Maandag 17.05.21

Was machen wir heute? 
  1.  Eine kurze Hörübung
  2. Wir wiederholen die Grammatik und Wörter von Kapitel 8
  3. Hausaufgaben
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Was machen wir heute? 
  1.  Eine kurze Hörübung
  2. Wir wiederholen die Grammatik und Wörter von Kapitel 8
  3. Hausaufgaben

Slide 1 - Diapositive

Der en ein groep
m
v
0
mv
1
3
4

Slide 2 - Diapositive

Die Fragen zum Film?
  1.  Was bedeutet das Wort "Geschenk"? 
  2. Was findet man in dem einen Geschenk? (nenne so viel wie möglich) 
  3. Wovon träumt Hanna? 
  4. In welche Schule geht Hanna nach dem Sommer?
  5. Warum bekommt Hanna das Handy nicht zum Geburtstag? 
  6. Wann und von wem bekommt Hanna das Handy? 
  7. Was will sie als erstes mit dem Handy machen?
  8. Wie heißt das deutsche Wort für " verrassing"? 

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

En nu de grammatica: 
Wat weet je nog over de geleerde grammatica en de geleerde woordjes?

Slide 5 - Diapositive

Wat hoort bij welke naamval? sleep het juiste antwoord naar het vakje met de naamval
1e naamval
3e naamval
4e naamval
onderwerp
meewerkend voorwerp
lijdend voorwerp

Slide 6 - Question de remorquage

sleep het voorzetsel naar de juiste naamval 
4e naamval
3e naamval

aus

durch

für

bei

mit

gegen

zu

ohne
 
um

von

nach

Slide 7 - Question de remorquage

met welke vraag vind je het onderwerp in de zin?
timer
1:00

Slide 8 - Question ouverte

met welke vraag vind je het lijdend voorwerp in een zin?
timer
1:00

Slide 9 - Question ouverte

meewerkend voorwerp
timer
1:00

Slide 10 - Question ouverte

de persoonlijke vnw leer je in een trio.
hoe goed ken je de trio's al?
allemaal--bijna allemaal--deels
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Sondage

1e naamval

onderwerp
3e naamval
meewerkend voorwerp
4e naamval
lijdend voorwerp

dir

du

dich

ihr

euch

euch

Slide 12 - Question de remorquage

1e naamval

onderwerp
3e naamval
meewerkend voorwerp
4e naamval
lijdend voorwerp
ich
mich

mir
sie
ihr

sie

Slide 13 - Question de remorquage

1e naamval

onderwerp
3e naamval
meewerkend voorwerp
4e naamval
lijdend voorwerp

ihn
er
ihm

wir

uns

uns

Slide 14 - Question de remorquage

1e naamval

onderwerp
3e naamval
meewerkend voorwerp
4e naamval
lijdend voorwerp
sie/Sie
ihnen/
Ihnen
sie / Sie

Slide 15 - Question de remorquage


Welk lidwoord hoort in de lege plek:
m
v
o
mv
1.
der
die
das
die
3.
der
4. 
den
das
die
timer
0:50

Slide 16 - Question ouverte


Welk lidwoord hoort in de lege plek:
m
v
o
mv
1.
eine
keine
3.
einem
einem
4. 
timer
0:50

Slide 17 - Question ouverte


Welk lidwoord hoort in de lege plek:
ik
jij
hij
zij (ev)
1.
3.
mir
dir
ihm
ihr
4. 
timer
0:50

Slide 18 - Question ouverte

Grammatik 
Jetzt eine kleine Wiederholung der Fälle. Du musst in ein paar Sekunden die richtige Entscheidung treffen. Wie heißen die Fälle schon wieder? 

Slide 19 - Diapositive

Welke voorzetsels krijgen altijd de 4e nv? Welke lidwoorden horen dan achter deze voorzetsels
mannelijk vrouwelijk onzijdig meervoud (de der- en ein -Groep)
timer
1:00

Slide 20 - Question ouverte

Welke voorzetsels krijgen altijd de 3de nv? Welke lidwoorden horen dan achter deze voorzetsels
mannelijk vrouwelijk onzijdig meervoud(de der- en ein -Groep)
timer
1:00

Slide 21 - Question ouverte



De bepaalde lidwoorden en dies-, jed-, jen-, manch-, solch- etc. horen bij de .... 
A
der-Gruppe
B
ein-Gruppe

Slide 22 - Quiz

De bezittelijke voornaamwoorden (mein, dein, sein, enz.) horen bij de ...
A
der-Gruppe
B
ein-Gruppe

Slide 23 - Quiz

Welke woorden horen bij de der- groep?
timer
0:50

Slide 24 - Question ouverte

Welke woorden horen bij de ein- groep?
timer
0:50

Slide 25 - Question ouverte

Grammatik 
Du wirst gleich Tabellen sehen von der:
1. Der - Gruppe
2. Ein - Gruppe
3. Personalpronomen 
Ergänze die Tabelle auf dem Dia 

Slide 26 - Diapositive

Persoonlijk 
voornaamwoord
ik
jij
hij
het
wij
zij
jullie
U
1.
3.
4.
stopwatch
00:00

Slide 27 - Diapositive

Vertaal:
Welke hond blaft?
timer
0:50

Slide 28 - Question ouverte

vertaal:
Sommige vogels doen een kat na.
timer
0:50

Slide 29 - Question ouverte

Vertaal:
Zonder mijn huisdier ben ik ziek
timer
0:50

Slide 30 - Question ouverte

Jouw Hond blaft en bijt.
timer
0:50

Slide 31 - Question ouverte

vul aan:
Ich kenne d... Mann (m).
timer
0:50

Slide 32 - Question ouverte

vul aan:
Erzähle es dein ... Lehrerin (v).
timer
0:50

Slide 33 - Question ouverte

vul aan:
Wo hast du d... Zeitung (v) gelassen?

Slide 34 - Question ouverte

Ich gehe (elke) ... Sonntag (m) zu d... Fußballplatz.

Slide 35 - Question ouverte

(welke)... Fächer (mv) hast du?

Slide 36 - Question ouverte

Ingrid, kannst du (deze) .... Satz (m) übersetzen?

Slide 37 - Question ouverte

Ich habe noch nie (zulke) ... schlimmen Dinge erlebt.

Slide 38 - Question ouverte

Hast du (dit) ... Buch (o) auch schon gelesen? (welk) ... Buch?

Slide 39 - Question ouverte

heb je de naamvallen goed geleerd?
😒🙁😐🙂😃

Slide 40 - Sondage

Heb je de woordjes al geleerd?
😒🙁😐🙂😃

Slide 41 - Sondage

Hausaufgaben
  1. Maak 10 zinnen met de woorden uit H 8 en de grammatica die je geleerd hebt.
  2. Leer alles wat je nog niet geleerd hebt H 8 - volgende les heb je een oefentoets. 

Slide 42 - Diapositive