Aan het einde van de les kun je de toon van je tekst afstemmen op het tekstdoel en publiek.
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2
Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Welkom bij Nederlands!
1 oktober 2018
Aan het einde van de les kun je de toon van je tekst afstemmen op het tekstdoel en publiek.
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we doen vandaag?
Terugblik vorige les
Bespreken opdrachten
Doel van de les
Formuleren 3.3
Aan de slag
Teurgblik op de les
Volgende week
Afsluiting
Slide 2 - Diapositive
Vorige les
Formuleren en stijl
3.1 De juiste toon
3.2 Duidelijk formuleren
Slide 3 - Diapositive
De juiste toon tijdens het schrijven
Wat is mijn belangrijkste tekstdoel?
Wie gaat mijn tekst lezen?
Wat weet mijn publiek en wat niet?
Wat vindt mijn publiek interessant?
Slide 4 - Diapositive
De juiste toon
Welke toon past bij jouw lezers en schrijfdoel?
Woordkeuze - jongerentaal/schooltaal/zakelijke taal
Formeel of informeel
Direct of indirect
Ieder doel een eigen toon: Neutraal = informeren Persoonlijk = overtuigen Enthousiast = overhalen/activeren
Slide 5 - Diapositive
Opdrachten bespreken
Bladzijde 231
Slide 6 - Diapositive
Tip voor verduidelijking
1 - vervang moeilijke woorden 2 - vervang vaktermen 3 - maak de zin korter 4 - formuleer positief 5 - gebruik geen afkortingen
Slide 7 - Diapositive
Doel van deze les
Aan het einde van de les kun je aantrekkelijk formuleren.
Slide 8 - Diapositive
Aantrekkelijk formuleren
Zorg dat de tekst niet saai wordt.
Zet niet in iedere tekst het onderwerp voorop.
Hij heeft gisteren een taart gekocht. -->
Gebruik verwijswoorden en synoniemen of korte omschrijvingen om herhaling te voorkomen.
Bent u toe aan vakantie? Boek uw vakantie bij ons. Wij bieden allerlei soorten vakanties aan: sportieve vakanties, zonvakantiers en culturele vakanties -->
Slide 9 - Diapositive
Aantrekkelijk formuleren
Zorg dat de tekst niet saai wordt.
Verbind twee korte zinnen met een voegwoord, maar maak de zin niet langer dan 20 woorden.
Mijn stagebegeleider is afwezig. Hij is ziek. -->
Spreek je lezer persoonlijk aan.
Alle gasten worden van harte welkom geheten -->
Slide 10 - Diapositive
Aantrekkelijk formuleren
Laat met voorbeelden zien wat je bedoelt.
Besparen op energie is niet moeilijk. Zelf kunt u .....
Slide 11 - Diapositive
Blz. 237 boek B
Opdracht 1 en 2 samen.
Slide 12 - Diapositive
Opdrachten
Bladzijde 237 t/m 239.
Maak de opdrachten,
kijk na wat je al af hebt.
Slide 13 - Diapositive
Volgende les
Bespreken en controleren formuleren 3.3 Bladzijde 236 t/m 239
Boek A
Oortjes + laptop + werkende licentie Geen licentie = geen les