 22 - Diapositive