4V - Periode 3 - PA4 H1 Les 12 - GSE (11-03-2024)

Bienvenidos
Lessonup.app
(linkjes staat bij je eerste les Spaans van dit schooljaar) 
1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Bienvenidos
Lessonup.app
(linkjes staat bij je eerste les Spaans van dit schooljaar) 

Slide 1 - Diapositive

Programa
INFO / OBJETIVOS / DEBERES (10m)
  • A4sptl7: formatieve toets nakijken (15m)
  • LECTURA: corregir 34-36 + hacer ejercicio 43-44-45 (30m)
  • IMPERATIVO: gram D + ejerc. 41cd (10m)
  • (Lenguateca D / Don Quijote)
REFLEXIÓN + DEBERES (5m)

¿Cuál era la palabra de la semana?

Slide 2 - Diapositive

Woord van de week
claro = helder, duidelijk, natuurlijk
Está claro que las gafas de Rayban son las más chulas.
Het is duidelijk dat de brillen van Rayban de coolste zijn.


Slide 3 - Diapositive

Para recordar (= Om te onthouden)
No lo sé = 
Ik weet het niet.
Ya lo sé = Ik weet het al.
(ya = al)

Slide 4 - Diapositive

Objetivos (doelen)
Thematiek:
  • Je leert communiceren over mode, stijl en marketing. Je leert ook de bijbehorende woordenschat.
Leesvaardigheid en Luistervaardigheid: 
  • Je leert begrijpend lezen en luisteren bij teksten op uiteenlopende terreinen en je leert werken met verschillende typen vraagstelling en strategieen.
Grammatica: 
  • Je leert hoe je zinnen korter kunt maken door het lijdend en meewerkend voorwerp te vervangen door een persoonlijk voornaamwoord, je leert welke tijd je gebruikt om voorspellingen, beloftes e.d. te doen (futuro).

Slide 5 - Diapositive

INFO over toetsen
Informatie over de toetsen staat bovenaan de studiewijzer. 
Werkt een link op magister niet? Dan ga je zelf naar de studiewijzer op teams.
Formatief: Hoofdstuk 1, paragraaf ABC, in les 9 -> A4sptl7 gaat de formatieve toets in groepjes nakijken
Luistertoets: 4 maart 2024
Toetsweek: Leestoets

Portfolio (V):
  • poster over jouw stijl in het Spaans
  • boekje lezen Don Quijote -> 12 maart uiterlijk inleveren, papieren boekje + samenvatting online
  • VMBO-examen maken (in de les/huiswerk)




Slide 6 - Diapositive

Inleverwerk: poster


poster: 
A4sptl7 MIlan, Belal, Nawaal
A4sptl1 Ninya, Parwarish, Jhelane, Simon





Slide 7 - Diapositive

INFO over Subtarea D: brief aan H&M. 
Lees de instructie op p. 50.

Voor deze tarea heb je nodig: 
  • de gebiedende wijs 
  • de lenguateca
  • ideeën voor verkooptrucs, zie texto 5 (p.38) + texto 6 (p. 46)

De uiterste inleverdatum van subtarea D is in de tweede week van periode 4.



Slide 8 - Diapositive

Los deberes fueron:
Aprender:
- Lenguateca D p.49 + Gram. D p.43-44 (gebiedende wijs)

Hacer: 
  • afmaken de oefeningen van vorige les uit paso adelante (oef 40, 41abc, 34, 35a, 36) + nakijken met antwoordblad -> oef 41abc gezamenlijk nakijken, maar de leesopdrachten straks in groepjes
  • Boekje Don Quijote H5

Kijk het huiswerk na met het antwoordblad. Verbeter je fouten in rood. Bestudeer de stof zonodig opnieuw, zodat je leert van je fouten, en stel vragen.


Slide 9 - Diapositive

Nakijken formatieve toets (15m)
A4sptl7 
  • Werk in groepjes van 3-4 personen
  • Probeer samen het beste antwoord op de vragen te vinden en verbeter je toets met potlood.
  • Daarna worden de antwoorden gedeeld. Kijk je toets na en noteer je punten met potlood bovenaan de pagina. 
  • Stel zonodig vragen.



Klaar? Lever de toetsen van je groepje in bij de docent en ga naar de volgende slide.
timer
15:00

Slide 10 - Diapositive

LECTURA: el 'marketing' (30m)
Trabajar en grupos: 
  • Wijs een voorzitter aan. Er moet een gezamenlijk antwoord komen op de vragen. Ieder groepslid moet het antwoord kunnen toelichten.
  • Blijven er vragen over? Noteer ze voor de docent.

1. CORREGIR ejercicio p.38-41
  • ejercicio 34: discutir en grupos
  • ejercicio 35a - 36: hoja de respuestas

2. HACER: trabajar en grupos: ejercicio 43-44-45

timer
20:00

Slide 11 - Diapositive

Antwoorden oefening 44-45
Ejercicio 44: 
1b, 2a, 3l, 4j, 5c, 6e, 7d, 8g, 9f, 10h

Ejercicio 45:
Voorbeelduitwerking:
El anuncio que he elegido es el anuncio en que se promociona un Zoo. El producto serán las entradas para el Zoo. Han pintado un autobús con una imagen de una serpiente. Parece que la serpiente estrangula el autobus. Me parece muy divertido. El objetivo es llamar la atención de la gente y hacer que compren entradas para el Zoo.

Slide 12 - Diapositive

Imperativo (vervolg, 15m)
ESTUDIAR: bestudeer de gebiedende wijs (H1, p.43-44) + volgende slides

HACER: daarna maak je oefening 41 helemaal af (p.44-46)
Klaar: dan maak je oefening 42, gebruik je creativiteit.
timer
10:00

Slide 13 - Diapositive

Imperativo

¡Escucha!
¡Mira / Mírame!
Díme, ¿qué pasa?

Slide 14 - Diapositive

El imperativo
De 'imperativo' (gebiedende wijs)  wordt gebruikt om iemand een bevel of opdracht te geven. Voorbeelden: Kijk naar het bord, ga de trap op, eet je bord leeg etc.


¿Qué significa?

Slide 15 - Diapositive

Imperativo







Spreek je tegen een 'jij'-persoon
: neem de presente 3e persoon
Tegen 'jullie': neem het hele werkwoord -> de -r wordt een -d
Tegen 'u': neem de presente 3e persoon -> de -a wordt een -e, of andersomIs het meervoud?                                                                                                                                                                   Zet er een -n achter.

Slide 16 - Diapositive

Imperativo irregular
Sommige werkwoorden hebben een onregelmatige 'imperativo'.
Bijvoorbeeld:    decir (zeggen)                                -> ¡di (zeg!) 
                                poner (zetten, neerleggen)      -> ¡pon! (leg neer!)

PLAATS VAN HET PERSOONLIJK VOORNAAMWOORD: achter het werkwoord, eraan vast.
                                 ¡Dímelo!  =  Zeg het me!

ESTUDIAR: bestudeer de onregelmatige vormen op p.44 van hoofdstuk 1 (Paso adelante 4, H1) 
.

Slide 17 - Diapositive

Imperativo negativo
Soms wil je juist dat iemand iets NIET doet.
Bijvoorbeeld:      Koop het shirt NIET!        Eet GEEN patat!

De 'gebiedende wijs ontkennend' maak je vanuit de gewone presente. 
In de uitgang vervang je de -a door -e, of andersom.
comprar (kopen)                      -> ¡No compres la camiseta! (Koop het shirt niet!)
comer  (eten)                             -> ¡Señor, no coma patatas fritas!  (Meneer,  eet geen patat!)

PLAATS VAN HET PERSOONLIJK VOORNAAMWOORD: net als in een 'gewone' zin, vóór de persoonsvorm: ¡No la compres! = Koop het niet!
HACER: bestudeer de Gebiedende wijs (H1, p.43-44)  + maak oef 41de + evt. oef 42
.

Slide 18 - Diapositive

La moda y el marketing
Lenguateca D p.49 

Bestudeer de zinnen S-N zodanig dat je ze begrijpt + maak oef 46 (zinnen aanvullen in het Spaans) 

Je hebt dit nodig voor de brief die je gaat schrijven aan H&M

Slide 19 - Diapositive

Welk onderwerp vind je moeilijk,
waar zou je extra aandacht voor willen in periode 4?

Slide 20 - Question ouverte

Deberes para la próxima clase
Aprender: Grammatica D (gebiedende wijs, p.43-44) 

Hacer:  
afmaken oefening 41de (v.a. p.45) + oef 43-44
Don Quijote afmaken en inleveren

Subtarea D (p.50): Lees de instructie alvast goed, zodat je er vragen over kunt stellen 

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Woord van vorige week






-> Imagínate una cosa que has conseguido en tu vida.
-> Cuéntalo en español a tu vecino/a.
conseguir = verkrijgen, (be)halen, bereiken
¿Has tenido que entregar tu móvil? Puedes conseguirlo en la recepción.
Heb je je telefoon moeten inleveren? Je kunt hem bij de receptie halen. 

Slide 23 - Diapositive

El futuro: repaso

Slide 24 - Diapositive

Repaso: wanneer gebruik je de 'futuro'?
Explicación: 
1. futuro inmediato = ir a + infinitivo (iets wat in de toekomst zeker gaat gebeuren).
  • Mañana voy a comprar un regalo para mi hermano.

2. futuro (iets wat je belooft, veronderstelt, voorspelt). 
  • Mañana te llamaré. / Morgen zal ik je bellen. (belofte)
  • ¿Cuándo viene el tren? Estará retrasado. / Wanneer komt de trein? Hij zal wel vertraagd zijn. (veronderstelling)
  • Mañana lloverá.  / Morgen regent het. (voorspelling)
-> Wat denk je dat de regels voor de 'futuro' zijn als je de volgende slides bekijkt? 


Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

OJO: hay verbos irregulares

Slide 27 - Diapositive

Welke zin staat NIET in de futuro?
A
En abril iremos a mis abuelos.
B
Mi hija, te compraré nuevos zapatos.
C
Vosotros coméis en el instituto, ¿verdad?
D
Juan le enviará un mensaje desde Madrid.

Slide 28 - Quiz

Welke vervoeging van 'hacer' staat in de 'futuro'?
(hacer is een onregelmatig werkwoord)
A
hago
B
hacía
C
hicieron
D
harán

Slide 29 - Quiz

Het werkwoord 'escribir':
noteer de zes vervoegingen in de futuro.

Slide 30 - Question ouverte

Maak 3-5 zinnen in de futuro.
Voorbeeld:
En el futuro trabajaré en una agencia de publicidad.

Slide 31 - Question ouverte

luisterstrategieën

Voor het luisteren:

  1. voorkennis activeren: wat weet je al van het onderwerp? Waar zou de tekst over kunnen gaan?
  2. lees de vragen eerst door. Wat zegt dit over de inhoud van de tekst?
  3. welke Spaanse woorden verwacht je tegen te komen?

Slide 32 - Diapositive

luisterstrategieën

tijdens het luisteren: 6 tips


  1. probeer niet alles te begrijpen.
  2. de belangrijkste woorden worden meestal herhaald
  3. probeer het hoofdonderwerp te ontdekken -> klopt het met je verwachting?
  4. probeer tijdens het luisteren sleutelwoorden te noteren, door antwoord te geven op wie? wat? waar? waarom? 
  5.  luister naar signaalwoorden (al principio, pero, sin embargo, etc)
  6. luister naar de intonatie van de spreker

Slide 33 - Diapositive

Hoe was jouw inzet tijdens deze les?
poco
bastante
bueno

Slide 34 - Sondage

Woord van vorige week
Woord van VORIGE week: 
acabar de + infinitivo
iets net gedaan hebben.
Acabo de comer mi bocadillo.
Woord van de week: 
recoger = ophalen.
¿Puedo recoger mis libros de mi casilla?

Slide 35 - Diapositive

Repaso: Meewerkend voorwerp.

De plek van me/te/le/nos/os/les
is:
A
na het onderwerp van de zin
B
voor de persoonsvorm
C
voor de persoonsvorm, of achter het hele werkwoord plakken
D
voor de persoonsvorm, of voor het hele werkwoord

Slide 36 - Quiz

Lijdend en meewerkend voorwerp
Lijdend voorwerp = objeto directo
Meewerkend voorwerp = objeto indirecto

Kijk naar de uitleg en kies één of meer filmpjes. 
1. Spaans filmpje, kijk tot 2.50m (lijdend en meewerkend voorwerp) 
2. Nederlandse filmpjes van Paso adelante.

Maak aantekeningen voor jezelf.  Wat kun je leren uit de filmpjes? 
-> Bestudeer de blauwe slides.
-> Maak oefening 14e (p.17-18).

  
salvar = redden

Slide 37 - Diapositive

Meewerkend en lijdend voorwerp
Objeto indirecto (meewerkend voorwerp)
  • Doy un vaso de agua a Ana. -> Le doy un vaso de agua.
  • Compras un regalo para mí. -> Me compras un regalo.

Objeto directo (lijdend voorwerp)
  • Veo el hermano de Juan. -> Lo veo.
  • Veo unos gatos -> Los veo.

Slide 38 - Diapositive

Is het lijdend voorwerp een persoon? Dan 'a' voor het zelfstandig naamwoord of de eigennaam. 

Slide 39 - Diapositive

Herhaling: Lijdend/meewerkend vw. (oefening 14de)
¿Julián, me (mv) devuelves la camiseta (lv) mañana?
                                Julian, geef je me het shirt morgen terug?
Sí, te la devuelvo mañana.
                                Ja ik geef het je morgen terug.
  1. Schrijf eerst het werkwoord op: devuelvo (= ik geef terug)
  2. Vervang daarna het lijdend voorwerp door lo(s)/la(s).
  3. Vervang vervolgens het meewerkend voorwerp door me/te/le/nos/os/les.
  4. Plaats de woordjes in de juiste volgorde, vóór de persoonsvorm (of na het hele werkwoord of gebiedende wijs). ACHTER het ww? Dan schrijf je ze aan het werkwoord vast
  5. Volgorde: eerst mv, daarna lv. 
  6. LET OP: 'le lo' of 'le la'       wordt         'se lo' of 'se la'.

Slide 40 - Diapositive

Lijdend / meewerkend voorwerp
VIND JE DE GRAMMATICA VAN LIJDEND VOORWERP EN MEEWERKEND VOORWERP LASTIG? 

Dan kun je onderstaande extra oefeningen doen. 

Slide 41 - Diapositive

REPASO:
Hoe ga je te werk bij een scanvraag?
A
orienteren op de tekst, vraag lezen, bepalen wat je moet zoeken, de plek in de tekst zoeken, dat deel grondig lezen
B
orienteren op de tekst, globaal lezen, vraag lezen en beantwoorden
C
de tekst grondig lezen, daarna de vraag lezen, dan zoeken naar het juiste antwoord
D
de vraag lezen, in de tekst zoeken naar de plek waar het antwoord staat, vraag beantwoorden

Slide 42 - Quiz

Has comprobado tus deberes.
Apunta 2 consejos para ti mismo.

Slide 43 - Question ouverte

apunta una cosa sobre la
marca Diesel (en español)

Slide 44 - Carte mentale

Slide 45 - Diapositive