Les 4B

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 4

Communicatieve vaardigheden

Les 4B

Sadiye Tas
[e-mail]

Terugblik vorige les

• Theorie 24.1: Het Adviesgesprek
• Oefenen met eigen casus
• Oefenen met adviesformulier
• oefenen... oefenen.. oefenen..

24.1: Adviesgesprek

Er wordt om advies gevraagd.
Inhoudelijk of op proces in het leven

Twee gespreksmodellen

1. Diagnose-receptmodel (inhoudelijke vraag)

2. Participatiemodel (vraag over proces)

Diagnose-receptmodel

Inhoudelijk advies - hulpverlener is de leider

Er is altijd een deskundige die advies geeft. 

Vragen stellen -> diagnose stellen (dit is het probleem) -> 'recept uitschrijven' de oplossing

Werkt alleen als de vrager jou vertrouwt en als deskundige ziet.
Medisch model. 

Het participatiemodel

Je helpt bij het zelf nadenken over de mogelijke stappen

Meestal spelen emoties een rol -> persoon is altijd zelf de deskundige

 Verdiepende vragen stellen en suggesties doen.
Wat vindt de persoon belangrijk? 

Het participatiemodel

Het participatiemodel kent twee fasen:

1. Exploratieve fase

2. Probleemoplossende fase.

Exploratieve fase

Situatie verkennen met vragen

1. Hoe is de situatie?

2. Wat heeft de cliënt tot nu toe aan het probleem gedaan?

3. Wat heeft dat opgeleverd?

4. Wie spelen allemaal een rol bij dit probleem?

Probleemoplossende fase

In deze fase ga je met de cliënt de mogelijke oplossingen na.

• Welke oplossingen zelf?
• Suggesties geven
  Bezwaren? Welke?

Zelfredzaamheid bevorderen

Adviesgesprek

1. Wat is de vraag naar Sociaal Werk van de cliënt (hulpvraag)?
   
   
2. Wat zijn de persoonlijke gegevens van de client?
   
   
3. Wat kan je vertellen over de (thuis)situatie van de client?
   
   
4. Welke vragen had de client nog meer, naast de belangrijkste hulpvraag?
   
   
5. Welke adviezen heb je met de client besproken?

Adviesgesprek

Ik zou deze client: (maximaal twee antwoorden aankruizen) 

1. Zelfstandig aan de slag laten gaan met de door ons (besproken) adviezen en de door mij extra bedachte adviezen.

2. Adviseren contact op te nemen met een gespecialiseerde professional (eventueel help ik met zoeken van juiste hulp).

3. Adviseren vooral de zelfbedachte (door cliënt) oplossingen op te volgen.

4. Deze cliënt is niet te helpen, ik heb onvoldoende gegevens en zal meer informatie moeten hebben om te kunnen helpen.

Oefenen

Oefenen in drietallen

Sociaal werker- cliënt- observator

We wisselen steeds van rol.